lecture 11 Flashcards

(5 cards)

1
Q

wat is de positief predictieve waarde en negatief predictieve waarde? Wat is het uitgangspunt ten opzichte van Sensitiviteit/negativiteit?

A
  • Positief predictieve waarde betekent de kans dat als iemand een positieve testuitslag heeft, hij het (stoornis) ook echt heeft.
  • Negatief predictieve waarde betekent de kans dat als iemand een negatieve testuitslag heeft, hij het (stoornis) ook echt niet heeft
  • Het uitgangspunt is hier de testuitslag in plaats van de werkelijkheid (bij sensitiviteit/specificiteit)
  • Als je de stoornis hebt dan…
  • Als je een positieve test hebt dan…
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe bereken je Positief Predictieve waarde en negatief predictieve waarde?

A
  • Positief predictieve waarde: Aantal met een positieve test én de stoornis, gedeeld door totaal aantal met positieve tests
  • Negatief predictieve waarde: Aantal negatieve tests zónder stronis, gedeeld door totaal aantal negatieve tests
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar staat P (D+ | C+) en P (C+ | D+)voor?

A
  • De kans op D+ als je C+ weet. of de kans op C+ als je D+ weet.
  • P (D+ | C+): Zoals de kans dat je een positieve test (D+) hebt als je weet dat je HIV hebt (C+). Dit is de sensitiviteit
  • Wat is de kans dat je HIV hebt (C+) bij een Positieve test (D+). Dit is de positieve predictieve waarde.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is base-rate neglect bij het inschatten of iemand met een positieve test ook echt de stoornis heeft. Wat overschat je?

A
  • Bij het bepalen wat de kans is dat iemand daadwerkelijk de stoornis heeft bij een positieve test negeren mensen vaak de prevalentie van de test.
  • De kans is misschien heel klein dat de test het fout heeft, maar de kans dat iemand de stoornis heeft is nog veel kleiner.
  • Hier door wordt de kans dat je de stoornis daadwerkelijk hebt bij een positieve test veel kleiner.
  • Je overschat de positief predictieve waarde.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly