Hoorcollege 7 Flashcards
(18 cards)
Waarom is diversiteit belangrijk voor organisaties?
- Moreel standpunt
- Legitimiteit
- Opportunisme
Wat houdt moreel standpunt in als reden voor diversiteit voor organisaties?
- Het juiste om te doen
- Mensen zijn gelijk en verdienen gelijke kansen
Wat houdt legitimiteit in als reden voor diversiteit voor organisaties
- Voldoen aan wetten over discriminatie
- Voldoen aan regulering rondom gelijke kansen (bijv. quota’s)
Wat houdt opportunisme in als reden voor diversiteit voor organisaties?
- De ‘business case’ –> bedrijfsprestaties
- maar… dit hangt af van diversiteitsmanagement
Moreel perspectief; 3 modellen over gelijkheid (equity) en diversiteit
1) Procedurele of individuele rechtvaardigheid
2) Groeps- (sociale)rechtvaardigheid
3) Gelijkheid (equity) als erkenning van diversiteit
Wat houdt het model procedurele of individuele rechtvaardigheid in? (3 modellen over gelijkheid (equity) en rechtvaardigheid)
- Gelijkheid (equity) = eerlijke processen voor iedereen
Wat houdt het model groeps- (sociale)rechtvaardigheid in? (3 modellen over gelijkheid (equity) en rechtvaardigheid)
- Equity = eerlijke kansen en uitkomsten
- Behandel mensen anders om eerlijke uitkomsten te krijgen
- Affirmative action (voorkeursbehandeling voor minderheidsgroep) –> mag niet zomaar!
Wat houdt het model gelijkheid (equity) als erkenning van diversiteit in? (3 modellen over gelijkheid (equity) en rechtvaardigheid)
- Individuen zijn uniek, maar krijgen allemaal dezelfde rechten en voordelen
- Streeft niet naar het minimaliseren van verschillen (ook uniek kunnen zijn)
- Management of inclusion
Wettelijk perspectief; procedurele of individuele rechtvaardigheid
- Discriminatie
- Anti-discriminatie wetten = grondwet
- Verboden gronden voor discriminatie –> geslacht, etnische afkomst, handicap, seksualiteit, …
- Directe en indirecte discriminatie
Wat houdt discriminatie in?
- Mensen verschillende behandelen op het werk o.b.v. irrelevante persoonskenmerken.
- Gebaseerd op prestaties is geen discriminatie
Wat is directe en indirecte discriminatie?
- Directe discriminatie = gebaseerd op verboden gronden
- Indirecte discriminatie = gebaseerd op criterium dat leidt tot systematische uitsluiting gebaseerd op verboden gronden
Cognitieve processen: social cognition theorie
- Attributies
- Stereotypen
- Activatie stereotypen hangt af van ‘zichtbaarheid’/opvallendheid (salience) van een kenmerk –> stereotype threat
- Sociale rol verwachtingen
Social cognition theorie; attributies
- Automatisch proces waardoor we betekenis toekennen aan een gebeurtenis
- We trekken conclusies over de oorzaak van gedrag, zelfs als we de oorzaak zelf niet gezien hebben
Social cognition theorie; stereotypen
- Sociaal gedeelde gedachtes over kenmerken van leden van een bepaalde sociale categorie
- Helpt bij het effectief omgaan met informatie
Social cognition theorie; stereotype threat
- Zo zal diegene zich wel gedragen
- De ander verwacht dat hij zichzelf of die manier moet gedragen
Social cognition theorie; sociale rol verwachtingen
- Stereotype verwachtingen over hoe mensen uit een minderheidsgroep zijn en hoe ze zich horen te gedragen
- Self-stereotyping
Groepsprocessen; social identity theorie
- Individuen baseren hun sociale identiteit op de groep(en) waaraan ze deelnemen (groepsidentificatie)
- Leidt tot het behouden van een positief zelfbeeld
- Groepsidentificatie leidt tot het maken van aannames over lidmaatschap –> sociale categorisatie
–> ‘wij’ vs. ‘zij’ (in-group vs. out-group) - Vergelijkingen tussen in-group en out-group verklaart discriminatie
–> Maximaliseren van verschillen met out-group
–> Minimaliseren van verschillen met in-group
Inclusie; Optimal distinctiveness theorie
- Gebaseerd op het morele perspectief –> diversiteit is waardevol, geen probleem om op de lossen
- Balans tussen groepsidentiteit en uniek zijn
- Voor optimale prestaties en welzijn in organisaties; voorkom discriminatie en waardeer unieke kenmerken van personen (inclusie)