Clostridium perfringens Flashcards
(10 cards)
1
Q
groep
A
grampositief
2
Q
vorm
A
staaf/bacil
3
Q
metabolisme
A
anaeroob
4
Q
wat doen die in ongunstige omstandigheden
A
sporenvorming
5
Q
epidemiologie
A
- Wijd verspreid in de omgeving
- Commensaal darmslijmvlies
- Subtypering obv. toxine productie => type A
6
Q
type A
A
- meest voorkomend
- betrokken bij wondinfecties, gasgangreen en voedselvergiftiging
7
Q
Pathogenese
A
- 12 verschillende toxines en/of enzymen
- alfa-toxine = lecithinase: lysis van RBC, bloedplaatjes, WBC en endotheliale cellen => verhoging vasculaire permeabiliteit, hemolyse, weefseldestructie
- bèta-toxine = protoxine: geactiveerd door trypsine => necrose thv darmslijmvlies
- enterotoxinen: komt vrij in alkalisch milieu van de dunne darm => waterige diarree
8
Q
ziektebeelden
A
- Infecties van weke delen (cellulitis, necrotiserende fasciitis, gasgangreen)
=> kan traumatisch of spontaan - Voedselvergiftiging
- Necrotiserende enteritis
9
Q
diagnose
A
- gramkleuring
- cultuur wondvocht/faeces
10
Q
behandeling fasciitis en gasgangreen
A
- Zsm heelkunde: wonde openleggen en alle necrotisch weefsel debrideren
- antibiotica: penicilline HD + clindamycine
- controversieel: rol van hyperbare O2