extra

Question 1

SWOT: zwakt/kansen. wat doen

Answer 1

ingrijpende herstructrering –> interne voorwaarden niet geschikt om kansen te benutten – intern herstelplan

Question 2

SWOT: sterkten/bedreigingn:

Answer 2

verdedigen, ongunstige externe omstandigheden

Question 3

retail formula

Answer 3

sales * margin - costs = profti

Question 4

wat wordt bedoeld met frictie in de firction matrix 2dingen

Answer 4

1: firctie tussen tactiek en strategie. De omzetmix die vandaag een optimale winstgevendheid geeft, kan
afwijken van de omzetmix die optimaal is voor de lange termijn. Ditzelfde
geldt voor de margemix en de kostenmix
2: return on sales veel lager. permanente frictei tussen externe marktpositie en interen efficiency

Question 5

friction matrix: strategic marekt position

Answer 5

externe marktpositie lange termijn. conceptontwikkeling

Question 6

friction matrix: stategic efficiency:

Answer 6

interne structuur; opbouwen operationele voordleen tegenover concurrentie. procesontwikeling

Question 7

friction matrix: tactical cost reduction

Answer 7

opvoeren producitvitieti. hoe kunnen we, onder handhaving van
het omzetniveau, de kosten omlaag brengen?

Question 8

friction matric: tactical sales efforts

Answer 8

kortetermijnmarktpositie

Question 9

friction matrix: break-evenpunt

Answer 9

geeft aan bij welk omzetniveau, gegeven de gebudget-
teerde kostenstructuur, aanloopverliezen overgaan in winst

Question 10

brand identity prism: self/image

Answer 10

loreal because im worth it

Question 11

brand identity prism: reflection

Answer 11

mercedes zakenmannden

Question 12

brand identity prism: relationshop

Answer 12

blue band staat voor liefde kind en moeder

Question 13

brand identity prism: culture

Answer 13

mercedes duite kwali, cocacola ameria

Question 14

brand identity prism: personality

Answer 14

jumbo familie nedrijf

Question 15

sloot: postioneringsgat

Answer 15

Doordat de markt verandert, de concurrentie zich verder ontwikkelt en/of doordat het eigen marketingbeleid niet consistent of juist wordt uitgevoerd, kan het zo zijn dat in de evaluatiefase wordt vastgesteld dat de gepercipieerde positionering afwijkt van de gewenste positionering

Question 16

informatie en productfulfillmentmatrix: voordelen van beide kanalen 5

Answer 16

1 betere service door producten op halen/retourneren in fysieke winkel
2 ‘customer share’ traffic gegenereerd in ene kanaal doorgestuurd naar andere kanaal
3 meer flexibiliteit bij de inkoop van goederen
4 kennis delen, zoals dynamic pricing online, naar de
fysieke winkel
5 de entree in nieuwe markten via het onlinekanaal waarna het fysieke kanaal kan volgen

Question 17

Strategisch retailmarketingbeleid 4

Answer 17

1 De marktsegmentatie en doelgroepkeuze: wie wil ik graag als klant
hebben?
2 Het merkenbeleid en de positionering: wat wil ik voor de klant
betekenen?
3 De kanaal- en formatstrategie: hoe ga ik de klant bedienen?
4 Het locatiebeleid: waar ga ik de klant bedienen

Question 18

Tactisch retailmarketingbeleid 5

Answer 18

1 Communicatiebeleid: op welke wijze maakt de retailer reclame?
2 Presentatiebeleid: hoe worden de winkels offline en online ingericht?
3 Assortimentsbeleid: wat zijn de uitgangspunten voor de assortiments-
samenstelling?
4 Prijs- en promotiebeleid: wat is het prijsniveau en welke promoties biedt
de retailer aan?
5 Personeelsbeleid: welke vormen van dienstverlening worden verricht

Question 19

wat zou het perfecte winkelkompas zijn?

Answer 19

1/2 uitblinkers, 1/2 average. 2/3 lower than that

Question 20

5 dimensions customer relevancy model

Answer 20

: price, product, service, access & experience

Question 21

achterliggende filosofie customer relevancy model?

Answer 21

succesvolle retailers uitblinken (domineren) op een van de vijf dimensies, beter dan gemiddeld scoren (differentiëren) op een tweede dimensie en gemiddeld (‘on par’) op de overige drie dimensies.

Question 22

six phases CJ

Answer 22

pre store search, visit store, searh en select, cehckout, collect, after sales

Question 23

name 10 trends in retail

Answer 23

1. contributing society
2. from throwing away to passing on
3. ownership to use, (delen)
4. time fit
5. customization (personalization)
6. • customer sub-domain: put together a part of the assortment that he/she likes and then you can share it with each other.
7. check in: ecosystem
8. from social networks to commerce:
   9: sensory interface
9. stores to metaverse

Question 24

Customer expectations due to the development of e-commerce 6

Answer 24

Equal prices everywhere
Order through any channel
Everything always in stock
Multiple payment options
Free delivery and return policy
Cross-channel return policy

Question 25

store compass wat waar waarde wie waarom

Answer 25

wat: assortiment, stijl, goederenintensiteit waar: locatie, lay-out & design grootte waarde: prijs kwaliteitsverhouding wie: service, kennis sfeer waarom: positionering, promotioneel

Question 26

idee achter informatie en product fulfilment matrixq

Answer 26

kijken vanuit behoeftebevrediging klant: retailers lost 2 zaken op; inforamtie en productbehoefte

Question 27

informatie en productfulfillmentmatrix: voordelen van beide kanalen 5

Answer 27

1 betere service door producten op halen/retourneren in fysieke winkel 2 ‘customer share’ traffic gegenereerd in ene kanaal doorgestuurd naar andere kanaal 3 meer flexibiliteit bij de inkoop van goederen 4 kennis delen, zoals dynamic pricing online, naar de fysieke winkel 5 de entree in nieuwe markten via het onlinekanaal waarna het fysieke kanaal kan volgen

Question 28

8 stappen category managemetn model

Answer 28

catergory definition, role, performance, objective, strategy, tactics, implementation en revision

Question 29

4 category roles

Answer 29

A destination categories: reasion to visit store or expected by customer routline categories: groups that are bought of habits convenience categories: extension of the regular assortment seasonal categories

Question 30

How to make price comparison more difficult for the customer? 4

Answer 30

▪ Minimise one-to-one price comparisons ▪ Introduce personalised prices ▪ Use transaction-oriented price incentives ▪ Create bundled offers

Question 31

proces of store design 5

Answer 31

store design, floorplan, layout, plan ofplacement of departments, merchandising

Question 32

4 criteria of sfp

Answer 32

▪ Level of dominance/importance per department ▪ Profitability per department ▪ Physical distribution system ▪ Rates of sales

Question 33

divisional organisation (category management)

Answer 33

De onderneming wordt opgedeeld in aparte businessunits (catego- ries) die vaak bestaan uit een vanuit de consumentenvraag of vanuit de operationele problematiek verwante groep artikelen.

Question 34

afwijken osplagcalculatie: concurrentie

Answer 34

Key items bepalend voor prijsimago bij consument. hanteer deze voor prijs concurrentie onderzoek

Question 35

afwijken osplagcalculatie: geografisch aspect

Answer 35

afwijken osplagcalculatie: geografisch aspect

Question 36

afwijken osplagcalculatie: tijdsaspect (4)

Answer 36

prijsimago: aanbiedingen omzetontwikkeling: tijdelijke actie die niet worden meegefianancieerd door toeleverancier afprijzingen: dat wat j eniet verkocht kreeg marktontwikkeling: nieuwe laptops na 3 maanden verouderd