muziekgeschiedenis H6 Flashcards

(29 cards)

1
Q

Impressionisme, wat is klankkleur?

A

klankkleuren zijn:
- licht en transparant:
* Houtblazers > koperblazers
* gedempte violen en harpen > complete strijkerssectie.
- structuurbepalend geworden
- gebruik kerktoonladders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Impressionisme, wat zijn akkoorden?

A

Akkoorden
- Akkoorden zijn een kleurmiddel
- Akkoorden staan op zichzelf. (zijn niet meer aan elkaar verbonden, dus geen functies meer als I IV V ).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Impressionisme, wat wordt er gebruikt?

A
  • pentatoniek
  • hele toontoonladder
  • kerktoonladders
    (mixolydisch, dorisch, frygisch, lydisch).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

impressionisme, instrumenten hoe gebruikt?

A
  • arpeggio en glissando
  • Techniek van instrumenteren is gericht op het laten versmelten van klankkleuren.
  • De instrumenten zijn steeds minder als onafhankelijk instrument te horen.
  • koperblaasinstrumenten met dempers
    => zacht en sonoor geluid
  • Houtblazers > koperblazers
  • gedempte violen en harpen > complete strijkerssectie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Impressionisme, ritme

A

Ritme komt losser van de tel/pulse:
- ritme wordt vrijer
=> ook door het verwerken van polyritmiek en polymetriek.
Zoals de afbeeldingen op impressionistische schilderijen niet omlijnd zijn en dus geen contouren hebben, zijn de melodieën niet omlijnd met een vast ritme en pulse/tel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Neo-Classicisme

A

Vanaf ca. 1920
Teruggegrepen op kunst uit de geschiedenis:
- Gebruik van oudere structuren
- Teruggrijpen op de klassieke idealen.
- Heldere vormen, tonaal met als resultaat toegankelijke muziek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Avant-Garde
Musique Concrete

A

(= ‘voorhoede’) stromingen na 1945
voor kunstenaars die de grenzen van hun discipline opzoeken.
- De periode na WO2.
Componisten braken met de regels en bedachten wat muziek eigenlijk is.
- ‘echte’ geluiden opgenomen en bewerkt in een klankcollage (op tape-recorders).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Minimal Music inspiratie

A

Jaren ‘65-‘80 Verenigde Staten/internationaal
Inspiratie uit: Afrikaanse en Indiase muziek, Indonesische gamelan (Java

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Expressionisme

A
  • Gaat over de expressie van gevoelens:
    => meestal heftige en negatieve gevoelens
  • Gaat niet over het zichtbare maar over wat zich achter het zichtbare schuilgaat. Dat willen ze tot uitdrukking brengen

Twaalftoonsmuziek ofwel Dodecafonie
Vanaf ca. 1910 Tweede Weense School Oostenrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe ontstaat expressionisme?

A

ontstaat onder aanvoering van Arnold Schönberg, begin 20e eeuw brak hij radicaal met de muziektraditie
=>Hiervoor ontwikkelde hij de twaalftoonstechniek’ (dodecafonie) en de Sprechstimme
=> een nieuwe revolutionaire manier van tonen orderen tot klinkend geheel
=> deze vorm van componeren hoort thuis in wat we later de Tweede Weense school zijn gaan noemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Sprechstimme

A

Een mengeling van spreken en zingen, geïntroduceerd door Schönenberg in de vocale muziek van het expressionisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Tonaal – atonaal in het expressionisme.

A

Tonaal
= de traditionele westerse muziek waar alles om de grondtoon draait
Atonaal
= wanneer de grondtoon wordt opgeheven
=> twaalftoonstechniek
voor luisteraars was deze muziek shockerend, mensen begrepen de bedoeling niet, men voelde niet waar de muziek vandaag kwam en heen ging. Velen ervoeren de muziek als ‘drijfzand’ omdat de vaste basis van een grondtoon ontbrak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Compositietechniek van de twaalftoonsmuziek in stappen

A

stap 1: De 12 tonen binnen het octaaf (chromatische reeks) worden in een reeks geordend = het ‘ruwe’ materiaal
=>compositiemateriaal
stap2: het aanbrengen van ritme (en dus ook motieven)
=> ontstaan thema
stap 3: Uitwerking thema door variatie grondreeks, volgorde van reeks blijft onveranderd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

meerstemmigheid van de twaalftoonstechniek

A

De 12 tonen of enkele daarvan kunnen ook tegelijk klinken
=> de oorspronkelijke reeksvolgorde is hier niet bepalend.
Verdere ontwikkelingsmogelijkheden kunnen ontstaan door deze veranderingen van de grondreeks:
* omkering
* kreeft
* Kreeft van de omkering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Verdere ontwikkelingsmogelijkheden kunnen ontstaan door veranderingen van de grondreeks, omkering

A

de reeks wordt gespiegeld door de stijgende intervallen dalend en dalende intervallen stijgend te noteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Verdere ontwikkelingsmogelijkheden kunnen ontstaan door veranderingen van de grondreeks, kreeft

A

de grondreeks wordt van achter naar voren genoteerd.

16
Q

Verdere ontwikkelingsmogelijkheden kunnen ontstaan door veranderingen van de grondreeks, Kreeft van de omkering

A

de omkering wordt van achter naar voren genoteerd.

17
Q

Avant-Garde
Jaren ’60 Aleatoriek

A

Jaren ’60 (Avant-gare)
toevalsmuziek
Verenigde staten/internationaal muziek
Grafische notatie: globale indeling van de compositie. Geeft de spelers veel ruimte voor eigen inbreng.

18
Q

Impressionisme belang klankleur en belangrijk kenmerk + instrumenten

A

Klankkleur als bepalende factor van de compositie:
- sfeer > emotie
- De instrumenten worden steeds geraffineerder gebruikt als het gaat om klankkleur:
=> arpeggio en glissando
=> koperblaasinstrumenten met dempers zorgen voor een zacht en sonoor geluid

19
Q

Impressionisme melodie

A

Melodie
-Er is nauwelijks een melodische zinsbouw in periodes (voorzin-nazin).
- Een geheel andere sfeer in de muziek door steeds meer chromatiek maar ook:
* pentatoniek
* hele toonstoonladder
* kerktoonsoorten

20
Q

Impressionisme Muzikale vormen

A

Muzikale vormen
-zeer vrij
- voornamelijk bepaalt door een buitenmuzikaal gegeven (vaak de titel van het werk) en door de mogelijkheden die ‘instrumenteren biedt’.

Vorm wordt bepaald door de titels die een sfeer (impressie) oproepen

21
Q

Hoe werd het vrije ritme van het impressionisme bereikt?

A

door maatwisselingen en notenwaarden over de maatstreep heen te noteren

22
Q

Op wat voor oude structuren werd er teruggegrepen in het Neo-classisisme?

A

gebruik van oudere structuren zoals:
- periodische zinsopbouw
- dansstijlen
- cantus-firmuszettingen

23
Q

Op wat voor klassieke idealen werd er teruggegrepen in het Neo-classicisme?

A

teruggrijpen op de klassieke idealen zoals:
- herhaling
- contrast
- evenwicht:

24
De harmonie van de Avant-Garde
Harmonie: gebruik van clusters
25
De klankleur van de Avant-Garde
Klankleur: onconventioneel gebruik van instrumenten
26
Wat kwam er op in de Avant-Garde?
Opkomst van elektronische instrumenten: synthesizer (analoog).
27
Minimal music gebruik van:
- klanklagen - ostinaat - motieven: => herhaling en variaties (toonhoogte, toonduur, lengte) - consonanten/grondtoon - verschuivende motieven: fase - verschuiving/phasing
28
Hoe wordt er variatie in de grondreeks gemaakt de een twaalftoonstechniek?
- verplaatsen van afzonderlijke tonen naar een ander octaaf - toonherhalingen - aanbrengen van verzieringen