week 4 Flashcards

(42 cards)

1
Q

grondrechten

A

meest fundamentele rechten die de staatsmacht beperken ter wille van de menselijke vrijheid en waardigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

klassieke grondrechten

A

gericht op beperkingen van de bevoegdheden van de overheid ten opzichte van individu.
burgers kunnen deze rechten afdwingen bij een rechter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

soorten klassieke grondrechten

A

vrijheidsrechten, politieke rechten, gelijkheidsrechten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

sociale grondrechten

A
  • voorwerp van zorg voor de overheid, ze moet actief zorg dragen voor de verwezenlijking, meestal door beschikking van geld
  • burgers kunnen hier geen bevoegdheid aan ontlenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

horizontale werking

A

tussen burgers onderling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

verticale werking

A

tussen overheid en burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

aspecten van handhaving van het recht

A
  • toezicht op naleving van de regels
  • sancties op niet-naleving van regels
  • bij geschillen moet de rechter deze verslechten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

3 soorten gerechten

A
  • rechtbanken (eerste aanleg)
  • gerechtshoven (hoger beroep)
  • hoge raad (cassatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

raad voor de rechtspraak

A
  • bestaat uit 5 leden
  • taak bestaat uit ondersteuning bieden aan activiteiten van gerechten die gericht zijn op uniforme toepassing en bevordering van de juridische kwaliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

zittende magistratuur

A

rechters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

staande magistratuur

A

leden van het OM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

taak van het OM

A
  • belast met strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde + enkele bij de wet vastgestelde taken
  • enige instantie bevoegd tot vervolgen strafbare feiten (vervolgingsmonopolie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

parketten

A
  • elke rechtbank heeft arrondissementen parket
  • landelijk parket
  • bij gerechtshoven bestaat het OM uit ressortsparketten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

arrondissementen parket

A
  • hier werken de officieren van justitie en hun plaatsvervangers
  • hoofdofficier van justitie aan het hoofd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

landelijk parket

A

belast met de gezagsuitvoering over het landelijk rechercheteam en dat steun verleent bij bestrijding van georganiseerde criminaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ressortsparketten

A
  • hier werken advocaten-generaal (vergelijkbare functie met officieren van justitie)
  • leiding berust bij de hoofdadvocaat-generaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

college van procureurs-generaal

A
  • het hoofd van het OM
  • bestaat uit 3-5 procureurs-generaal
  • hoofden van de parketten zijn in hun ambtsuitvoering hieraan ondergeschikt
18
Q

minister van justitie en veiligheid

A
  • heeft politieke verantwoordelijkheid voor het OM
  • heeft zeggenschap over het college van procureurs-generaal
19
Q

verschillen tussen zittende en staande magistratuur

A
  1. rechter bevoegd in burgerlijke, straf- en bestuurszaken, OM alleen strafzaken
  2. voor een rechter bij strafzaak het hoofddoel een oordeel geven, het OM vraagt als de vervolgende instantie om een oordeel
  3. rechter is onafhankelijk, OM hiërarchisch en ambtelijk overheidsapparaat dat onder gezag staat van de procureurs-generaal en de minister van justitie en veiligheid
20
Q

absolute bevoegdheid

A

bevoegdheidsregels bevatten absolute bevoegdheid (absolute competentie) omdat hierin is bepaald welk soort gerecht bevoegd is

21
Q

eerste aanleg

A
  • rechtbank is het bevoegde gerecht
  • 4 soorten zaken: burgerlijke zaken, bestuurszaken, belastingzaken, strafzaken
22
Q

kantonrechter

A
  • alleensprekende rechter
  • uitzondering: over pachtzaken oordeelt de pachtkamer
23
Q

