opfrisser 1 Flashcards

(43 cards)

1
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Front

A

Back

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het doel van curatieve kankerbehandeling?

A

Genezing van de patiënt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het doel van palliatieve kankerbehandeling?

A

Levensverlenging en symptoomverlichting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent ‘neo-adjuvante’ behandeling?

A

Systemische behandeling vóór de operatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent ‘adjuvante’ behandeling?

A

Aanvullende behandeling na de operatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is carcinoma in situ (Tis)?

A

Een niet-invasieve tumor, basaal membraan is nog intact.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat betekent T4 in TNM?

A

De tumor is doorgegroeid in omliggend orgaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent M1 in TNM?

A

Er zijn uitzaaiingen op afstand (metastasen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het gevolg van oksel- of liesklierdissectie?

A

Kan leiden tot lymfoedeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de complicatie bij schildklierchirurgie?

A

Beschadiging nervus recurrens -> heesheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een anastomose-lekkage?

A

Lekkage op de naad tussen twee darmdelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het voordeel van scopisch opereren?

A

Kleinere incisies en sneller herstel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een Halsted-mastectomie?

A

Verwijderen van borstspier met borst (verouderde techniek).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat doet INKL?

A

Ondersteunt kankerregistratie, richtlijnen, onderzoek, en zorgkwaliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is HIPEC?

A

Hypertherme intra-peritoneale chemotherapie met warme vloeistof na operatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is brachytherapie?

A

Inwendige bestraling waarbij radioactieve bron dicht bij tumor ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is protonentherapie?

A

Straling met protonen die energie afgeeft op specifiek punt (Bragg-piek).

19
Q

Wat doet fractioneren in radiotherapie?

A

Opdelen van straling om tumor te doden en gezond weefsel te sparen.

20
Q

Wat is stereotactische radiotherapie?

A

Zeer precieze bestraling met hoge dosis per fractie.

21
Q

Wat is een plannings-CT?

A

CT-scan om ligging en bestralingstraject te plannen.

22
Q

Wat is de functie van ‘OAR’ in radiotherapie?

A

Organen-at-risk die beschermd moeten worden tegen straling.

23
Q

Wat is mucositis door radiotherapie?

A

Ontsteking van mond- of keelslijmvlies, pijnlijk slikken.

24
Q

Wat is radiatiepneumonitis?

A

Ontsteking van de longen na radiotherapie.

25
Wat is proctitis?
Ontsteking van het rectum na radiotherapie.
26
Wat is myelopathie?
Schade aan ruggenmerg door straling, mogelijk dwarslaesie.
27
Wat is een casemanager bij oncologische zorg?
Een zorgverlener die patiënten begeleidt en vragen beantwoordt over de behandeling.
28
Wat betekent metastasectomie bij levermeta’s na colonkanker?
Verwijdering van levermetastasen met kans op langdurige remissie (~30%).
29
Wat is leverperfusie?
Behandeling waarbij chemotherapie direct in de lever wordt toegediend via omgeleide bloedstroom.
30
Wat is regionale isolatieperfusie?
Chemotherapie lokaal toegediend in arm of been via slagader.
31
Wat is brachytherapie?
Inwendige bestraling waarbij radioactieve bron direct in of bij tumor wordt geplaatst.
32
Wat is het doel van fractioneren bij radiotherapie?
Tumorcellen doden en gezond weefsel sparen door stralingsdosis op te delen.
33
Wat is stereotactische radiotherapie?
Zeer nauwkeurige bestraling met hoge dosis op klein gebied.
34
Wat is de functie van een planning-CT?
Vastleggen van positie en voorbereiding van bestralingstraject.
35
Wat zijn 'organs at risk' (OAR)?
Kritieke organen die beschermd moeten worden tijdens bestraling.
36
Wat is het doel van breath-hold techniek bij bestraling?
Hart beschermen bij bestraling van linker mamma.
37
Wat doet Cone Beam CT (CBCT)?
3D-scan voor positieverificatie voorafgaand aan radiotherapie.
38
Wat is myelopathie door radiotherapie?
Schade aan ruggenmerg die kan leiden tot verlamming (dwarslaesie).
39
Wat is HIPEC?
Hypertherme intra-peritoneale chemotherapie gebruikt bij buikvliesuitzaaiingen.
40
Wat is het verschil tussen fotonen en protonen bij radiotherapie?
Protonen geven energie af op een specifiek punt, fotonen dringen dieper door met meer schade aan omliggend weefsel.
41
Wat zijn tumormarkers?
Stoffen zoals CEA, CA-125, calcitonine die kunnen wijzen op bepaalde kankers.
42
Wat is proctitis als bijwerking van bestraling?
Ontsteking van het rectum met symptomen zoals diarree en bloedverlies.
43
Wat is de rol van een MDO (multidisciplinair overleg)?
Overleg tussen zorgverleners om behandelplan op te stellen en te evalueren.