Studietaak 0 Flashcards
(12 cards)
Kennis
Een gangbare manier om kennis te definiëren is aan de hand van een aantal (noodzakelijke) kenmerken. Vaak worden er drie kenmerken gekoppeld aan het concept kennis:
1. Het is een opvatting;
2. De opvatting moet waar zijn;
3. Er moet een rechtvaardiging bestaan voor de opvatting
Verschil tussen kennis en mening
Het belangrijkste element dat een mening kenmerkt, is dat er geen noodzaak is om er een sterke rechtvaardiging voor te geven. Om van kennis te spreken, moet er echter wel een goede rechtvaardiging bestaan voor de opvatting.
4 methoden om tot opvattingen te komen volgens Peirce
- Methode van volharden en vermijden
- Methode van autoriteit
- A-priori-methode
- Wetenschappelijke methode
Methode van volharden en vermijden
Alle situaties en personen die twijfel in ons kunnen oproepen uit de weg gaan.
Methode van autoriteit
Opvattingen ‘fixeren’ door een beroep op autoriteit te doen. Bij deze vorm van fixatie leggen wij de verantwoordelijkheid voor de vorming van onze overtuigingen dus deels bij de mensen om ons heen.
A-priori-methode
Wanneer het niet mogelijk is om twijfel te voorkomen door blootstelling aan informatie via andere personen, die mogelijk de autoriteit waarop ik mij beroep in twijfel trekken, dan biedt de a-priori-methode een verdere uitweg. Sommige opvattingen bezitten eigenschappen die hen aantrekkelijk maakt (‘dat klinkt logisch’, of ‘wat een geruststellend idee’) of lijken anderszins goed aan te sluiten bij bepaalde voorkeuren en opvattingen die we hebben.
Wetenschappelijke methode
De relatief beste (let wel: niet per se makkelijkste) methode om twijfel over onze opvattingen te verminderen. Onze opvattingen bestaan volgens Peirce onafhankelijk van de werkelijkheid. Om onze opvattingen meer in lijn met deze werkelijkheid te krijgen, kunnen we actief zoeken naar empirische (waarneembare) gegevens om onze opvattingen te toetsen. Dat verzamelen van nieuwe gegevens over de wereld, om zo opvattingen te vormen welke meer stroken met de werkelijkheid, is de essentie van wetenschap, aldus Peirce.
Fundamenteel onderzoek
Het verkrijgen van kennis is het doel op zichzelf (uit pure interesse hoe de wereld in elkaar zit).
Naast het systematisch beschrijven van de werkelijkheid beoogt fundamenteel onderzoek ook te verklaren waarom dingen zijn zoals ze zijn. Dit laatste doen wetenschappers vaak door het construeren van hypothesen en theorieën die kunnen bijdragen aan het verklaren van fenomenen.
Toegepast onderzoek
Wetenschappers zijn geïnteresseerd in het toepassen van verworven kennis om bepaalde problemen op te lossen, om onze maatschappij te verbeteren of om bepaalde nieuwe technologieën te ontwikkelen.
De onderzoeker legt de nadruk op het kunnen voorspellen van en het uitoefenen van controle op bepaalde gebeurtenissen of fenomenen.
Hoe vullen fundamenteel en toegepast onderzoek elkaar aan?
Fundamenteel en toegepast onderzoek met elkaar in samenspel zijn: soms helpt ‘weten dat’ namelijk om te komen tot ‘weten hoe’. En omgekeerd, ‘weten hoe’ kan een goed beginpunt van fundamenteel onderzoek zijn, gericht op ‘weten dat’.
Verschil tussen normatieve en descriptieve uitspraken?
- Descriptieve: ‘wat is’
- Normatieve: ‘wat wenselijk is’
Sommigen vinden dat de wetenschap zich enkel met descriptieve uitspraken bezig moet houden (dus onderzoek doen naar wat is) zonder zich bezig te houden met normatieve oordelen. Dit laatste zou dan meer een taak voor de filosoof zijn.
Anderen stellen dat het vaak onvermijdelijk is dat wetenschappelijke uitkomsten bepaalde normatieve implicaties hebben.
–> Hoe je hier zelf ook over denkt, probeer in het denken over de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek in ieder geval het onderscheid tussen descriptief en normatief, wat is en wat wenselijk is, uit elkaar te houden.
CRAAP criteria
Belangrijk bij het gebruikmaken van literatuur is om goed oog te houden voor de kwaliteit en betrouwbaarheid van dergelijke bronnen. Daarom is het verstandig om hierbij bijvoorbeeld de CRAAP te hanteren:
- currency (recent)
- relevance (relevantie)
- authority (autoriteit van de auteur)
- accuracy (nauwkeurigheid)
- purpose (doel van de auteur bij het schrijven).