pachtkamer

A
  • bestaat uit 3 leden: kantonrechter + 2 deskundigen
24
Q

bevoegdheid kantonrechter burgerlijke zaken

A
  • zaken met vordering tm 25.000 euro
  • zaken met vordering van onbepaalde waarde
  • zaken betreffende arbeidsovereenkomst, consumentenkoop, huurovereenkomst en huurkoop
  • andere zaken waar de wet dit bepaald
25
relatieve bevoegdheid
welk gerecht bevoegd is (geografische ligging)
26
relatieve bevoegdheid burgerlijke zaken
- rechten van woonplaats gedaagde bevoegd - als gedaagde geen bekende woonplaats in Nederland heeft, is rechter in werkelijke verblijfplaats bevoegd - volgens wettelijke regelgeving geen bevoegde rechter? rechter in Den Haag bevoegd
27
relatieve bevoegdheid strafzaken
rechter is bevoegd in wiens rechtsgebied strafbaar feit is gepleegd, plaats van delict bepaald relatieve bevoegdheid
28
relatieve bevoegdheid bij bestuurszaken
- besluit afkomstig centrale overheid, rechtbank belanghebbende bevoegd - besluit lagere overheid, rechtbank waar de zetel van bestuursorgaan zit bevoegd
29
hoger beroep
wanneer je het niet eens bent met de uitspraak van de rechter in eerste aanleg
30
hoger beroep kantonrechter
niet mogelijk als vordering (of geschatte waarde) niet meer oploopt dan 1750 euro
31
hoger beroep bestuurszaken
- vindt plaats in Afdeling bestuursrecht van de Raad van State 4 uitzonderingen: 1. belastingzaken naar gerechtshof 2. alle zaken over Wet Mulder naar gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 3. betreffende ambtenarenrecht/sociaal zekerheidsstelsel hoger beroep naar CRvB 4. sociaaleconomisch bestuursrecht naar CBp
32
cassatie
feiten staan niet opnieuw ter discussie, er kan alleen geklaagd worden dat de lagere rechter zijn werk niet goed heeft gedaan
33
cassatieberoep niet-ontvankelijk
2 gronden: - partij die cassatieberoep instelt heeft volgens hoge raad onvoldoende belang - klachten kunnen klaarblijkelijk niet tot cassatie lijden
34
twee cassatiegronden
verzuim van vormen: - als procespartij meent dat burgerlijke/strafrechter in hoger beroep niet heeft gehouden aan regel van procesrecht - hier toetst hoge raad ook de begrijpelijkheid, niet begrijpelijk = altijd cassatie schending van het recht: - hierover wordt geklaagd als een rechter rechtsregels verkeerd heeft uitgelegd/toegepast
35
gevolgen cassatie
als hoge raad geen grond tot cassatie ziet wordt het beroep verwerpt als hij de uitspraak onjuist vindt wegens de cassatiegrond vernietigd hij die uitspraak en geeft aan wat er moet gebeuren - terugwijzen: zaak opnieuw laten beoordelen door hetzelfde gerechtshof - verwijzen: zaak sturen naar aangrenzend gerechtshof
36
prejudiciële vragen
binnen civiel recht de mogelijkheid voor rechtbanken/gerechtshoven om aan hoge raad prejudiciële vragen te stellen: - rechter kan probleem hebben met uitleg of toepassing van rechtsregel waar hoge raad geen uitspraak over heeft gedaan
37
procureur -generaal
- behoort samen met advocaten-generaal bij hoge raad niet tot het OM - zijn aan niemand ondergeschikt - worden voor het leven benoemd - belangrijkste taken bestaan uit nemen van conclusies in burgerlijke/strafzaken
38
cassatie in belang van de wet
- kan de procureur instellen bij hoge raad, gebeurt wanneer wetsartikel niet duidelijk is en geen van de partijen naar hoge raad gaan - kan pas als de uitspraak onherroepelijk is - doel: uitspraak ontlokken aan hoge raad over omstreden juridische kwestie
39
arbitrage
- geschilbeslechtiging in civiele zaken waarbij partijen een onafhankelijke derde uitspraak laten doen - alleen mogelijk met instemming beide partijen
40
arbitraal beding
als partijen een overeenkomst sluiten kunnen zij daarin een beding opnemen waarin staat dat zij eventuele latere geschillen over overeenkomst aan arbiters zullen voorleggen
41
bindend advies
- uitspraak wordt onderdeel van de oorspronkelijke overeenkomst - inhoud onderworpen aan eisen van redelijkheid/billijkheid - wanneer partij zich niet houdt aan bindend advies kan de wederpartij haar op grond van wanprestatie in rechte aanspreken wegens niet-nakoming van de overeenkomst
42
mediation
mediator helpt partijen bij het zelf oplossen van het geschil, uitkomt is vaak een compromis