Hoofdstuk 5: Hart- en vaatziekten Flashcards

(117 cards)

1
Q

Wat is angor?

A

= Angina pectoris
- Thoracaal pijnpatroon
- Druk/toesnoering op borst
- Eventueel uitstraling arm, keel
- Graduele opbouw
- Geassocieerde symptomen: nausea, emesis, zweten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Term voor hartritmestoornissen

A

Aritmie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Term voor blauwe verkleuring

A

Cyanose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Term voor kortademigheid

A

Dyspnoe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Term voor hartkloppingen

A

Palpitaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke onderzoeken zijn relevant bij cardiologie?

A
  • Klinische parameters
  • ECG
  • Inspanningsproef
  • Holtermonitoring
  • Echocardiografie
  • Veneuze bloedafname
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een ECG?

A

Elektrocardiografie
- Hartritme
- Elektrische prikkels
- Ev zuurstoftekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een inspanningsproef?

A

ECG terwijl de P fietst tegen stijgende weerstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een holtermonitoring?

A

Ambulante 24u registratie van het ECG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een echocardiografie?

A

Echografie van hart
- Transthoracaal of via slokdarm
- Opsporen van structurele afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom kan een bloedafname nuttig zijn als aanvullend onderzoek?

A

Bepalen van hartenzymen en lipidenprofiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de belangrijkste lipiden?

A
  1. HDL: high density lipoprotein (goede cholesterol → lever)
  2. LDL: low density lipoprotein (slechte cholesterol → heel lichaam)
  3. Triglyceriden (ketens vrije vetzuren)
  4. Totaal serumcholesterol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe noemen we een ongunstig lipidenprofiel?

Waar geeft dit een verhoogd risico op?

A

Dyslipidemie

atherosclerotische hart- en vaatziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoeveel Vlamingen sterven tgv hart-en vaatziekten?

A

¼
Meestal:
* Mannen: ischemisch hartlijden
* Vrouwen: hartfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Leg kort het pathofysiologisch mechanisme uit.

A

Vetten hopen op in de wand van de grote en middelgrote slagaders → arteriële doorbloeding = belemmerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Epidemiologie?

A
  • Nagenoeg bij iedereen, zelf vanaf kindertijd.
  • Klinische uiting: 50-75j
  • Sterk individueel afhankelijk. Levensstijl = zeer bepalend. Erfelijke belasting minder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Welke stap komt voor het vormen van atheroomplaque?

A
  1. Fatty streak
  2. Atheroma
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Hoe ontstaat een fatty streak?

A
  1. LDL infiltreert door fragiel endotheel
  2. LDL komt in wand van slagader
  3. Ontstekingsreactie → macrofagen
  4. Macrofagen fagocyteren LDL en transformeren tot schuimcellen
  5. De schuimcellen hopen op = fatty streak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn schuimcellen?

A

Grote met cholesterol overladen cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Hoe ga je van een fatty streak naar een atheroma?

A
  1. Fatty streak groeit aan → schuimcellen sterven af
  2. Cholesterolrijke inhoud stapelt op in arteriewand
  3. Opstapeling stimuleert ontstekingsproces verder
  4. Migratie/proliferatie van gladde spiercellen
  5. Spiercellen maken extra bindweefsel → °kapsel

=> atheroma of atheroomplaque
(uitpuilend, afgekapseld letsel rond een centrale kern van vetrijk materiaal)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Complicaties?

A
  • Stenose
  • Plaqueruptuur, trombose, occlusie
  • Aneurysma
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Complicatie: stenose. Leg uit.

A

Slagader vernauwt → verder gelegen weefsels ontvangen minder bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Complicatie: plaqueruptuur, trombose, occlusie. Leg uit.

A
  • Atheroomkapsel scheurt → necrotische lipidenkern komt in bloedbaan
  • ° trombusvorming → bloedvat wordt afgesloten = occlusie
  • Verdere weefsels geen bloedvoorziening → necrose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

__ATHEROSCLEROSE__

Complicatie: aneurysma. Leg uit.

