psychologische factoren Flashcards
(23 cards)
hoe definieer je moderatoren?
=> groep van factoren die tussenkomen tussen stress en een stressor
=> beïnvloeden het ervaren van stressniveau => Een moderator bepaalt hoe sterk de stressor invloed heeft op de ervaren stress.
=> meeste moderatoren zijn variaties op principe van cognitieve beoordeling=> de interpretatie van stressoren
moderatoren: persoonlijkheid - veerkracht - weerbaarheid - optimisme - appraisals - attributies - sence of coherence - locus of control
wat is de moderator van persoonlijkheid?
type-A-gedragspatronen:hebben minder vertrouwen => voelen zich snel bedreigd => intense, agressieve, competitieve of perfectionistische reactie op het leven
=> perfectionisme: systematisch hooggestelde doelen zetten => zeer zwart wit en angst en depressie wanneer doelen niet zijn bereikt
=> stressgerelateerd=> want snel in een hyperarousal ( productie van stresshormonen) en moeilijker om terug naar een normale arousal te gaan
type-B-gedragspatronen:
ontspannen, bedaarde reactie op het leven
wat is de moderator van veerkracht?
=> nieuwe term: resilience of mentale veerkracht
=> mogelijkheid van een persoon om zich aan te passen aan de negatieve situatie
=> nieuw evenwicht vinden en potentieel negatieve effecten van stress vermijden = emotioneel doorzettingsvermogen
hoge veerkracht gaat samen met acties en constructieve aanpak van problemen en hoge interne locus of control
lage veerkracht => vermijdende/ passieve coping
=> is een persoonlijkheidskenmerk (training is mogelijk)
wat zijn de 5 kenmerken van veerkracht?
=> gebalanceerdheid: gebalanceerde kijk => weten dat er goede en slechte dagen gaan zijn en niet enkel focussen op de negatieve aspecten
=> doorzettingsvermogen: nodige zefdiscipline opbrengen zonder te vervallen in koppigheid
=> zelfvertrouwen: men gelooft in eigen kunnen & realistisch zicht op eigen limieten
=> zinvolheid: leven is zinvol
=> existentiele eenzaamheid: iedereen heeft zijn eigen verantwoordelijkheid en moet ervaringen alleen doorstaan
veerkracht kan gemeten worden aan de hand van VK+ => adhv normeringstabellen
wat is de moderator van weerbaarheid?
=> een persoonlijkheidspatroon
=> bestaat uit drie factoren
1) uitdaging => veranderingen zijn de norm en kans om te leren en te groeien
2) betrokkenheid => gaan de confrontatie aan met de stressor, onderzoeken die en zoeken een manier om ermee om te gaan
3) controle: hoge interne locus of control => veel invloed op de stress => slachtoffers van aangeleerde hulpeloosheid
hoe kan het worden aangeleerd? : idpv vermijden => oplossen en sociaal cooperatief te zijn idpv conflictzoekend en goed voor jezelf zorgen
wat is de moderator van optimisme?
=> optimisten verdragen negatieve gebeurtenissen beter => verwachten goede dingen in de toekomst
=> optimisme => heeft een directe invloed op gezondheid => ervaren meer positieve emoties waardoor hun afweerstelsel wordt gestimuleerd en beter met stress omgaan want actieve copingstrategieën
=> pessimisme=> aangeleerde hulpeloosheid
=> optimisme kan worden aangeleerd => door herformulering van de oorzaken = zelfbeeld en gedrag op een constructieve manier aanpassen
hoe kenmerkt zich de optimistische denkstijl volgens seligman?
door aannames of attributies
=> specifieke attributie
=> door instabiele attributie
=> door externe attributies
wat is optimisme bias?
=> overtuiging dat de toekomst beter zal zijn dan verleden of heden
=> het heeft een evolutionaire functie => het is een manier waarop het bewustzijn werkt => mentaal reizen in de tijd => vermogen om gedachten door de tijd en ruimte voorruit en achteruit te bewegen => een positieve toekomstbeeld => geeft ons meer motivatie, houd ons rustig, verminderd stress en verbetert de gezondheid
=> positieve verwachtingen => vergoten overlevingskansen
=> gebeurt in de hippocampus (herinneringen) => als men hier schade aan heeft = > geen gedetailleerd beeld maken over toekomst= bevroren in tijd
=> negativiteit-bias => negatieve stimuli meer aandacht en beter onthouden => we leren meer uit de pijn dan plezier en meer bezig met verlies vermijden dan winst te behalden
wat is de moderator appraisals?
=> betekenissen of interpretaties die persoon geeft aan bepaalde stressvolle gebeurtenis
=> onderverdeeld in primaire en secundaire appraisals
=> primaire appraisal: eerste beoordeling van de stressor na de primaire beoordeling volgen de emotionele reacties en gevolgen daarvan
is de beoordeling een uitdaging => positieve gevoelens
is de beoordeling een probleem => strategieën zoeken => secundaire apparaisal => opzoek gaan naar interne of externe bronnen
wanneer situatie negatief wordt beoordeeld en geen hulpbronnen => stress
wat zijn attributies?
welke appraisal gekoppeld wordt aan stressor => wordt beinvloed door attributies
attributie: overtuiging van de oorzaak van de gebeurtenis
Interne vs externe attributies (hangt samen met de locus of control)
Interne attributies: mensen geven zich zelf de schuld
Externe attributie: mensen wijten aan externe factoren
Stabiele vs instabiele attributies
Stabiel: mensen geloven dat oorzaak permanent is => ik ben altijd slecht in alles
Instabiel: geloven dat de oorzaak tijdelijk is => het was een eenmalige fout
Globale vs specifieke attributies
Globaal: oorzaak heeft invloed op alle aspecten in hun leven => ik faal in alles
Specifiek: mensen geloven dat oorzaak beperkt is tot één situatie => ik ben enkel slecht in wiskunde
controleerbare VS oncontroleerbare attributies
wat is sence of coherence?
Sense of Coherence (SOC) gaat over hoe iemand het leven ziet en ervaart.
Het is jouw globale kijk op het leven: vind je het leven logisch en begrijpelijk, of juist verwarrend en zinloos?
Een sterke SOC helpt je om stressvolle situaties beter te begrijpen, aan te pakken en er betekenis in te zien. Dit maakt je mentaal sterker en weerbaarder tegen tegenslagen.
SOC bestaat uit drie kerncomponenten: begrijpbaarheid, hanteerbaarheid en zinvolheid
Een hoge SOC gaat samen met een betere aanpassing aan de chronische aandoening, en omgekeerd, en dit zowel bij de persoon zelf als bij de partner
wat is locus of control
=> relatief stabiel gedragspatroon
=> manier waarop iemand gelooft dat hij of zij controle heeft over gebeurtenissen in het leven
mensen met interne locus of control => mensen die internaliseren => denken dat zij een grote invloed hebben op gebeurtenis => stressor is beheersbaar => de perceptie van controle zorgt voor minder stress
mensen met externe locus of control: relatie tussen inspanningen en resultaten => onvoorspelbaar => geen controle op de invloed op gebeurtenissen=> link met aangeleerde hulpeloosheid
is de cultuur van invloed op de locus of control?
de perceptie van controle verschilt tussen westerse cultuur en oosten
in het westen vooral: primaire controle => uitvoeren van handelingen gericht om situatie aan te sturen => want meer individualisatische cultuur: pogingen om zelf invloed uit te oefenen op situatie wordt bevorderd
in het oosten vooral: secundaire controle: beheersen van individuele reacties op gebeurtenissen=> want meer collectivistische cultuur => centraal staat de sociale harmonie (behoeften van de groep zijn belangrijker)
=> beiden strategieën werken goed in hun culturele context
=> maar wanneer pogingen tot controle mislukken is secundaire controle bevorderlijk voor gezondheid
is locus of control aangeboren of aangeleerd?
er is een aanleg, maar ontwikkelt zich ook door externe factoren => stressvolle gebeurtenissen
=> wanneer individu herhaaldelijk situatie meemaakt waarbij men geen controle krijgt ondanks pogingen => aangeleerde hulpeloosheid
=> het ervaren van succes ervaringen zorgt voor een grotere locus of control
wat is spiritualiteit?
