Week 6 Flashcards

(8 cards)

1
Q

aandelenkapitaal

A
  • aandelen hebben een nominale waarde dat eigenlijk fictief is omdat het niets zegt over de marktwaarde (min prijs van aandeel 2:80 marktwaarde is max prijs)
  • intrinsieke waarde is de waarde van het ev gedeeld door aantal aandelen dat op dat moment in omloop is (objectief)
  • verhandelbaar/recht op dividend/recht om te stemmen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

reserves

A
  • winstreserve (dividend, toevoegen aan ev, of beide)
  • agioreserve (bedrag dat boven de nominale waarde is gestort door nieuwe aandeelhouders; emissieprijs - nominale waarde)
  • herwaarderingsreserve (waardeverandering van een gebouw/grond; kan niet uitgekeerd worden want niet zeker of nadat het wordt verkocht daadwerkelijk herwaardering oplevert)
  • ook indeling naar uitkeerbaarheid: vrije en wettelijke reserves
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

dividenduitkering 2:105

A
  • balanstest; nv/bv moeten nagaan of ev groter dan (gestorte en opgevraagde kapitaal) en de wettelijke statutaire reserves
  • uitkeringstest; bv bestuur moet nagaan of het besluit van av goedgekeurd kan worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ev vs vv

A
  • ev is risicodragend omdat aandeelhouders niet zeker weten hoeveel er uitgekeerd zal worden
  • vv is risicomijdend omdat leninggever vrijwel zeker weet dat hij zijn geld zal terugkrijgen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

schulden

A
  • kortlopende schulden: rc of cred
  • langlopende schulden: hypotheek of lening
  • preferente schulden hebben een zekerheid voorrang
  • concurrente schulden staan op de tweede plek
  • achtergestelde schulden komen het laatst
  • convenanten zijn schulden met extra eisen (voorwaarden bij het afsluiten van een lening)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ratio

A

-solvabiliteitsratio: geeft aan in hoeverre een bedrijf op lange termijn aan financiele verplichtingen kan voldoen (EV/TV)
+vooral van belang voor concurrente en achtergestelde schuldeisers
-liquiditeitsratio: mate waarin bedrijf in staat is haar opeisbare schulden tijdig te betalen (current ratio: VLA/KVV quick ratio: VLA-voorraden/KVV)
-rentabiliteitsratio: mate waarin met het aangetrokken vermogen een inkomen wordt verworven (rentabiliteit totale vermogen: Winst + rentekosten/gemiddeld totaal vermogen rentabiliteit van eigen vermogen: Winst/gemiddeld eigen vermogen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

gemiddelde vermogenskostenvoet

A
  • gemiddelde rentepercentage dat een onderneming moet betalen wanneer zij eigen en vreemd vermogen wil aantrekken
  • het rendement dat vermogensverschaffers eisen is afhankelijk van de rentestand en de compensatie voor het risico
  • hoe hoger het risico, hoe hoger de premie ter compensatie van het risico zal moeten zijn
  • Rentabilitreit EVx(EV/TV) + ix(LVV/TV) + ix(KVV/TV)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

marktwaarde

A
  • contante waarden van kasstromen. de huidige waarde wordt toegekend aan verwachte toekomstige ontvangsten.
  • zodra marktwaarde daalt merken eerste de aandeelhouders dan de obligatiehouders, concurrente, preferente schuldeisers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly