Hoofdstuk 3: Maagdarmstelsel Flashcards

(137 cards)

1
Q

Waarop wijst afwezigheid van stoelgang/flatus?

A

Wijst op (sub)obstructie en het wegvallen van de darmtransit = ILEUS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Term voor verminderde eetlust

A

anorexie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Term voor moeite met slikken

A

Dysfagie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Term voor slechte opname van alle voedingsstoffen

A

Panmalabsorptie
Vetten, koolhydraten én proteïnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Term voor zweren

A

Ulceraties
=> weefseldefect dat diep doordringt in de wand tot in de submucosa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Term voor bloed in de stoelgang

A

Melaena

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Term voor dichtbranden van bloedend letsel?

A

Cauterisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Term voor een bolle buik?

A

Opgezet abdomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Term voor sterke afkeer van vlees

A

Horror carnis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Term voor pijn achter het borstbeen

A

Retrosternale pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Term voor verteringsongemakken

A

Dyspepsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Term voor zuurbranden

A

Pyrosis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Term voor (rood) bloedverlies per anum

A

RBPA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Termen voor stoelgang met overmatig vet

A

Stopverfontlasting
Steatorree

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Term voor valse stoelgangsnood

A

Tenesmen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Term voor misselijkheid

A

Nausea

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Term voor braken

A

Emesis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe komt de braakreflex tot stand?

A

In de hersenstam zit het braakcentrum. Deze is verbonden met:
* Zenuwen die smaak/geur/druk/chemische prikkels doorgeven
* Andere delen van de hersenen (herinnering/emotie kan ook zorgen voor braken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Leg uit hoe een endoscopie verloopt.

In patiëntentaal

A
  • 6 uur nuchter
  • Darmreiniging nodig vooraf bij coloscopie
  • Flexibele tube met licht en camera
  • Onderzoek van binnenkant van slokdarm, maag en duodenum, dikke darm of rectum
  • Langs de flexibele scoop kunnen ook kleine instrumenten om stalen te nemen of kleine ingrepen te doen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoe noem je een endoscopie van de slokdarm, maag en twaalfvingerige darm?

A

Gastroscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Hoe noem je een endoscopie van de dikke darm?

A

Coloscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe noem je een endoscopie van het rectum?

A

Rectoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

REFLUXOESOFAGITIS

Definitie?

A

Inflammatie van de distale slokdarmmucosa door langdurig en/of herhaald contact met zure maaginhoud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

REFLUXOESOFAGITIS

Pathofysiologie?

A

Onderste slokdarmsfincter sluit niet goed > plaveiselcelepitheel van slokdarm kan niet tegen maagzuur > erosies en diepe ulceraties in distale slokdarm

Vaak gepaard met maagbreuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
# **REFLUXOESOFAGITIS** Risicofactoren?
* Overgewicht * Zwangerschap * Vetrijke voeding * Roken * Alcohol * Koffie
26
# **REFLUXOESOFAGITIS** Symptomen?
* Pyrosis * Retrosternale pijn * Zure regurgitaties tot in de keel * Prikkelhoest * Hik * Dysfagie *(ernstige gevallen)*
27
# **REFLUXOESOFAGITIS** Hoe ontstaat dysfagie?
Door chronische inflammatie en ulceratie **verlittekent en vernauwt** de slokdarm. | Kan ook wijzen op slokdarmcarcinoom > moet dringend nagekeken worden!
28
# **REFLUXOESOFAGITIS** Link met ferriprieve anemie?
**Slokdarmulceraties** kunnen (ongemerkt) bloeden en de oorzaak zijn van ferriprieve anemie.
29
# **REFLUXOESOFAGITIS** Diagnostiek?
Via **gastroscopie** Kinderen: **pH-metrie**
30
# **REFLUXOESOFAGITIS** Niet medicamenteuze behandeling?
* NIET: roken, alcohol, koffie, vette voeding * Positionele maatregelen: hoogstand hoofdeinde * Vermageren igv overgewicht * Geen grote maaltijden voor slapen
31
# **REFLUXOESOFAGITIS** Medicamenteuze behandeling?
1. Antacida 2. H₂-blokkers 3. Protonpompinhibitoren (PPI)
32
# **REFLUXOESOFAGITIS** Wat doen antacida?
**Neutraliseren** louter het aanwezige zuur = symptoombehandeling
33
# **REFLUXOESOFAGITIS** Wat doen H₂-blokkers?
**Onderdrukken de zuursecretie** van de pariëtaalcellen door blokkeren H₂-receptor
34
# **REFLUXOESOFAGITIS** Wat doen protonpompinhibitoren?
**Onderdrukken de zuursecretie** van de pariëtaalcellen door rechtstreeks hun H+-pomp te blokkeren. = krachtigste zuurremmers
35
# **REFLUXOESOFAGITIS** Complicaties?
**Barret-slokdarm** Bij chronische oesofagitis graad D is het mogelijk dat een deel van het **normale slokdarmslijmvlies spontaan wordt vervangen** door een éénlagig epitheel dat sterk lijkt op dat van de maag. Dit is een voorbeeld van een **metaplasie**. MAAR: dit ontaardt vaker in een **slokdarmcarcinoom** > intensieve opvolging nodig
36
Wat is een metaplasie?
Wanneer cellen zich gaan **aanpassen aan de omstandigheden** en er anders gaan uitzien dan ze er volgens de fysiologie zouden moeten uitzien. Elke metaplasie is een **uitgesproken plaats** voor het ontstaan van maligne woekering van cellen (**kanker**).
37
# **HERNIA DIAFRAGMATICA** Definitie?
Bij een **maagbreuk** **verplaatst** de maag zich gedeeltelijk tot in de **thorax**.
38
# **HERNIA DIAFRAGMATICA** Welke vorm zie je meestal?
**Sliding hernia** De overgang slokdarm-maag komt hierbij boven het middenrif te liggen.
39
# **HERNIA DIAFRAGMATICA** Pathofysiologie?
Toename van de **intra-abdominale druk** | *bv. ten gevolge van obesitas, chronische obstipatie of zwangerschap.*
40
# **HERNIA DIAFRAGMATICA** Complicaties?
Het spierige middenrif helpt normaal de maagingang gesloten houden. Bij een hernia diafragmatica gaat deze steunfunctie verloren > **refluxoesofagitis**
41
# **MALLORY-WEISSYNDROOM** Definitie?
**Scheurtje in de mucosa** van de maagcardia uitgelokt door krachtig braken.
42
# **MALLORY-WEISSYNDROOM** Risicofactoren?
- Alcoholgebruik - Eetstoornissen - Herhaaldelijk braken
43
# **MALLORY-WEISSYNDROOM** Behandeling?
- Stopt meestal **vanzelf** - Soms endoscopische **cauterisatie** nodig
44
Term voor oppervlakkig weefseldefect?
Erosie
45
# **PEPTISCH ULCUS** Definitie?
Verzamelnaam voor elk **diep weefseldefect** in het slijmvlies van slokdarm, maag of duodenum, dat ontstaat onder invloed van maagzuur en verteringssappen.
46
Term voor slokdarmulcus?
Ulcus oesofagi
47
Term voor maagulcus?
Ulcus **ventriculi** | = maagzweer
48
Term voor duodenumulcus?
Ulcus **bulbi**
49
# **PEPTISCH ULCUS** Pathofysiologie?
Maagweefsel wordt aangetast door - Te veel **maagzuurproductie** - Te weinig mucosale **weerstand** - **Helicobacter pylori** - **Erfelijkheid** | "No pH, no ulcur. No HP, no ulcur"
50
