Hoofdstuk 12: Het urinewegstelsel Flashcards
(37 cards)
Het urinewegstelsel bestaat uit
Nieren
Urineleiders
Blaas
Urethra (urinebuis)
Urine
Bestaat voornamelijk uit water en opgeloste stoffen (ionen, medicijnen, vitaminen, toxische stoffen en kleine afvalmolecules uit overal in het lichaam)
Nieren
Produceren urine
Houden homeostase in stand: waterinname = waterproductie
Reguleren stikstofhoudende afvalstoffen en andere oplossingen (ammoniak ontgiften)
Nierpiramiden
binnenste piramidevormige zones van dicht weefsel die de medulla vormen
Nierbekken
Holle ruimte in midden van nier waar urine zich verzamelt na vorming
Nefronen
Lange, dunne, buisvormige structuren die gemeenschappelijke laatste deel (verzamelkanaal) hebben waardoor urine naar nierbekken wordt afgeleverd
Opbouw nefron
Kopje weefsel waarvan één kant naar binnen is geduwd (glomerulaire capsule of capsule van Bowman), deze omringt en omsluit een netwerk van haarvaten (glomerulus) die deel uitmaakt van bloedtoevoer naar nefron
Urineleiders
Gespierde buis die urine naar blaas transporteert door peristaltische golven van samentrekking van gladde spieren
Het nierbekken van elke nier loopt door in een urineleider
Urineblaas
Slaat urine op
Bestaat uit drie lagen glad spierweefsel, binnenkant bekleed met epitheelcellen
Doorgaans gemiddeld 600-1000 ml urine (minder bij vrouwen want wordt samengedrukt door baarmoeder)
Urinebuis (urethra)
Transporteert urine uit het lichaam
Verhindert dat urine lichaam vroegtijdig verlaat door interne en externe urethrale sluitspier
20 cm bij mannen en 4,5 cm bij vrouwen
Vanaf glomerulaire capsule gaat tubulus verder als lange, dunne buis met vier gebieden:
Proximale tubulus
Lus van Henle
Distale tubulus
Verzamelkanaal
Proximale tubulus
Begint bij glomerulaire capsule in cortex en eindigt bij medulla (reabsorbeert 65-70% van het water)
Lus van Henle
Strekt zich uit tot medulla als dalende deel en loopt dan weer omhoog als stijgend deel (reabsorbeert 25% van het water)
Distale tubulus
Glomerulaire capsule is gepasseerd
Verzamelkanaal
Distale tubuli van duizend nefronen komen samen en vormen verzamelkanaal dat zich uitstrekt van cortex via medulla tot nierbekken
Afferente arteriolen
Komt glomerulair capsule binnen en deelt zich meerdere keren om netwerk van haarvaten te vormen dat de glomerulus vormen → waar plasmavloeistof en opgeloste stoffen uit het bloed gefilterd worden
Efferente arteriolen
Glomerulaire haarvaten die samenkomen en gefilterd bloed uit glomerulus transporteren
Peritubulaire haarvaatjes
Verwijderen wateri, ionen en nutriënten die opgenomen worden door proximale en distale tubuli
Drie processen die betrokken zijn bij de vorming van urine
Glomerulaire filtratie
Tubulaire reabsorptie
Tubulaire secretie
Glomerulaire filtratie
De beweging van een eiwitvrije oplossing van vloeistoffen en opgeloste stoffen vanuit de glomerulus in de ruimte binnen de glomerulaire capsule
Tubulaire reabsorptie
De terugkeer van het grootste deel van de vloeistof en opgeloste stoffen terug in de peritubulaire capillairen of vasa recta
Tubulaire secretie
De toevoeging van bepaalde opgeloste stoffen uit de peritubulaire capillairen of vasa recta in de tubulus
Proteïnurie
Zeefachtige structuur van glomerulaire capillairen wordt verstoord waardoor eiwitten filtratiebarrière passeren en in tubulusvloeistof terechtkomen (eiwitten in urine)
Mictiereflex
Urinereflex
Interne urethrale sfincter: blijft gesloten tenzij de blaas wordt leeggemaakt
Externe urethrale sfincter: skeletspier die onder vrijwillige controle staat