Hoorcollege 5: Leer-/leesstoornissen Flashcards

(76 cards)

1
Q

wat is de wereldwijde prevalentie van dyslexie?

A

7%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wanneer begon de spoken language/gesproken taal?

A

300.000 jaar geleden, gelijk met de evolutie van Homo Sapiens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is written language?

A
  • geschreven taal
  • culturele uitvinding
  • taal aanduiden met symbolen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wanneer is geschreven taal ontstaan?

A

6000 jaar geleden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

zijn we biologisch gepredispositioneerd voor gesproken taal?

A

ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

zijn we biologisch gepredispositioneerd voor geschreven taal?

A

nee –> leren lezen en schrijven is een uitdaging voor ons brein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

neural recycling hypothesis:

A

omdat we niet biologisch gepredispositioneerd zijn voor lezen en schrijven, zouden we misschien wel delen van onze hersenen nu gebruiken voor die taken, terwijl ze eigenlijk voor iets anders bedoeld waren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welk deel van de hersenen is actief bij lezen en schrijven?

A

visual word form area

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een orthografisch systeem?

A

een set van symbolen die een geschreven taal vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke 3 orthografische systemen zijn er?

A
  1. logografisch/morfologisch
  2. syllabic
  3. alfabetisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

noem een voorbeeldtaal die gebruik maakt van het logografisch/morfologisch orthografisch systeem

A

chinees

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waarvoor staat een symbool in het logografisch/morfologisch orthografisch systeem?

A

een symbool = een heel woord of deel van een woord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

noem een voorbeeldtaal die gebruik maakt van het syllabic orthografisch systeem

A

inuit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

waarvoor staat een symbool in het syllabic orthografisch systeem?

A

een symbool = syllable

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een syllable?

A

een stukje waarin een woord verdeeld kan worden
voorbeeld:
internet heeft 3 syllables: in ter net

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

noem een voorbeeldtaal die gebruik maakt van het alfabetisch orthografisch systeem

A

Nederlands

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

waarvoor staat een symbool in het alfabetisch orthografisch systeem?

A

een symbool = sound/foneem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

hoeveel woorden per minuut lezen we ongeveer?

A

150-250 woorden per minuut

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

waar of niet waar: onze oogbewegingen tijdens het lezen zijn vloeiend?

A

niet waar: onze ogen bewegen ballistisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

wat is een saccade

A

een sprong, dat is hoe we lezen, in sprongetjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

wat is regression in lezen?

A

teruggaan naar een vorig woord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

hoe herkennen volwassenen woorden: als geheeld of letter voor letter?

A

als geheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

model van McClelland en Rumelhart:

A
  • integratief,
  • letters en taalkennis zorgen samen voor woordherkenning
  • top-down helpt als niet alle letters op de juiste plaats staan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

leren lezen: welk principe?

A

alfabetisch principe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
wat houdt het alfabetisch principe in?
het idee dat letters of groepjes letters de klanken van een gesproken taal vertegenwoordigen
26
wat is een foneem?
- een klank die je hoort - woorden bestaan uit meerdere klanken en dus uit meerdere fonemen
27
wat is een grafeem?
een grafeem is een letter of een combinatie van letters die geassocieerd is met een foneem de geschreven representatie van een klank through: oe-klank = foneem ough = grafeem = geschreven representatie van oe-klank
28
wat is lezen precies, van wat naar wat?
lezen = grafeem naar klank/foneem
29
wat is schrijven precies, van wat naar wat?
schrijven = van klank naar grafeem
30
wat zijn de drie fases in normale leesontwikkeling?
1. logografisch 2. alfabetisch 3. orthografisch
31
wat leer je in de logografische fase van leesontwikkeling?
- woorden herkennen als visueel voorwerp, niet lezen - niet bewust van letters
32
wat leer je in de alfabetische fase van leesontwikkeling?
- identificatie van individuele letters, niet direct herkennen - letters/grafemen --> fonemen
33
wat leer je in de orthografische fase van leesontwikkeling?
- direct herkennen van woorden zonder decoding
34
bij welke fase hebben mensen met dyslexie moeite?
van de alfabetische fase naar de orthografische fase gaan is lastig bij mensen met dyslexie
35
wat betekent dys- ?
verminderde ontwikkeling
36
wat betekent a- ?
verlies van functie (bijvoorbeeld na hersentrauma)
37
verschil tussen developmental en acquired dyslexia?
- developmental: vertraagde/verminderde ontwikkeling - acquired: na een hersenletsel
38
wat betekent differential diagnosis bij dyslexie?
lees-, schrijf- en spellingsproblemen zijn niet te verklaren door bijvoorbeeld: - een intellectuele stoornis - lage chronologische leeftijd - of bijvoorbeeld verminderd zicht of gehoor
39
bij welk geslacht komt dyslexie meer voor?
mannen
40
wat is de erfelijke basis van dyslexie?
40-60%
41
wat is dyslexie precies?
moeite met het decoderen van woorden: automatisatie van grafeem-foneem-conversieregels en vice versa
42
welke twee varianten van orthographic depth heb je?
1. shallow/transparent 2. opaque/deep
43
op welke twee variabelen variëren de shallow en deep orthographic depths?
1. consitency 2. complexity
44
hoe is de mapping van grafeem (geschreven) naar foneem (klank) bij shallow/transparent orthographies?
- simpel: niet complex (élke letter heeft één klank), wel consistent (élke letter is télkens wordt telkens met dezelfde klank uitgesproken) - D O G 3 klanken/fonemen en 3 letters/grafemen
45
voorbeeld van een taal dat shallow/transparent is?
Italiaans
46
voorbeeld van een taal dat deep/opaque is?
Engels
47
hoe is de mapping van grafeem (geschreven) naar foneem (klank) bij deep/opaque orthographies
- complex: sommige fonemen worden door méérdere letters gerepresenteerd (grafeem bestaat uit meerdere letters) - niet consistent: dezelfde letters die één grafeem vormen, kunnen verschillende fonemen hebben
48
voorbeeld van complexiteit bij deep/opaque orthographics?
through --> t h r oe = 4 klanken oe-klank-grafeem bestaat uit 4 letters: ough
49
voorbeeld van geen consistentie bij deep/opaque orthographics?
een grafeem: ough, meerdere fonemen: through, though en rough oe o uf
50
lezen = mappen van ...
grafemen naar fonemen
51
schrijven = mappen van ...
fonemen naar grafemen
52
als een taal transparant is in lezen, is die taal dan ook transparant is schrijven?
Nee, Frans voorbeeld: grafeem au = foneem /o/ foneem /o/ =/= grafeem au, maar kan ook grafeem aux, eau of ot zijn Frans = trasparant is leesrichting (grafeem-->foneem) en is opaque in de schrijfrichting (foneem-->grafeem)
53
in het Frans, in welke richting hebben dyslectische mensen het meest last (lees- of schrijfrichting)?
in de schrijfrichting, want opaque in schrijfrichting (foneem /o/ kan geschreven worden als foneem eau, au, o etc)
54
waarvan is dyslexie-prevalentie afhankelijk?
van het aantal grafemen en fonemen, hoe groter de disbalans tussen deze twee aantallen, hoe meer opaque en dus hoe meer fouten
55
waarmee heeft dyslexie de grootste comorbiditeit?
dyscalculie
56
wat is het percentage comorbiditeit tussen dyslexie en dyscalculie?
tussen 11 en 70%
57
wat is het percentage comorbiditeit tussen dyslexie en ADHD?
tussen 20 en 50%
58
wat is het percentage comorbiditeit tussen dyslexie en emotionele problemen?
tussen 9 en 29%
59
wat is het percentage comorbiditeit tussen dyslexie en ASS?
11%
60
in welke Europese taal verwacht je de minste dyslexie-prevalentie?
in het Fins
61
in welke Europese taal verwacht je de meeste dyslexie-prevalentie?
in het Engels
62
wat is de Cinderella area in onderzoek?
veel weten over individuele aandoeningen/stoornissen, maar weinig weten over waarom ze zo veel samen voorkomen
63
wat is de multifactoriële kijk op de etiologie van dyslexie?
- er zijn meerdere factoren die interacteren - niet elke oorzaak van leesproblemen is hetzelfde - vb: omgevingsfactor: niet lezen door geen school - vb: biologisch: predispositie (hoeft zich niet te uiten)
64
wat zijn 5 theorieën over dyslexie?
1. magnocellulaire theorie 2. cerebellaire theorie 3. fonologische theorie 4. verschillende geassocieerde beperkingen 5. phonological deficit hypothesis
65
wat houdt de magnocellulaire theorie in?
- visuele en auditieve pathways in hersenen disfunctioneren en heeft zo invloed op het lezen
66
wat houdt de cerebellaire theorie in?
- cerebellum is voor automatisatie van gedrag - gebrek aan automatisatie van lezen door cerebellaire schade
67
wat houdt de fonologische theorie in?
moeite met fonologie?
68
wat houdt de "verschillende geassocieerde beperkingen"/"Several associated impairments" in?
andere moeilijkheden zoals perceptie of geheugen
69
wat houdt de phonological deficit hypothesis in?
- problemen met conversion van grafemen naar fonemen = phonological deficit - deficit in de representatie van de klank van taal - fonologisch deficit --> minder snel toegang tot fonologische representaties + verminderd fonologisch geheugen + verminderd fonologisch BEWUSTZIJN (awareness)
70
wat is phonological awareness/fonologisch bewustzijn?
- in hoeverre je je bewust bent van de klank-structuur van taal - activeren van het zicht op het woord - weten dat er een R zit in bark
71
wat zijn 3 aspecten van een dyslexie-diagnose?
1. severity of difficulties (ernst van moeilijkheden) 2. persistentie 3. exclusiviteit
72
wat is een EMT?
een Een Minuut Test
73
wat is spoonerism?
wit zand --> zit wand
74
wat zou kunnen helpen bij mensen met dyslexie?
1. logopedie 2. veranderingen op school 3. dyslexievriendelijke aanpassingen
75
wat verstaan we zoal onder dyslexievriendelijke aanpassingen?
1. grotere teksten 2. meer tijd (label van belang) 3. dyslexielettertype
76
wat kan je doen bij logopedie voor dyslecten?
- lees- en spellingsoefeningen - phonological awareness trainen