fr mis 1 Flashcards
(45 cards)
1
Q
een truc, een hulpmiddel
A
une astuce
2
Q
de schoonheid
A
la beauté
3
Q
een borst, een borstbeeld
A
un buste
4
Q
een enkel
A
une cheville
5
Q
een wimper
A
un cil
6
Q
een elleboog
A
un coude
7
Q
een schedell
A
un crâne
8
Q
een dij
A
une cuisse
9
Q
het buitenland
A
l’étranger
10
Q
een experiment
A
une expérience
11
Q
een bil
A
une fesse
12
Q
een voorhoofd
A
un front
13
Q
een heup
A
une hanche
14
Q
een wang
A
une joue
15
Q
een lip
A
une lèvre
16
Q
een kuit
A
un mollet
17
Q
een navel
A
un nombril
18
Q
een teen
A
un orteil
19
Q
een handpalm
A
une paume
20
Q
een penis
A
un pénis
21
Q
een borstkas
A
une poitrine
22
Q
een dieet
A
un régime
23
Q
een borst(f)
A
un sein
24
Q
een wenkbrauw
A
un sourcil
25
een vagina
un vagin
26
globaal, algemeen
global e
27
natuurlijk
naturel le
28
zwaarlijvig
obèse
29
bleek
pâle
30
slank
svelte
31
bruinen
bronzer
32
aanklagen
dénoncer
33
epileren
épiler
34
vleien
flatter
35
improviseren
improviser
36
benadrukken, de klemtoon leggen op
insister sur
37
scheel kijken
loucher
38
slagen in
parvenir à
39
nadenken
réfléchir
40
zweten
transpirer
41
het gaat over...
il s'agit de...
42
ook, eveneens
également
43
dankzij
grâce à
44
tijdens
lors de
45
volgens
selon