T4.1 Emotionele arbeid Flashcards

1
Q

Emoties kunnen volgens het Circumplexmodel ingedeeld worden in twee dimensies, namelijk valentie en activatie. Waar kunnen de begrippen werkbevlogenheid, werkverslaving en burn-out geplaatst worden?

A

Volgens het Circumplexmodel kan er onderscheid gemaakt worden tussen twee dimensies, de valentie (positief versus negatief) en de activatie (actief versus passief).

  1. Werkbevlogenheid is een actieve, positieve houding, die leidt tot enthousiasme en optimisme en zal vaak zorgen voor goede prestaties op het werk.
  2. Werkverslaving daarentegen kenmerkt zich door een actieve, negatieve houding. Het harde werken leidt hier over het algemeen niet tot betere prestaties, als gevolg van bijvoorbeeld vermoeidheid en inefficiënte werkwijzen.
  3. Bij burn-out is er sprake van een passieve, negatieve houding. Mensen met burn-out kampen met emotionele uitputting en hebben vaak een cynische houding richting het werk.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Emotionele arbeid verwijst naar werkzaamheden waarin het uiten en onderdrukken van emoties een vereiste van de baan is. Om te kunnen voldoen aan de gevoelsregels van de organisatie moeten werknemers in staat zijn om hun emoties te reguleren. Welke strategieën hebben zij hiervoor tot hun beschikking? 4x

A
  1. Wanneer werknemers ervoor kiezen om hun innerlijke gemoedstoestand te veranderen zodat deze aansluit bij de gewenste gemoedstoestand is er sprake van deep acting. Deze strategie leidt ertoe dat de werknemer zich ook echt gaat voelen zoals passend is.
  2. Werknemers kunnen er ook voor kiezen om zich alleen oppervlakkig aan te passen aan de gevraagde gemoedstoestand. De werknemer zal zich hierdoor niet anders gaan voelen. We noemen dit surface acting.
  3. Daarnaast kunnen werknemers alternatieve manieren gebruiken, zoals situatieselectie (het opzoeken of vermijden van specifieke situaties)
  4. en situatiemodificatie (het veranderen van de situatie zodat het beter aansluit bij de gewenste gevoelens).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke factoren kunnen ondersteunend zijn bij emotionele arbeid?

A

Er blijkt een positief verband te zijn tussen de mate van autonomie en het reguleren van emoties. Het uitvoeren van emotionele arbeid kost minder energie als de werknemers zelf mogen bepalen hoe zij dit doen. Daarnaast leidt het ervaren van sociale steun op het werk vaker tot deep acting en tot minder vermoeidheid.

Naast deze externe factoren zijn er twee persoonsgebonden factoren die een rol spelen, namelijk de emotionele intelligentie van de werknemer en de self-efficacy (het geloof in eigen kunnen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom is er nu pas aandacht voor emoties op de werkvloer?

A

Eerst bestond arbeid alleen uit fysieke inspanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent emotionele arbeid?

A

Werkzaamheden waarin het uiten en onderdrukken van emoties een vereiste van de baan is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn gevoelsregels?

A

De verwachtingen of vereisten die bedrijven stellen met betrekking tot het uiten van emoties worden ook wel gevoelsregels genoemd. Verschillen per beroep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer treedt emotionele dissonantie vooral op?

A

Bij gebruik van surface acting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Recent onderzoek heeft gesuggereerd dat de gevolgen van emotionele arbeid het beste gezien kunnen worden als een serie zogenoemde…

A

feedbackloops

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kost deep acting of surface acting meer energie?

A

Surface acting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is emotionele intelligentie?

Leidt het tot betere werkprestaties?

A

Hoe effectief iemand is in met de emoties van zichzelf en anderen omgaan

Alleen bepaalde beroepen

Emotioneel intelligente werknemers snappen in welke situatie zij zich het best helemaal in een ander kunnen inleven en in welke situatie een nepglimlach volstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly