gezegdes Flashcards
(13 cards)
1
Q
verbranden
A
Prendre un coup de soleil
2
Q
verandering van omgeving
A
changer d’air
3
Q
avontuurlijk leven leiden
A
Rouler sa bosse
4
Q
weggaan met alles wat je nodig hebt
A
Partir avec armes et bagages
5
Q
het is de moeite om het te zien
A
Cela vaut le coup d’œil
6
Q
opweg naar
A
Faire route vers…
7
Q
op zoek zijn naar
A
Être en quête de…
8
Q
gehuisvestigd zijn ergens
A
Prendre pension
9
Q
vakantie spreiden over verschillende periodes
A
L’étalement des vacances
10
Q
terugkeren naar huis
A
Regagner ses pénates
11
Q
plaats waar iemand zich vestigd
A
Le point de chute
12
Q
op het gemak plezier maken
A
prendre du bon temps
13
Q
het onbekende tegemoet gaan
A
Partir à l’aventure