7.1, 7.2 begrippen Flashcards
(39 cards)
zuurstofconcentratie
aandeel van zuurstof
glucoseconcentratie
aandeel van glucose
dynamisch evenwicht
bepaalde factoren in een organisme schommelen rondom een bepaald evenwicht (de normwaarde)
regelkring
systeem dat ervoor zorgt dat de waarde van een bepaalde factor rondom een normwaarde schommelt
inwendige milieu
wordt gevormd door het bloed en de weefselvloeistof van een organisme
homeostase
het in stand houden van een dynamisch evenwicht in het inwendige milieu van organismen
effector
uitvoerder in een regelkring
negatieve terugkoppeling
regelkring waarin een toename van het resultaat een remming van het proces veroorzaakt; een afname van het resultaat veroorzaakt een stimulering van het proces
positieve terugkoppeling
regelkring waarin een toename van het resultaat het proces versterkt
uitwendige milieu
omgeving van een organisme
signaalstoffen
stoffen waarmee communicatie tussen cellen in meercellige organismen plaatsvindt
hormoonklieren
geven signaalstoffen af in de vorm van hormonen
receptoren
delen van cellen waaraan een bepaald hormoon kan binden
hormonen
signaalstoffen die de hormoonklieren afgeven
doelwitorgaan
orgaan waarvan de cellen receptoren bezitten waaraan bepaalde hormonen kunnen binden
hormoonconcentratie
concentratie van een hormoon in het bloed; ook wel hormoonspiegel genoemd
hormoonreceptoren
receptoren voor een bepaald hormoon op of in de cellen van een doelwitorgaan
endocrien
type klier dat zijn product rechtstreeks aan het bloed afgeeft; hormoonklieren zijn endocriene klieren
exocrien
type klier dat zijn product via een afvoerbuis afgeeft
steroïdhormonen
hormonen die vaak worden gevormd uit cholesterol en eigenschappen van vetten hebben
receptor in het cytoplasma
receptor die zich in het cytoplasma bevindt; wanneer een hormoon zich aan een receptor in het cytoplasma bindt, ontstaat een hormoon-receptorcomplex
peptide- of eiwithormonen
hormonen die goed in water oplosbaar zijn en het celmembraan niet kunnen passeren; binden aan een receptor in het celmembraan
receptor in het celmembraan
bindt aan peptide- of eiwithormonen waardoor aan de binnenzijde van het celmembraan een signaalmolecuul (de second messenger) wordt gevormd of geactiveerd
second messenger
nadat een peptide- of eiwithormoon aan een receptor is gebonden, wordt een signaalmolecuul gevormd of geactiveerd dat het signaal in de cel doorgeeft