tour 4, étape 2 Flashcards
(40 cards)
een toegang
un accès
een zoekertje
une annonce
een verzekering
une assurance
de mond-tot-mondreclame
le bouche-à-oreille
een kakkerlak
un cafard
een last
und charge
een medehuurder, medehuurster, huisgenoot, huisgenote
un colocataire, une colocataire
het samenwonen
la colocation
een huurcontract
un contrat de location
een kost
un cout
een onstmetting
une déstination
een (water)lek
une fuite (d’eau)
een huurder, huurster
un locataire, une locataire
een huur
un loyer
de schimmel
le moisi
een prik, insectenbeet
une piqure (d’insecte)
een eigenaar, eigenares
un propriétaire, une propiétaire
een bedwants
une punaise de lit
een wijk
un quartier
gemeenschappelijk
commun, commune
onberispelijk
impeccable
licht
lumineux, lumineuse
gedeeld
partagé, partagée
dichtbij, dicht bij
proche (de)