Hoofdstuk 5 Farmactherapie II Flashcards
(277 cards)
B-receptor
Receptor met grote affiniteit voor epinefrine = adrenaline en norepinefrine
Acne vulgaris
Jeugdpuistjes
Adstringentia
Middelen die een beschermende laag op een huid of slijmvlies aanbrengen
Aerosol
Verpakkingswijze waarin de werkzame stof wordt verneveld
Allergeen
Stof die een allergische reactie kan veroorzaken
Allergie
Overgevoeligheid
Anaal
Via de anus
Anabool
Opbouwend
Analgeticum
Pijnstiller
Analogon / analoga
Overeenkomende stof
Androgenen
Mannelijke Geslachtshormonen
Anaestheticum
Verdovend middel
Antagonist
Stof met tegengesteld effect
Anti emetica
Middelen tegen braken
Anti epileptica
Middelen tegen epilepsie
Antiarrhythmicum
Geneesmiddelen tegen hartritmestoornissen
Antibiotica
Stoffen die door micro-organismen of synthetisch worden gemaakt en een antibacterieel effect hebben.
Antichoagulantia
Middelen die bloedstolling voorkomen of behandelen
Anticonceptivum
Voorbehoedsmiddel
Anticholinergica
Parasympathicolytica
Antidepressiva
Middelen tegen depressie
Antidiarrhoica
Middelen tegen diarree
Antiflogistica
Middelen die ontstekingen remmen
Antiflogistisch
Ontstekingsremmend