Hoofdstuk 16 Flashcards

1
Q

Betrouwbaarheid van een diagnostisch systeem

A

In hoeverre alle diagnostici getrained binnen hetzlefde systeem tot dezelfde conclusie/diagnose komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

DSM

A

Diagnostic and statistical manual of mental disorders.
1e 1952
Tegenwoordig DSM 5, 13 belangrijke categorieen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

4 thema’s om gedrag te evalueren

A

Deviant?
Leidt het tot distress?
Is er dysfunctie?
Is er gevaar?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Oorzaken mental disorders

A

3 P’s
Predisponerende factoren
Precipiterende factoren (uitlokkend)
Perpetuating factoren (onderhoudend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mogelijke verklaringen in sexe verschil in prevalentie van mentale aandoeningen

A

Verschil in rapportage
Verwachting clinicus (expectancy bias)
Versvhillen in stressvolle ervaringen
Verschillende coping,echamis,en

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onderverdeling angststoornissen

A
Gegeneraliseerde angststoornis
Fobieen
Paniek stoornis
PTSS (dsm4)
OCD (dsm 4)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Katakterisktieken PTSD

A

Ongecontroleerde herbeleving (flashbacks)
Verhoogde arousal
Actieve vermijding van gedachten en situaties die aan t trauam zouden kunnen heeinneren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hopeloosheids theorie?

A

Abramson
Neg gebeurtenis zal dramatische gevolgen hebben
Neg gebeurtenis zegt iets over mijzelf
Oorzaak vd negatieve gebeurtenis wordt bij iets stabiels neergelegd

Deze gedacjtengang is voorspellend voor het optreden van depressie (Alloy)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat bewees Kendler mbt depressie?

A

Begin van klinische deprerssie altijd combi van genetische predispositie (aangetoond door tweeling onderzoek) en een ernstig stressvol life-event.
Betrokken gen is 5-HTT dat het effect van serotonine in het brein verandert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Kernsymptomen schizofrenie

A
Ongeorganiseerde spraak en gedachten
Wanen
Hallucinaties
ernstig ongeorganiseerd gedrag en catatoon gedrag
Negatieve symptomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Persoonlijkheidsstoornissen indeling

A
Cluster A vreemde stoornissen
.paranoide
.schizoide
.schizotypisch
Cluster B dramatische
.antisociaal
.borderline
.histrionisch
.narcistisch
Cluster C
.vermijdend
.afhankelijk
.obsessief-compulsief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een persoonlijkheidsstoornis

A

Patroon van gedrag, gedachten en emoties dat het gevoel van zelf, doelem em de capaciteit voor empathie en of intimiteit benadeelt, en heassocieerd is met significante stress en disability

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly