Biochemie Longen Flashcards

1
Q

Zuurstof wordt opgenomen in rode bloedcellen (erytrocyten). Wat zorgt voor de stimulering van aanmaak van rode bloedcellen?

A

EPO (Erythropoietine)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vanuit een stamcel wordt uiteindelijk een rode bloedcel gevormd. Wat komt eerst, erythropoietine / ijzer ?

A

erytthroppoeitin. Ijzer wordt pas als laatste stap toegediend voordat het wordt afgegeven aan de circulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar wordt EPO geproduceerd?

A

Nieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar worden erytrocyten geproduceerd?

A

Beenmerg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar bindt zuurstof aan?

A

Haemoglobine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is anemia?

A

bloedarmoede. Ofwel, afname in het zuurstofdragend vermogen van het bloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van anemie?

A

Dieet (ijzer-/folium-/vitB12 tekort)
Bloedverlies
Vroegtijdig rode bloedcel lysis (sickle cell anemie)
Beenmergdefect
Nierziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de gevolgen van onderstaande oorzaken van anemie?
- Dieet (ijzer-/folium-/vitB12 tekort)
- Bloedverlies
- Vroegtijdig rode bloedcel lysis (sickle cell anemie)
- Beenmergdefect
- Nierziekte

A
  • Ijzertekort: geen goede aanmaak RBC
  • foliumzuurtekort: geen functionele haemgroep
  • vitamineB12tekort: pernicieuze anemie
  • bloedverlies: hemorragische anemie
  • vroegtijdig RBC lysis: abnormale RBC vorm, alleen symptomatisch bij lage O2 spanning, voordeel bij malaria
  • beemergdefect: slechte aanmaak RBC
  • nierziekte: geen/te weinig EPO
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Binding van zuurstof leidt tot verandering van eiwit structuur. Is de T-vorm geoxigeneerd / gedeoxygeneerd? en de R-vorm?

A

T-vorm: gedeoxydeerd
R-vvorm: geoxydeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat houdt cooperativiteit in?

A

Zorda de eerste zuurstof bindt aan de haemoglobine, wordt het steeds gunstiger om meer zuurstof te binden door conformatie van het eiwit. Echter is er bij 3 gebonden zuurstof-atomen een hele hoge concentratie zuurstof nodig om volledige verzadiging te krijgen van het erytrocyt. (vanwaar de S-curve)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Als de S-curve meer naar rechts verschuift, wordt er meer/minder zuurstof afgegeven

A

meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Als de S-curve meer naar links verschuift wordt er meer/minder zuurstof afgegeven

A

minder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bicarbonaat is in hoge/lage concentratie aanwezig extracellulair

A

hoge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ondanks concentratie bicarbonaat hoog is buiten de cel, moet al het bicarbonaat van de erytrocyt naar buiten moeten worden getransporteerd. Welk enzym speelt hier een belangrijke rol in?

A

Carbonic anhydrase
(CO2 + H2O -> H2CO3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Een transporter op het celmembraan van de erytrocyt zorgt dat HCO3- de cel in/uit kan. Welk ion is hierin de cotransporter en in welke richting?

A

Het chloride gaat in tegenovergestelde richting t.o.v. het HCO3- het celmembraan over.

In de longen wordt HCO3- de cel in getransporteerd, in de perifere weefsels wordt HCO3- de cel uit getransporteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke factoren zorgen ervoor dat de S-curve naar links verschuift?

A

verhoogde pH, verlaagde temperatuur, verlaagde 2,3-DPG en verlaagde CO2 concentraties

17
Q

Welke factoren zorgen ervoor dat de S-curve naar rechts verschuift?

A

verlaagde pH, verhoogde temperatuur, verhoogde 2,3-DPG en verhoogde CO2 concentraties

18
Q

Wat is het Bohr-effect?

A

Het Bohr-effect is de eigenschap van hemoglobine dat als de concentratie van kooldioxide in het bloed toeneemt, de afgifte van zuurstof aan cellen toeneemt.

Hoge concentratie CO2 zorgt ervoor dat zuurstof vrij komt

19
Q

Wat is het Haldane effect?

A

Het Haldane-effect beschrijft de toegenomen bindingscapaciteit van gedeoxygeneerd bloed voor koolstofdioxide. Omgekeerd heeft geoxygeneerd bloed een verminderde bindingscapaciteit voor koolzuur.

Lage concentratie CO2 zorgt ervoor dat zuurstof gaat binden aan een haemaglobine

20
Q

Bevindt het Bohr-effect zich in de longen of in de weefsels?

A

weefsels

21
Q

Bevindt het Haldane effect zich in de longen of in de weefsels?

A

longen

22
Q

Waarom hebben we m.n. zuurstof nodig?

A

Voor oxidatieve fosforylering

23
Q

Hoe wordt het metabolisme in rust genoemd?

A

basaal metabolisme (stofwisseling die nodig is om de minimale hoeveelheid energie te leveren, die noodzakelijk is voor primaire levensprocessen van een organisme)

24
Q

Welke levensprocessen verstaan we onder metabolisme?

A
  • Ademen
  • Hartslag/bloedcirculatie
  • Synthese van nieuwe cellen (groei, wondheling)
  • In stand houden van de temperatuur
  • Handhaving van chemische gradiënten (homeostasis)
  • Secretie van hormonen
  • Activiteit van het zenuwstelsel
25
Q

Wat is onze natuurlijk anti-oxidant dat we gebruiken voor het verwerken van ROS?

A

Glutathione (komt o.a. voor in knoflook, avocado, broccoli, tomaat)

26
Q

In de erytrocyt zijn er geen mitochondriën, en dus wordt de PPP-pathway gebruikt. Wat is het voordeel van deze pathway?

A

NADPH wordt gemaakt dat glutathione kan maken. Dit zorgt voor de vermindering van ROS, wat veel voorkomt in een erytrocyt!