Hoofdstuk 5 (deel 1) Flashcards

(7 cards)

1
Q

Leg uit wat bedrijfsethiek is en wat het verschil is tussen descriptief en normatief.

A

De studie van de ethische kwaliteit van de handelingen binnen en door bedrijven.

Dit kan zowel descriptief als normatief begrepen worden.

Enerzijds gaat het over het onderzoeken en vastleggen van de feitelijke aangehangen normen en waarden binnen een bepaald bedrijf, en in het bijzonder zijn technologische en economische activiteiten.

Anderzijds is het een poging een antwoord te formuleren op de vraag waar bedrijven zich aan moeten houden, willen ze ethisch handelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Leg aan de hand van 4 argumenten uit wat bedrijfsethiek is.

A

Bedrijfsethiek is probleem- en actiegericht: het gaat om een ethische rechtvaardiging en beoordeling van reële bedrijfseconomische beslissingen en handelingen door middel van een redelijke argumentatie.

Bedrijfsethiek is individueel persoonlijk: het gaat om de persoonlijke morele verantwoordelijkheid van de betrokkenen van de betrokkenen (managers, werknemers, aandeelhouders enz.), concrete persoonlijke beslissingen, morele integriteit.

Bedrijfsethiek heeft ook een sociaal institutioneel karakter.
Deze institutionele verantwoordelijkheid overstijgt de individuele verantwoordelijkheid waardoor bedrijfsethiek dan ook meer is dan de totale som van de ethiek van de individuen binnen de groep - niettegenstaande het belang van individuele acties en de visie van de eigen geschiedenis en tradities.

De bedrijfscultuur bepaalt de collectieve verantwoordelijkheid: creëert het bedrijf in zijn totaliteit een context waarin mensen uitgenodigd worden om ethisch te handelen? Bedrijven moeten als het ware een morele ruimte creëren waarbinnen individuen ethisch kunnen handelen. Het gaat om de concrete materiële en psychologische prikkels die individuen vanuit de organisatie ontvangen; eerst komt meestal de structuur en dan pas de moraal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Leg de sociaal institutionele karakter van bedrijven uit aan de hand van sociaal psychologische mechanismen die individuen ertoe brengen hun morele verantwoordelijkheden uit de weg te gaan of te ontkennen.
Deze sociale-psychologische mechanismen komen in iedere organisatie voor; iedereen kan ermee te maken hebben.

A
  1. Het probleem van de vele handen.
    De verantwoordelijkheid voor een bepaalde handeling binnen een organisatie wordt over verschillende personen of functies verdeeld maar geen van die personen kan afzonderlijk als oorsprong van de handeling worden aangeduid.
    De verspreiding van de verantwoordelijkheden in een organisatie kan lacunes vertonen.
  2. Groupthink
    Individuele leden van een groep conformeren zich aan datgene waarvan ze denken dat de meerderheid van de groep het vindt of denkt.
  3. Organisatiestructuur
    De beloningsstructuur kan morele verantwoordelijkheid bevorderen of juist tenietdoen.
  4. Depersonalisatie
    Manier waarop mensen met complexe vragen en problemen omgaan. De neiging bestaat om te zoeken naar simpele houvasten om de complexiteit te reduceren. Dat kan ten koste gaan van een zorgvuldige oordeelsvorming.

Een van de belangrijkste/meestgebruikte manier om een complexe besluitvorming te vereenvoudigen is depersonalisatie: menselijk leed wordt uitgedrukt in euro’s: patiënten in ziekenhuizen worden uitgedrukt in bedden en werknemers in vte’s (voltijdse equivalenten).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beschrijf het stockholdersmodel (Chicago School - Milton Friedman)

A

Ziet het bedrijf als een geheel van overeenkomsten waarbij de zeggenschap over de onderneming voorbehouden is aan de aandeelhouders.
Hun belangen zijn het enige waar rekening mee gehouden moet worden bij het runnen van een bedrijf.
-> Het is hun geld dat op het spel staat. Het zou onredelijk zijn om andere belangen dan die van hen mee te laten spelen.
-> De aandeelhouder beschikt over de eigendomsrechten en heeft dus het laatste woord, de manager is slechts een uitvoerder.