=> de vraag naar de zin van het leven=> de zingeving in het algemeen => bewustzijn van de hogere waarden: liefde - respect
=> personen met kanker met een sterke spirituele betrokkenheid => hogere mater van welbevinden en mindere mate van disstress
=> want antwoorden op existentiele vragen => meer zinvolheid ervaren van het leven
=> Wanneer we het hebben over zingeving moeten we een onderscheid maken tussen ‘global meaning’, het ervaren van de zinvolheid van het leven als geheel, en ‘situational meaning’, de betekenis die men aan een specifieke traumatische gebeurtenis toekent
=> verbondenheid op drie gebieden : verbondenheid met de kern van zichzelf, verbondenheid met andere mensen of de natuur, en verbondenheid met het hogere of transcendentie.
=> meten via SAIL
Welke vierde dimensie voegde Frans Baar toe aan het biopsychosociaal model, en waarom is die belangrijk in de zorg?
Spiritualiteit => Het helpt cliënten omgaan met moeilijke vragen
De spirituele dimensie ligt in de kern van het model, maar is minder direct toegankelijk dan de andere dimensies.
Somatische (lichamelijke) en psychosociale zorg staan in de buitenste laag en krijgen vaak eerst aandacht, omdat die beter ontwikkeld zijn.
De spirituele dimensie vraagt om een holistische benadering, waarbij zorgverleners luisteren naar de diepere betekenis achter woorden.
Alle dimensies beïnvloeden elkaar: spirituele kracht kan bijvoorbeeld helpen omgaan met lichamelijke pijn.
wat is de zelfdeterminatie theorie?
mensen geven van nature proactief vorm aan de omgeving en dit is gericht op groei en integratie
zelfdeterminatie ontwikkeld zich in een stimulerende omgeving => een omgeving die voldoet aan 3 basisbehoeften
1) behoefte van autonomie=> wens om psychologisch vrij te kunnen handelen
2) behoefte aan competentie => zich bekwaam voelen
3) behoefte aan verbondenheid => positieve relaties hebben
als deze behoeften worden voldaan zal iemand goed kunnen functioneren en groeien
wat is het verschil tussen de bekachtigingstheorie en de zelfdeterminatietheorie?
=> zelfdeterminatie gaat uit van intrinsieke motivatie => eigen wil
=> bekrachtiging => maakt gebruik van beloning of straf gericht op extrinsieke motivatie
wat is coping?
=> adaptatie
=> de strategie die men gebruikt om met stressor om te gaan
=> verschillen van probleem tot probleem => het is een dynamisch fenomeen en geen stabiele persoonlijkheidseigenschap
wat is het verschil tussen afweer en coping?
2 groepen voor stressmanagment
Afweer => reduceren van symptomen van stress/ verminderen van het bewustzijn van de stressymptomen=> afleiding zoeken => voordelig bij pijn - ongemakken) nadeel: stress komt onvermijdelijk terug en moeilijker om iets aan te doen
coping=> is meer een defensieve houding => is gericht op actie om OORZAKEN van stress te verminderen of weg te nemen, niet enkel symptomen => hiervoor moet je stress onder ogen zien, stressor identificeren en manier vinden om op te lossen
wat is probleemgerichte en emotiegerichte coping?
probleemgerichte coping: identificeren van de stressor, deze beïnvloeden of de oorzaak van de stressor aanpakken
emotiegerichte coping: vermijden => inspanningen om de negatieve gevolgen van stress te verzachten (bidden- afleiding zoeken) => beste coping bij chronische aandoening => ondanks negatieve situatie toch emotioneel goed voelen
copingstrategie afhankelijk van de context => adaptieve coping = situatiespecifiek
enige non-adaptieve coping => misbruik van alcohol of drugs
wat is cognitieve herstructurering?
met behulp van cognitieve technieken kunnen we onze coping versterken
cognitieve herstructurering :> cognitief herbeoordelen van stressoren met doel minder stressvolle interpretatie
eerst gedachten die stress en angst veroorzaken identificeren => dan jezelf uitdagen de situatie op een positievere manier te bekijken
goed voor mensen die chronische stress ervaren
centraal binnen cognitieve gedragstherapie
wat is sociale vergelijking?
vergelijking van de eigen situatie met andere soortgelijke situaties
neerwaartse sociale vergelijking: vergelijkingen met mensen die erger zijn gesteld en hierdoor positieve beoordeling maken (emotioneel gerichte coping)
opwaartse sociale vergelijking: vergelijken met mensen die beter doen en het zien als inspiratie ter verbetering van eigen instelling (meer probleemgerichte coping)
zijn beide effectieve strategieën voor coping