# **PEPTISCH ULCUS** Wat kan zorgen voor een te lage mucosale weerstand in de maag? Hoe?
**NSAIDs** Zorgen voor een daling in **prostaglandines**. Prostaglandines zijn essentiëel voor de opbouw van verdedigingsmechanismes tegen zure maaginhoud.
51
# **PEPTISCH ULCUS** Diagnostiek?
**Gastroscopie** met bioptname | *(uitsluiten maligniteit, opsporen H. pylori)*
52
# **PEPTISCH ULCUS** Niet-medicamenteuze behandeling?
- Niet roken - Voedingsadviezen
53
# **PEPTISCH ULCUS** Medicamenteuze behandeling?
- Protonpompinhibitoren - Eradicatietherapie
54
# **PEPTISCH ULCUS** Wat is eradicatietherapie?
Inname van **AB** om een bacterie uit te roeien.
55
# **PEPTISCH ULCUS** Complicaties?
- Bloeding - Perforatie - Maligne ontaarding - Gastric outlet obstruction
56
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: bloeding** Symptomen? | Wat bepaalt het klinisch beeld?
- **Geen** *(beperkte bloeding)* - Ferriprieve **anemie** *(herhaalde kleine bloedingen)* - **Haematemesis**: helder rood of halfverteerd *(al uren in maag = koffiedik braken)* - **Melaena**: helderrood, deels verteerd, pekzwart bloedverlies per anum - **Shock** *(massief bloedverlies)* | Het **debiet** van de bloeding.
57
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: bloeding** Diagnostiek?
Endoscopie om de bloedingsplaats te bepalen
58
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: bloeding** Behandeling?
* Hemostatische (bloedstelpende) procedure via endoscopie * Zeer massief: urgent chirurgisch
59
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: perforatie** Pathofysiologie?
Het **ulcus vreet doorheen de wand** van de maag (of darm). Er ontstaat een verbinding: * naar de peritoneale holte = **vrije perforatie**. * Soms wordt de perforatie min of meer afgedekt door omliggende organen of vetweefsel = **gedekte perforatie**.
60
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: perforatie** Behandeling?
Urgente chirurgie
61
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: perforatie** Waar is dit een voorbeeld van? Hoe zie je het verschil met koliekpijn?
**Acuut abdomen** Plankharde buik, pijn wordt erger bij bewegen > P ligt **roerloos**. Bij kolieken is er **bewegingsdrang**.
62
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: maligne ontaarding** Bij welke soort ulcus zien we maligne ontaarding?
Soms bij **maagulcus**. Nooit duodenumulcus.
63
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: maligne ontaarding** Symptomen?
- Vage epigastrische klachten - **Dyspepsie**: verteringsongemakken - **Anorexie**: weinig eetlust - **Horror carnis**: afkeer van vlees - Ferriprieve anemie.
64
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: maligne ontaarding** Diagnostiek?
- Gastroscopie - Biopsiename
65
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: maligne ontaarding** Behandeling?
Indien geen uitgebreide metastasen: **resectie**
66
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: maligne ontaarding** Prognose?
Snelle metastasering > slechte prognose
67
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: gastric outlet obstruction** Pathofysiologie?
Door **zwelling** rond het ulcus of **verlittekening** ontstaat er een **doorgangsbelemmering** thv de maaguitgang.
68
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: gastric outlet obstruction** Symptomen?
- Anorexie - Projectielbraken
69
# **PEPTISCH ULCUS: complicatie: gastric outlet obstruction** Behandeling?
- Plaatsen **maagsonde** - **Zuurremmende** medicatie toedienen - Vernauwing **chirurgisch** wegnemen
70
# **ACUTE GASTROENTERITIS** Definitie?
= (Infectieuze) acute gastroenteritis = maagdarmontsteking = '**buikgriep**'
71
# **ACUTE GASTROENTERITIS** Pathofysiologie?
- **Virussen** *(rota, adeno, noro)* - **Bacteriën** *(salmonella, CD)* - **Parasieten** **Transmissie** gebeurt faeco-oraal.
72
# **ACUTE GASTROENTERITIS** Symptomen?
- Diarree - Nausea, emesis, anorexie - Buikpijn peri-umbilicaal - Krampen
73
