Hoofdstuk 7 Flashcards

1
Q

Informeel

A

Er wordt niets opgeschreven, doelen worden niet of nauwelijks met anderen gedeeld, het is algemeen en er is geen continuïteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Formeel

A

Het vastleggen van specifieke doelen voor het komende jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Financiële doelen

A

Hebben te maken met de financiële prestaties van het bedrijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Strategische doelen

A

Hebben te maken met andere aspecten van de bedrijfsprestaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geformuleerde doelen

A

Vastgelegde uitspraken over wat een bedrijf wil zeggen en wat het stakeholders wil laten geloven. Deze doelen kunnen met elkaar in tegenspraak zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Werkelijke doelen

A

Doelen die de organisatie daadwerkelijk wil bereiken, te zien in hun activiteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Strategische plannen

A

Plannen die op de hele organisatie van toepassing zijn, de algemene doelen van de organisatie formuleren en de organisatie in de omgeving trachten te positioneren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly