Lexique didactique - Ch. 2: Entreprise Flashcards
(218 cards)
een Co, maatschappij, onderneming
une Cie, une compagnie
een coöperatieve vennootschap
une coopérative
een benaming
une dénomination
een afdeling
une division
een bedrijf, onderneming
une entreprise
een dienstverlenend bedrijf
une entreprise de services
een familiebedrijf
une entreprise familiale
een bedrijf met gemengd kapitaal
une entreprise mixte
een multinational
une entreprise multinationale
een particulier bedrijf, privébedrijf
une entreprise privée
een overheidsbedrijf
une entreprise publique
een eenpersoonsvennootschap
une entreprise unipersonnelle
een dochteronderneming
une filiale
een firma
une firme
plaatselijk
local
multinationaal
multinationale
een firmanaam, een handelsnaam
un nom commercial
een KMO / een kleine en middelgrote onderneming
une PME / une petite ou moyenne entreprise
een handelsnaam
une raison sociale
regionaal, streek-
régional
een N.V. / een naamloze vennootschap
une S.A. / une Société anonyme
een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
une S.A.R.L. / une Société à responsabilité limitée
een C.V. / een coöperatieve vennootschap
une S.C. / une Société coopérative
een B.V.B.A. / een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
une S.P.R.L. / une Société privée à responsabilité limitée