LES 2 Anitbiotica Flashcards
(11 cards)
Termen Babyyyy
1.Therapeutische marge
- Spectrum (en niet waar Michiel op te vinden is)
- MIC
- MBC
- MIC50
- MIC90
- Verschil tussen werkzame en toxische dosis, hoe groter deze marge is hoe veilig de AB
- Reikwijdte van bacteriën waartege één AB werkt (breed, of smallspectrum)
- Minimum inhibitory concentration, laagste concentratie die bacteriegroei remt
- Minimum bactericidal concentration, laagste concentratie die bacteriën doodt
- Concentratie waar 50% v bacteriën bij wordt geremd
- Concentratie waar 90% v bacteriën bij wordt geremd
A) Farmacokinetiek
Vs
B) Farmacodynamiek
A: Wat doet lichaam met AB, distributie, metabolisme en eliminatie
B: Wat doet AB met bacterie
Breakpoint?
AUIC?
Drempelwaarde die bepalen of bacterie Gevoelig (S), intermediair (I) of resistent (R) is voor een bepaalde AB
Area under the inhibitory curve = AUC(hoeveelheid AB in bloed bv. Over 24u)/MIC en bepaald hoe effectief een AB werkt tegen een bacterie
Hoe hoeger hoe beter AB de bacterie onderdrukt
- vooral belangrijk bij concentratie afhankelijk AB
Wat is belangrijk bij farmacodynamiek bij tijdsafhankelijke AB
T>MIC => hoe langer hoe beter, moet tussen 40-60% zijn
- soms moet dus continu AB gegeven worden of vaak kleine dossisen om boven MIC te blijven
Wat is belangrijk bij farmacodynamiek bij concentratie AB
Hoe hoger de piekconcentratie hoe beter (Cmax) de bacteriocide werking
Hier wordt naar AUIC/MIC of Cmax/MIC gekeken
Hier dus vaak 1 keer per dag toediening denk aan Gentamicine
Fluoroquinolones
Spectrum?
Tijd/Concentratie?
Werking?
Gevolg?
Breedspectrum
Concentratie afhankelijk => bactericide werking, AUIC/MIC is belangrijk
Grijpt in op DNA-replicatie proces door blokkeren van gebruik van deze twee enzymen
1. DNA-gyrase (ontspant DNA streng bij kopiëren)
2. Topoisomerase (scheiden van twee dochter DNA strengen na replicatie)
- DNA wordt verkeerd gekopieerd
- DNA breuken ontstaan
- Bacterie sterft door DNA-schade (Bactericide)
Resistentiemechanismen (3)
CAVE
- Puntmutaties in doelwit enzymen DNA-gyrase en topoisomerase
- Door mutaties kunnen fluoroquinolones MINDER goed binden => MIC stijgt
MEEST VOORKOMEND - Effluxpompen (actieve uitscheiding) => zijn transporteiwitten die actief (schadelijke) stoffen uit de cel verwijderen
- intracellulaire concentratie AB daalt => mindere werking
Vaak bij P. Ae. - Plasmide-gemideerde resistentie
ZELDEN
CAVE:
- Kruisresistentie tussen quinolones
- als bacterie resistent is tegen één quinolone ook resistent voor de rest
Farmacokinetiek van Fluoroquinolones
Absorptie?
Distributie?
Proteïne binding?
Eliminatie?
Halfwaardetijd?
Absorptie => goede biologische beschikbaarheid 70-90%, PO of IV is ongeveer zelfde
Distributie => verspreiden goed naar verschillende stelsels ook intracellulair, wel minder goed in CZS
Proteïne binding => lage proteïne binding
Eliminatie => Meeste via nieren en urine (geschik voor UWI’s dus;Tavanic), deels lever en gal
Halfwaardetijd => gemiddeld 3-10uur, dus 1à2 dosissen per dag
Toxiciteit en nevenwerkingen fluoroquinolones?
Nevenwerkingen?
Majeure?
Nevenwerkingen:
- neurotoxische effecten
- GI last
Majeur
- kraakbeenletsels
- achillespeesruptuur
- irreversibel hepatoxiciteit
- Hartritmestoornis (QT verlenging)
- fotosensibiliteit
Generaties Fluoroquinolones
1
2
3
1e: UWI’s en enterobacteriën
2e: ciprofloxacine, breed spectrum
3e Levoflocacine, toegenomen activiteit GRAM+ (streptokokken en stphylokokken)