hoofdstuk 32 Flashcards

(32 cards)

1
Q

Wat beïnvloeden internationale handel, kapitaalverkeer en arbeidsmigratie?

A

Economische prestaties van landen

Globalisering versterkt de verwevenheid tussen economieën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de betalingsbalans?

A

Een systematisch overzicht van alle economische transacties tussen een land en het buitenland in een bepaalde periode

Registreert alle financiële stromen tussen ingezetenen en niet-ingezetenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de nominale wisselkoers?

A

De prijs van een munt uitgedrukt in een andere munt (bijv. $1 = €0,80)

Het is geen goede maatstaf voor competitiviteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt de koopkrachtpariteitentheorie (KKP) in?

A

Wisselkoersen passen zich aan op basis van prijsniveauverschillen tussen landen

Houdt geen rekening met transportkosten, handelsbelemmeringen, en niet-verhandelbare goederen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de reële wisselkoers (RWK)?

A

Corrigeert de nominale koers voor prijsverschillen tussen landen

Voorbeeld: tussen de VS en de EU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de twee indexen voor effectieve wisselkoersen?

A
  • NEW (Nominale Effectieve Wisselkoers)
  • REW (Reële Effectieve Wisselkoers)

Deze worden berekend ten opzichte van een basisjaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een vaste wisselkoers?

A

Koers is gekoppeld aan een andere munt of mandje munten, met centrale bankinterventie bij schommelingen

Biedt meer zekerheid en stimuleert investeringen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat gebeurt er bij een waardestijging van een munt?

A

Export daalt, import stijgt

Dit wordt ook wel appreciatie genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de oorzaken van internationale kapitaalstromen?

A
  • Renteverschillen
  • Beleggingskansen
  • Politieke stabiliteit

Positieve gevolgen zijn hogere investeringen en economische groei.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het gevolg van een tekort op de lopende rekening?

A

Land bouwt buitenlandse schuld op of verkoopt activa aan het buitenland

Dit kan leiden tot een betalingsbalans- of muntcrisis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de interestpariteitstheorie?

A

De opbrengst van een belegging in euro’s moet gelijk zijn aan die van een belegging in dollars, rekening houdend met rentevoeten en verwachte wisselkoersverandering

Dit voorkomt arbitrage.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de onmogelijke driehoek (trilemma)?

A

Een land kan niet tegelijk een vaste wisselkoers, autonoom monetair beleid en vrij kapitaalverkeer hebben

Je kunt er maximaal twee kiezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn PEG-systemen?

A

Munt is vastgepind aan een sterke munt, met centrale bankverdediging

Risico bij unilaterale peg is beperkte reserves.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de belangrijkste rekeningen in de betalingsbalans?

A
  • Lopende rekening
  • Kapitaalrekening
  • Financiële rekening

De handelsbalans is een onderdeel van de lopende rekening.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurt er bij een positief economisch saldo?

A

Vraag naar eigen munt stijgt, wat leidt tot muntappreciatie

Dit kan de export duurder maken en de import goedkoper.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de rol van de centrale bank bij een vaste wisselkoers?

A

Moet ingrijpen om de koers stabiel te houden, door eigen munt te verkopen of op te kopen

Dit kan risico’s met zich meebrengen als de onevenwichten aanhouden.

17
Q

Wat is de rol van de Bank voor Internationale Betalingen (BIS)?

A

Steunt centrale banken bij financiële stabiliteit

Bekend van de Baselakkoorden.

18
Q

Wat is het doel van het Internationaal Monetair Fonds (IMF)?

A

Internationale monetaire stabiliteit en hulp bij betalingsbalansproblemen

Het werd opgericht na de Bretton Woods-overeenkomst.

19
Q

Wat zijn de gevolgen van een depreciatie van een munt?

A

Export stijgt, import daalt

Dit wordt ook wel muntverzwakking genoemd.

20
Q

Wat is de rol van de Wereldbank na WO II?

A

Verstrekt leningen voor hervormingen en ontwikkeling

Bestaat uit IBRD en IDA.

21
Q

Wat is de OESO?

A

Denktank voor economische samenwerking van geïndustrialiseerde landen

Opgericht voor Marshallhulpcoördinatie.

22
Q

Wat is de WTO?

A

Bevordert wereldhandel en beslecht handelsconflicten

Sinds 1995, opvolger van GATT met 164 leden.

23
Q

Wat is het huidige systeem van wisselkoersen?

A

Gemengd, grotendeels zwevende koersen

24
Q

Wat is de Europese Monetaire Unie (EMU)?

A

Invoering van de euro en één monetair beleid (ECB)

Geen nationale wisselkoersen meer binnen de eurozone.

25
Wat zijn de gevolgen van de invoering van de euro voor lidstaten in de EMU?
Lidstaten missen autonoom monetair beleid, waardoor begrotingsbeleid belangrijker wordt
26
Wanneer begon de Europese integratie?
In 1952 met EGKS (staal en kolen)
27
Wat zijn de 'Four Freedoms' van de EU?
Vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal
28
Wat was de uitkomst van het Brexit-referendum in 2016?
51,9% voor vertrek
29
Wanneer was de officiële Brexit?
Op 31 januari 2020
30
Hoe is de internationale monetaire samenwerking geëvolueerd?
Van de gouden standaard naar flexibele wisselkoersen ## Footnote Belangrijke instellingen zijn het IMF, Wereldbank en EU.
31
Wat zijn structurele tekorten of overschotten?
Kunnen destabiliserend werken
32
Wat zijn de aanpassingsmechanismen voor onevenwichtigheden?
Wisselkoersaanpassing en interne aanpassing ## Footnote Interne aanpassing omvat loonmatiging en begrotingsmaatregelen.