Hoofdstuk 2 Pathologie Flashcards

(89 cards)

1
Q

Aeroob

A

In de aanwezigheid van zuurstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Allergie

A

Overgevoeligheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Anaeroob

A

Zonder aanwezigheid van zuurstof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Anaplasie

A

Het ontstaan van ongedifferentieerd weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Anorexie

A

Geen eetlust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Antidotum

A

Tegengif

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Antigeen

A

Stof die door het afweersysteem als lichaamsvreemd wordt beschouwd en daarom aanleiding geeft tot de productie van antistoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Antistof / antilichaam

A

Eiwit dat wordt gemaakt door cellen van het afweersysteem specifiek gericht tegen een antigeen; ook immunoglobuline genoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Atheroomcyste

A

Talgcyste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Atrofie

A

Het kleiner worden van weefsel of cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bradycardie

A

Verlangzaamd hartritme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Calor

A

Warmte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Carcinoom

A

Maligne tumor uitgaande van epitheelweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Causaal

A

Oorzakelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Cellulair

A

M.b.t. De cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Chemisch

A

Scheikundig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Chemotaxis

A

Aantrekking tussen levende organismen en chemische stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Colon

A

Karteldarm, deel van de dikke darm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Coloncarcinoom

A

Dikkedarmkanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Cogentitaal

A

Aangeboren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Constitutie

A

Gestel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Contractuur

A

Dwangstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Deficiëntie

A

Tekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Diabetes mellitus

A

Suikerziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Diapedese
Uittreden van leukocyten uit de bloedvaten
26
Differentiatie
Uitrijping van cellen en weefsels
27
Dolor
Pijn
28
Endogeen
Van binnenuit
29
Epidemie
Snelle toename van het aantal ziektegevallen in een gebied, gevolg door een afname
30
Etiologie
Leer van ziekteoorzaken
31
Exogeen
Van buitenaf
32
Extracellulair
Buiten de cel
33
Exsudaat
Uittreden van eiwitrijk vocht uit de bloedvaten
34
Fagocytose
Het opnemen van vaste deeltjes (zoals bacteriën) in het cellichaam
35
Flegmone
Diffuus uitbreidende ontsteking
36
Functio laesa
Verstoorde functie
37
Fysisch
Natuurkundig; lichamelijk
38
Gegeneraliseerd
Over het hele lichaam
39
Gelokaliseerd
Op een plaats
40
Hemofilie
Bloederziekte
41
Hyperemie
Verhoogde doorbloeding
42
Hyperplasie
Toename van het aantal cellen
43
Abces
Afgekapselde hoeveelheid pus
44
Hypertrofie
Toename van celgrootte
45
Hypoxie
Zuurstoftekort
46
Immunoglobine
Eiwit dat wordt gemaakt door cellen van het afweersysteem specifiek gericht op een antigeen
47
Infectie
Ontsteking als gevolg van necrose door micro-organismen
48
Intracellulair
In de cel
49
Irreversibel
Onomkeerbaar
50
Leukocyten
Witte bloedcellen
51
Leukocytose
Verhoogd aantal leukocyten in het bloedlymfadenitis
52
Lymfadenitis
Ontsteking van de lymfeklieren
53
Lymfangitis
Ontsteking van de lymfebanen
54
Malaise
Ziektegevoel
55
Mentaal
Geestelijk
56
metaplasie
verandering van de differentiatie van weefsel
57
metatastaseren
uitzaaien van een tumor
58
mitose
celdeling
59
multi
veel
60
multicausaal
veroorzaakt door meer factoren
61
necrose
weefselversterf
62
opportunistische infectie
infectie met overvloedig in het milieu aanwezige micro-organismen die alleen optreedt bij een individu met een vermiderde weerstand
63
orthese
apparaat ter ondersteuning van een lichaamsfunctie
64
pathogenese
de wijze waarop een ziekte ontstaat
65
PATHOLOGIE
ziekteleer
66
porte d'entrée
toegangsweg
67
predispositie
aanleg voor een aandoening
68
progressief
in toenemende mate
69
prothese
apparaat ter vervanging van een lichaamsdeel
70
resistentie
weerstandsvermogen
71
resorberen
opnemen
72
retardatie
achtergebleven ontwikkeling
73
reversibel
onomkeerbaar
74
rubor
roodheid
75
sarcoom
maligne tumor uitgaande van bindweefsel
76
sepsis
aanwezigheid en vermeerdering van micro-organismen in de bloedbaan
77
shock
terkort aan circulerend bloedvolume
78
solitair
op zichzelf staand
79
steriel
geen micro-organismen aantoonbaar
80
suppletie
aanvulling
81
tachycardie
versneld hartritme
82
tachypneu
versnelde ademhaling
83
toxine
giftige stof
84
toxisch
giftig
85
trauma
verwonding
86
traumatoloog
specialist die zich bezighoudt met de behandeling van verwondingen
87
trisomie
aanwezigheid van drie chromosomen van een soort
88
tumor
zwelling
89
urticaria
huiduitslag gepaard met hevige jeuk en vorming van bultjes