Economische belanghebbenden van de onderneming beschikken over contractueel geregeld beveiligingen in hun transacties met de onderneming:

Leverancier: zekerheid faillissement aanvragen van een onderneming om minstens nog een deel van zijn geld terug te vorderen.

Werknemers: loonbetaling desnoods via de rechter afdwingen

Aandeelhouders hebben geen dergelijke beveiligingen. Daarom hebben ze volgens het stockholdersmodel recht op directe bestuurlijke controle over de onderneming.

Er zijn twee beperkingen:

  • Houd je aan de regels van vrije concurrentie en leef de wet na.
  • Zo veel mogelijk winst zonder de morele en juridische basisregels van de samenleving te schenden.

-> De maatschappelijke verantwoordelijkheid van een bedrijf bestaat dan ook enkel in het vergroten van de winst voor de aandeelhouders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Beschrijf het sociaalcontractmodel

A

Afgeleid van den sociaalcontracttheorie
Oorsprong politieke wereld en stond oorspronkelijk voor een fictieve overeenkomst tussen de individuele burgers om af te spreken tot welke rechten en plichten zij zich binnen een staatsstructuur zouden verbinden om hun wederzijdse belangen (van veiligheid, bescherming, autonomie, welvaart) te vrijwaren.

Bij afwezigheid van dergelijke bindende afspraken en van een rechtsstaat heerst immers de ongebreidelde oorlog van allen tegen allen en wordt het leven kort, brutaal en weinig genietbaar.
-> Aangezien rechten zijn verbonden aan macht zal de mens steeds meer en meer macht nastreven. In een onophoudelijke machtsstrijd is geen nijverheid, landbouw, wetenschap,… mogelijk.
-> Vooral de voortdurende vrees voor een gewelddadige dood. Die vrees kan worden beëindigd als iedereen ermee instemt zijn natuurlijke vrijheid op te geven en zich te onderwerpen aan een absolute macht (vorst, wet).
Zakenethici hebben het sociale contract-denken toegepast op de regels waartoe bedrijven zich zouden moeten verbinden om in de maatschappij als sociaal verantwoorde entiteiten op te treden en het niveau van strijd van allen tegen allen (de natuurtoestand van ongebreidelde concurrentie, crimineel gedrag, gebruik van geweld) te overstijgen. De partners van dit contract zijn dus alle burgers van een staat enerzijds en de ondernemingen, opgevat als corporate citizens (morele personen) met eigen rechten en plichten anderzijds.

Het sociale contract tussen de ondernemingen en de samenleving zorgt ervoor dat de vrijheid van de onderneming onder de voorwaarde staat dat de samenleving er uiteindelijk beter van wordt. Dat zorgt voor wat de onderneming bepaalde maatschappelijke verantwoordelijkheid om zo veel mogelijk winst voor de aandeelhouders te behalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Beschrijf het stakeholdersmodel

A

Zowel een reactie op het stockholdersmodel als een aanvulling van het sociaalcontractmodel.

Richt zich niet enkel op de verantwoordelijkheid van het bedrijf voor de maatschappij, maar ook op zijn verantwoordelijkheid ten opzichte van de verschillende stakeholders. Er wordt met het begrip stakeholders verwezen naar alle belanghebbende partijen (naast de aandeelhouders) met wie rekening moet worden gehouden.

Het berdrijf wordt niet langer gezien als een geheel van overeenkomsten of in termen van een wederzijds contract, maar als een netwerk van relaties waarvan de manager de spilfiguur vormt. Zijn taak bestaat erin om de belangen van de verschillende stakeholders op elkaar af te stemmen.

De verschillende belanghebbenden worden betrokken bij het bedrijf en hebben een zekere mate van inspraak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem die verschillende stakeholders op:

A

Aandeelhouders - eigenaars:

Werknemers:

Klanten/consumenten:

Leveranciers:

Gemeenschap:

Leefmilieu:
Wordt meestal vertegenwoordigd door omwonenden of actiegroepen. Ze wijzen op de schade (nu, maar ook voor de toekomstige generaties) van bedrijven die te sterk ingrijpen op het milieu door pollutie van bodem, lucht, en/of water. Of men beschouwt het milieu als een complex ecosysteem, waarbij de immissies het systeem uit evenwicht brengen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly