HC 15 Diagnostiek in de zwangerschap

Question 1

Aangeboren afwijkingen die je kan zien op de echo

Answer 1

• Te korte pezen
  o Betere uitkomst
• Extra vinger
  o Nee
• Hazenlip
  o Betere acceptatie
• Open rug
  o Intra uteriene operatie
• Katten kop
  o Minder morbiditeit moeder
• Grote nieren
  o Minder morbiditeit moeder
• Down
  o Keuze opties
• Darm buiten buik
  o Minder sterfte
• Gat in diafragma
  o Minder sterfte

Question 2

Aangeboren afwijkingen

Answer 2

• Major: een afwijking die levensbedreigend is, uitgebreide chirurgie vereist, leidt tot
  handicaps of een ernstige cosmetisch effect.
  o In 2-3% van de gevallen
• Minor: een afwijking die geen ernstige medische of cosmetische consequenties heeft.
  o In 7% van de gevallen
• Veel afwijkingen zijn te zien op de echo, maar lang niet allemaal

Question 3

Transpositie van de grote vaten (TGV)

Answer 3

• Aangeboren hartafwijking
• Positie van de belangrijkste bloedvaten die uit het hart komen, de aorta en de longslagader, verwisseld zijn.
   Zuurstofarm bloed vanuit rechterhart direct terug naar de long
   Zuurstofrijk bloed vanuit de linkerkamer terug naar het lichaam

Question 4

Prenatale screening

Answer 4

• Wet op bevolkingsonderzoek
• Nationale aansturing
• Nationale regelgeving
• Kwaliteits monitoring

Question 5

Counseling prenatale screening

Answer 5

• Aan elke zwangere dient een counselingsgesprek over prenatale screening en diagnostiek te worden aangeboden te worden
• Er is “recht op niet weten”
• Counseling is iets anders dan voorlichting of informatieverstrekking
• Counselor heeft landelijk erkende cursus gedaan
• Gesprek van 20-30 minuten

Question 6

Endoscopie in de zwangerschap

Answer 6

• Datering: uitgerekende datum
  o klassieke methode: eerste dag laatste menstruatie
  o Fouten in herinnering
  o Irregulaire cyclus
  o Bloedverlies in vroege zwangerschap
  o Verschillen in de ‘diapauze’
• Crown-rump: lengte van de embryo
  o Meten van foetale groei (meten van hoofd-, buikomtrek en femurlengte; interobserver variation) heeft geen betere uitkomst
• Tweeling
  o Identificatie vermindert mortiliteit
  o TTS (transfuseur transfusee syndroom) – monochorionic twins
   Ene krijgt heel veel vocht, de ander heel weinig
• Grootte van de baby meten
• Intra-uteriene ingrepen