STOFWISSELING 6 Flashcards
AEROBE DISSIMILATIE REACTIEKETENS IN EEN CEL
1/GLYCOLYSE, glucosemolecuul in 2(pyrodruivenzuur C3H3O4) gesplitst, vindt plaats in cytoplasma en verloopt anaeroob, naar mitochondriën vervoert in passeren van de membraan kost energie.
2-acetylco-enzym A: uit de binding tussen 1 pyrodruivenzuur en co-enzym A
3-Ciroenzuurcyclus: begint als de acetylgroep in gaat, hierbij wordt citroenmolecuul afgebroken tot co2 moleculen, vindt plaats in de mitochondriën de energie uit glucose wordt gebruikt voor de energierijke ELEKTRONEN gebonden aan NADH en FADH2, verloopt anaeroob.
4-oxidatieve fosforylering: hierbij geeft energierijke elektronen hun energie geleidelijk af voor maken van ATP, verloopt AEROBE, en de elektronen zonder energie en waterstofionen worden gebonden aan zuurstof.
licht toe glycolyse
aerobe dissimilatie van glucose (6 c-atomen) start met twee fosforyleringstappen waarbij fructose-1,6-difosfaat.
per glucose molecuul 2 ATP nodig voor energie en
ATP levert ook de fosfaatgroepen.
glucose wordt in een reactie keten van 9 stappen gedeeld in 2 pyrodruivenzuur (3 c-atomen per 1) en dat levert 4 ATP moleculen op.
2 NAD+ binden elke twee elektronen en een H ion.
NADP is de elektronen acceptor in fotosynthese en lijken op hun werk met NAD+
NAD+ + 2e- + H+»> NADH
DUS bij glycolyse ontstaat 2 Pyrodruivenzuur en 2 NADH die energierijk is en kunnen gebruikt worden bij de oxidatieve fosforylering voor de vorming van ATP.
waar worden de 2 pyrodruivenzuur gebracht na glycolyse in de cytoplasma
naar de citroenzuurcyclus in de matrix van de mitochondriën
wat is matrix
vloeistof binnen de mitochondriën en omsloot door membranen
voor dat citroenzuur begint
binden een pyrodruivenzuur aan co enzym A»> acetyl-CoA waarbij een c-atoom wordt gesplitst en ook 2 zuurstofatomen»> CO2 en NADH per 1 pyrodruivenzuur.
DE RESTGROEPEN met 2 c/atomen WORDEN OPGENOMEN in de citroenzuurcyclus waarbij citroenzuur ontstaat.
Co-enzym A komt weer terug om de volgende pyrodruvenzuur te binden.
in de citroenzuurcyclus worden energierijk elektronen overgedragen aan elektronenacceptoren bijv NAD+ en FAD,
verder wordt chemische energie vastgelegd in GTP die gevormd uit GDP en p, en de energie van GTP kan ook worden gedragen aan ATP
oxidatieve fosforylering
NADH en FADH2 uit glycolyse en citroenzuurcyclus bevatten energierijke elektronen, die worden gegeven aan een ketens van reactie in elektronacceptoren die achter elkaar liggen in de binnenste membraan van de mitochondrium (deze reacties heet elektronentransportketen)
hierbij verliezen elektronen energie die wordt gebruikt om H ionen actief door binnenste mitochondrium naar de vloeistof tussen binnen en buitenmembraan te transporteren.
het concentratie verschil aan weerszijden benut als energiebron het ATPsynthase om ATP te maken.
als elektronen hun energie hebben afgegeven reageren ze met zuurstof en H Ionen, en laatste energie raken ze kwijt in vorm van warmte en komen uiteindelijk terecht in watermoleculen.
GISTING
PER GLUCOSE MOLECUUL ONSTAAT 2 PYRODRUIVEN EN 2 ATP HIER IS GEEN ZUURSTOF NODIG, DIT LEVERT GENOEG ATP VOOR HETEROTROF
CELLEN DIE DOOR GISTING ENERGIE KRIJGEN MOETEN NADH KUNNEN TERUG ZETTEN OM IN NAD+(DE ELEKTRONENACCEPTOR) DIT KAN DOOR PYRODRIUIVEN OMZETTEN IN ETHANOL OF MELKZUUR
HOE WORDT MELKZUUR GEMKAAT
doordat melkzuurbacterien omzetten pyrodruiven om in melkzuur
wat gebeurt met de melkzuur in de mens lichaam na verzuurde spieren
wordt naar lever vervoert en weer omgezet in glucose duur behulp van ATP en zuurstof.
eiwitten dissimilatie
afgesplitst in aminozuren, van de aminogroep wordt het afgesplitst en omgezet in ammoniak , kan ook zwavel ontstaan, en de overgebleven koolstofketen kan worden omgezet in pyrodruivenzuur of in azijnzuur (acetyl-CoA) of andere stoffen die in de citroenzuurcyclus worden verder gedissimileerd
vetten dissimilatie
afgesplitst in de kleine haarvaten in de lever naar glycerol en vetzuren, en in de cellen naar glucose en vervolgens naar glycogeen en worden als reservvenergiebron voor de spieren.
de vetzuren worden 2 koolstof afgesplitst en dit wordt versneld door enzymen in de vloeistof in de mitochondrium, naar acytelco-Enzym A.