# **ACUTE GASTROENTERITIS** Waarvan hangt het klinisch beeld af?
**Type verwekker** - **Niet-invasief**: (vnl. virussen) ontregelt vooral waterabsorptie in de darm (waterige diarree) - **Invasief**: (vnl. bacteriën) dringt ook binnen in darmmucosa > uitgebreide inflammatie (diarree met bloed, slijm...) **Type patiënt** Ernstiger bij kinderen en ouderen --> sneller dehydratatie
74
Welke preventieve maatregel bestaat er om gastroenteritis door het rotavirus bij jonge kinderen te voorkomen?
**Vaccin** = opgenomen in het vaccinatieschema van de Hoge Gezondheidsraad | Niet gratis!
75
# **ACUTE GASTROENTERITIS** Behandeling?
Meestal virus > **gaat vanzelf over** Indien nodig: - Extra vocht *(PO of IV)* - **Transit-inhibitoren** *(vb imodium, symptomatisch)* - AB *(zelden)*
76
# **PRIKKELBAREDARMSYNDROOM** Definitie?
= spastisch colon of irritable bowel syndrome (**IBS**) --> darmaandoening **Functionele stoornis** > geen zichtbare afwijkingen aan de darmen Het precieze mechanisme achter IBS is nog een vraagteken
77
# **PRIKKELBAREDARMSYNDROOM** Epidemiologie?
Het is **één van de vaakst voorkomende darmaandoeningen** in onze Westerse wereld.
78
# **PRIKKELBAREDARMSYNDROOM** Symptomen? | Hoe is het ziekteverloop?
* Opgeblazen gevoel * Vage buikpijn, krampen * Wisselend stoelgangspatroon *(diarree ↔ obstipatie)* | **Episodisch en stressgerelateerd.**
79
# **PRIKKELBAREDARMSYNDROOM** Diagnostiek ?
**Bijkomend onderzoek** om organische pathologie uit te sluiten is zinvol bij alarmsymptomen, bij familiaal voorkomen, oudere patiënten... ## Footnote IBS-klachten zijn de meest frequente reden voor doorverwijzing naar de gastroenteroloog.
80
# **PRIKKELBAREDARMSYNDROOM** Behandeling?
* Patiënteducatie * Evenwichtig voedingspatroon * Lichaamsbeweging * Probiotica *(grootte van het effect is onzeker, evenals de meest effectieve soort)* * Spasmolytica
81
# **COELIAKIE** Definitie?
Aandoening van de **dunne darm**, ten gevolge van contact met **gluten** | Géén allergie!
82
# **COELIAKIE** Pathofysiologie?
Contact met gluten > inflammatie dunne darm > mucosa wordt beschadigd > **vlokatrofie** > opname voedingsstoffen moeilijk => **malabsorptie** Vetten worden onvoldoende geabsorbeerd > komen in faeces => **steatorree**
83
# **COELIAKIE** Symptomen? | Wanneer begint dit?
* Chronische steatorree * Flatulentie * Buikkrampen peri-umbilicaal * Vermagering, groeivertraging, symptomen van ondervoeding | Kinderleeftijd
84
# **COELIAKIE** Diagnostiek?
Biopt van dunne darm
85
# **COELIAKIE** Behandeling?
Levenslang **glutenvrij** dieet
86
# **INFLAMMATORY BOWEL DISEASE** Definitie?
Verzamelnaam voor twee chronische ontstekingsziekten van de darm: 1. de **ziekte van Crohn** 2. **Colitis Ulcerosa** (CU)
87
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Pathofysiologie
BEIDE: - Complexe pathofysiologie - Eigen immuunsysteem valt darm aan - Geen infectie
88
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Verloop ziektebeeld
**Exacerbatie** afgewisseld met **remissie**
89
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Leeftijd bij aanvang
BEIDE: **jongvolwassen**
90
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Plaats van inflammatie
**Crohn**: hele maagdarmkanaal, meestal uiteinde ileum = **terminale ileïtis** **Colitis Ulcerosa**: enkel in rectum en variabel deel van het colon = **rectitis, colitis**
91
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Ontstekingsletsel
**Crohn**: - Diepe ulceraties - Transmuraal (volledige darmwand) **Colitis Ulcerosa**: - Enkel mucosa - Oppervlakkige ulceraties
92
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Verspreiding
**Crohn**: afwisselend aangetast-gezonde mucosa → **vlekkerig** **Colitis Ulcerosa**: **doorlopend** vanaf het rectum
93
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Is er sprake van malabsorptie?
**Crohn**: ja, Crohn treft eerder de **dunne darm** en veroorzaakt hierdoor een beeld van malabsorptie met **ondervoeding, gewichtsverlies en anemie** als gevolg. **Colitis Ulcerosa**: nee, CU treft uitsluitend het **colon en rectum** en veroorzaakt hierdoor een beeld van frequente, met bloed en slijm bijgemengde stoelgang. Door de intacte dunne darm is er geen malabsorptie-beeld. **Anemie** is wel mogelijk bij aanhoudend bloedverlies.
94
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Symptomen?
**Crohn**: - Buikpijn Re fossa (afbeelding), krampen - Steatorree (weinig bloed) - Gewichtsverlies - Koorts **Colitis Ulcerosa**: - Buikpijn, krampen - Frequent kleine ontlasting met slijm en bloed - Valse stoelgangsnood
95
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Complicaties?
**Crohn**: - Darmperforatie - Verlittekening *(> stenose)* **Colitis Ulcerosa**: - Colonkanker *(> Crohn)*
96
# **Vergelijking Crohn en Colitis Ulcerosa** Anale letsels?
**Crohn**: - Vaak - Anale fissuren - Abcesvorming **Colitis Ulcerosa**: - Nooit
97
# **INFLAMMATORY BOWEL DISEASE** Diagnostiek?
* **Labo***(WBC, sedimentatie, CRP...)* * **Coloscopie**
98
# **INFLAMMATORY BOWEL DISEASE** Behandeling?
* Krachtige **ontstekingsremmers** * **Chirurgie** bij ernstige complicaties. Zo nodig ileostoma (Crohn) of colostoma (CU)
99
# **APPENDICITIS** Definitie?
Ontsteking van de appendix
100
# **APPENDICITIS** Epidemiologie?
* Meest voorkomende oorzaak van acuut abdomen. * Vaakst bij tieners/jongvolwassenen * 7% van de bevolking maakt het door
101
# **APPENDICITIS** Welke soorten zijn er?
1. Acute appendicitis 2. Gangreneuze appendicitis 3. Perforatie
102
# **ACUTE APPENDICITIS** Pathofysiologie?
Het lumen van de appendix wordt afgesloten door stoelgang → **secundaire, bacteriële infectie** → appendix zwelt, wordt rood en prikkelt het bovenliggende peritoneum → **lokale peritonitis**
103
# **GANGRENEUZE APPENDICITIS** Pathofysiologie?
Het lumen van de appendix wordt afgesloten door stoelgang → secundaire, bacteriële infectie → appendix zwelt → eigen **bloedcirculatie** wordt **belemmerd** → appendix sterft (gedeeltelijk) af
104
# **APPENDICITIS: PERFORATIE** Pathofysiologie?
Het lumen van de appendix wordt afgesloten door stoelgang → secundaire, bacteriële infectie → appendix zwelt → wand van de appendix breekt → inliggende **ontstekingsinfiltraat** in de (steriele) buikholte → **Veralgemeende peritonitis**, septische shock
105
# **APPENDICITIS** Symptomen?
- Vage epigastrische pijn die migreert naar re fossa → **punt van McBurney** - Anorexie, nausea, emesis - Koorts - Plankharde buik (**spierverzet**), vervoerspijn
106
# **APPENDICITIS** Hoe kan je de typische pijnmigratie verklaren?
De vage pijn ontstaat doordat eerst het binnenste, **viscerale peritoneum** wordt geprikkeld, dat **slecht bezenuwd** is. Pas wanneer het buitenste, **pariëtale peritoneum** wordt geprikkeld is de pijn **beter te lokaliseren** in de rechter fossa.
107
# **APPENDICITIS** Diagnostiek?
- Bloedafname _(leukocytose, crp)_ - Echografie of CT abdomen
108
# **APPENDICITIS** Behandeling?
**Appendectomie**: resectie appendix. Bij perforatie wordt de peritoneale holte gespoeld en gereinigd.
109
# **APPENDICITIS** Wat bij zwangeren?
- Komt even vaak voor als niet-zw - Klinische symptomen zijn anders omdat appendix verplaatst is → aspecifieke klachten (nausea, onderbuikpijn) - Buikpijn zonder duidelijke obstetrische verklaring de mogelijkheid van een appendicitis te overwegen!
110
Waar ligt het punt van McBurney?
111
# **MECKEL-DIVERTIKEL** Definitie?
**Restant van de ductus vitellinus** die tijdens de foetale ontwikkeling de verbinding vormt tussen de darm en de dooierzak.
112
# **MECKEL-DIVERTIKEL** Epidemiologie?
2% van de bevolking
113
# **MECKEL-DIVERTIKEL** Symptomen?
* Meestal geen klachten * Soms een ontsteking die klinisch sterk lijkt op een appendicitis (pijn meer linkszijdig).
114
# **MECKEL-DIVERTIKEL** Complicaties?
Bevat regelmatig ectopisch slijmvlies zoals maagslijmvlies of pancreasweefsel. In geval van maagslijmvlies kan dit zuur produceren en uiteindelijk aanleiding geven tot **ulceratie en bloeding.**
115
# **DIVERTICULOSE** Definitie?
De aanwezigheid van **meerdere zakvormige uitstulpingen van de colonmucosa** doorheen de onderliggende spierlagen van de darmwand. | Meestal colon sigmoïdeum, linksonder
116
# **DIVERTICULOSE** Verschil met diverticulitis?
Enkel wanneer de uitstulpingen van de colonmucosa **ontsteken** spreken we van **diverticulitis**. Diverticulitis ontstaat wanneer **faeces en bacteriën** in een divertikel achterblijven, of bij **perforatie**. Klinisch beeld: vage klachten tot acuut abdomen.
117
# **DIVERTICULOSE** Epidemiologie?
Bijna uitsluitend in **Westerse landen** → **vezelname** het laagst | Vanaf 40 jaar
118
# **DIVERTICULOSE** Pathofysiologie?
**Lage vezelname** → trage darmtransit, constipatie, **druk** in darmlumen ↑ → spierlagen **hypertrofiëren** om zich aan te passen aan de hogere druk → druk blijft steigen → mucosa **hernieert** tussen de spierlagen door naar het peritoneum → °**divertikels** *(permanent)*
119
# **DIVERTICULOSE** Symptomen?
| 80% asymptomatisch
120
# **DIVERTICULITIS** Diagnostiek?
- Labo - CT abdomen
121
# **DIVERTICULITIS** Behandeling?
1. **AB** IV 2. **Chirurgie**: sigmoidresectie ▶ **a chaud** (dringend, ernstige opstoot) ▶ **a froid** (geplande ingreep na genezen 1ste opstoot)
122
# **DIKKEDARMKANKER** Epidemiologie
- Jaarlijks +6500 Vlamingen - Vooral **60+** - 1 v/d belangrijkste doodsoorzaken in onze regio
123
# **DIKKEDARMKANKER** Pathofysiologie?
Begint meestal met **goedaardige poliep** → kan evolueren tot kwaadaardig letsel
124
# **DIKKEDARMKANKER** Is het erfelijk?
* Meestal niet. * **Familiale adenomateuze polyposis**: erfelijke aandoening waarbij op jonge leeftijd al honderden poliepen groeien. → hoog risico op het ontwikkelen van darmkanker
125
# **DIKKEDARMKANKER** Risicofactoren?
* >500g rood vlees/week * **Leeftijd** * Aangebrand vlees * Vetrijk dieet, weinig vezels * Obesitas * Roken * Alcohol * Colitis ulcerosa
126
# **DIKKEDARMKANKER** Symptomen?
* Doorgaans weinig klachten > bevolkingsonderzoek! * Afhankelijk van plaats van tumor * Veranderd stoelgangspatroon * Tenesmen: valse stoelgangnood * RBPA * Opgeblazen gevoel * Buikkrampen, obstructie
127
# **DIKKEDARMKANKER** Diagnostiek?
* **Faecesonderzoek** op occult-bloed *(screening)* * **Coloscopie** * Aanvullende staging (PET, CT)
128
# **DIKKEDARMKANKER** Behandeling?
Afhankelijk van stadium: - Chirurgie - Chemotherapie - Radiotherapie
129
# **ROOD BLOEDVERLIES PER ANUM** Waarop wijst helrood verlies na stoelgang/bij reinigen?
- Hemorroïden - Anale fissuur - Rectale poliep/tumor
130
# **ROOD BLOEDVERLIES PER ANUM** Waarop wijst bloed vermengd met stoelgang?
Colonpoliep/tumor
131
# **ROOD BLOEDVERLIES PER ANUM** Waarop wijzen bloedstreepjes en slijm?
- Inflammatoire darmziekte: IBD - Colonpoliep/tumor
132
# **ROOD BLOEDVERLIES PER ANUM** Waarop wijst massief bloedverlies?
- Hevige maagbloeding - Colondivertikel | (Zelden colonpoliep/tumor)
133
# **HEMORROÏDEN** Risicofactoren?
- Erfelijke aanleg - Chronische obstipatie, - Zwangerschap en bevalling - Overdreven inname van alcohol - Portale hypertensie
134
# **HEMORROÏDEN** Pathofysiologie?
**Uitwendige hemorroïden**: **spataders** van de subcutaan gelegen **plexus hemorroïdalis** die veel zenuwvezels heeft en dus erg **gevoelig** is **Inwendige hemorroïden**: dilataties van de **plexus hemorroïdalis superior** die visceraal bezenuwd wordt en dus veel **minder** gevoelig is
135
# **HEMORROÏDEN** Symptomen?
- Geen - Bloeding - Trombose uitw hem: pijnlijke blauwe knobbel - Trombose inw hem: vage last - Trombose van geprolabeerde inw hem: ernstige inflammatie met ++pijn => **fluxus hemorroïdalis**
136
# **ANALE FISSUUR** Definitie?
Acute **scheur** van het **anoderm**
137
# **ANALE FISSUUR** Symptomen?
* Uitgesproken, **scherpe pijn** bij **defaecatie** * Beperkt blv