A
  1. Wand verzwakt door atheroomplaque
  2. Bloedvat verbreedt
  3. Bloedvat scheurt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
# __ATHEROSCLEROSE__ Waarvan zijn de symptomen afhankelijk?
Atherosclerose = **pijnloos** Symptomen ontstaan wanneer de **O2-voorziening** van de stroomafwaarts gelegen weefsels **in het gedrang** komt. **Plaats** van plaque bepaalt de symptomen.
26
# __ATHEROSCLEROSE__ Symptomen bij atherosclerose van beenslagaders?
**claudicatio intermittens** (etalagebenen) | Gedaalde O2-voorziening voor spieren van onderste ledematen
27
# __ATHEROSCLEROSE__ Symptomen bij atherosclerose van kransslagaders?
**angor, myocardinfarct, plotse dood** | Gedaalde O2-voorziening voor myocard
28
# __ATHEROSCLEROSE__ Symptomen bij atherosclerose van halsslagaders?
**herseninfarct** | Gedaalde O2-voorziening voor hersenen
29
# __ATHEROSCLEROSE__ Wat doe je best bij een P die klinische tekens heeft van atherosclerose?
**Uitgebreide** evaluatie. Atherosclerose ontwikkelt zich steeds op **verschillende plaatsen tegelijk**. | Niet enkel gaan kijken waar de symptomen specifiek op wijzen.
30
Wat zijn de belangrijkste cardiovaculaire risicofactoren? ## Footnote *En bijkomend?*
**A.** Age **B.** Bloeddruk: arteriële hypertensie **C**. Cigarettes **D**. Diabetes **E**. Event: reeds gekend met cardiopath? **F**. Family: erfelijke belasting in eerstegraad? **G**. Geslacht: mannen ↑ kans ## Footnote *Obsesitas, ↑ visceraal vet, dyslipidemie, ongezonde voeding, chronische nierinsufficiëntie, ↓ beweging, stress, depressie...*
31
Wat is GCR? | Wat bij een hoge score?
**Globaal cardiovasculair risico** Individuele bijdrage van de risicofactoren kan je **samentellen** | Cardiovasculaire preventie
32
Wat houdt niet-medicamenteuze cardiovasculaire preventie in?
- **ROOKSTOP** - Gezonde voeding - Lichaamsbeweging - Vermageren
33
Wat houdt medicamenteuze cardiovasculaire preventie in? ## Footnote Welke medicatie is niet geschikt bij een hoog GCR?
- **Comorbiditeiten** behandelen (diabetes, AHT...) - Lipidenprofiel optimaliseren met **lipidenverlagende medicatie** - **Anti-aggregans** ## Footnote Hormonale anticonceptie = afgeraden
34
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Definitie?
Chronische verhoging van de druk die het bloed uitoefent op de vaatwand. Concreet: **systolische** bloeddruk **≥ 140 mmHg** en/of **diastolische** bloeddruk **≥ 90 mmHg**
35
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ 2 soorten?
1. **Essentiële** (of primaire) hypertensie *(90%)* → geen onderliggende verklaring 2. **Secundaire** hypertensie *(10%)* → aanwijsbare oorzaak
36
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Waarom is het stellen van de diagnosie niet eenvoudig?
- Vaak asymptomatisch - Meting = momentopname - Wittejashypertensie - Gemaskeerde hypertensie
37
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Wat is wittejashypertensie?
RR kan tijdelijk verhoogd zijn bij afname door een arts of verpleegkundige, ditdoor '**onderzoeksstress**'
38
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Wat is gemaskeerde hypertensie?
Meting door een **arts** kan telkens **normaal** zijn, hoewel deze in het thuismilieu telkens verhoogd is
39
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Diagnostiek?
Gemiddelde van: 1. **Conventionele bloeddrukmeting** door zorgverlener 2. **Zelfmeting** thuis (2xochtend, 2x avond, 7 dagen) Beide verhoogd = bevestiging diagnose **Discrepantie**? Ambulante 24u-meting
40
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Kan je hiervan "genezen"?
1. Primaire hypertensie: neen. Zelf al is RR onder controle met medicatie 2. Secundaire hypertensie: ja, indien achterliggende oorzaak is behandeld
41
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Gradaties?
42
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Door welke factoren wordt de RR bepaald?
**RR = SV x HF x PW** Bloeddruk = slagvolume x hartfrequentie x perifere weerstand
43
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Complicaties?
- **Arteries**: versnelde atherosclerose, ↑ risico op aneurysma - **Hart**: linkerventrikelhypertrofie → hartlijden/falen - **Nier**: ↑ filtratiedruk → glomeruli beschadigd → nierinsuff - **Netvlies**: hypertensieve retinopathie - **Hersenen**: ↑ risico op CVA
44
Wat is LVH?
**Linkerventrikelhypertrofie** **Verdikking van het myocard** van de linkerventrikel → pompkracht verhogen MAAR: ↑ O₂-nood van de hartspier → risico op hartlijden/falen
45
Wat is retinopathie?
**Beschadiging** van de bloedvaten van het **netvlies**
46
Wat is CVA?
**Cerebrovasculair accident**
47
# __ARTERIËLE HYPERTENSIE__ Behandeling?
1. Nagaan **GCR** en risicofactoren aanpakken 2. **Antihypertensiva**
48
# __ISCHEMISCH HARTLIJDEN__ Definitie?
**Verzamelnaam** voor alle aandoeningen die veroorzaakt worden door **coronaire atherosclerose**
49
# __STABIELE ANGOR__ Definitie?
= angor die enkel optreedt bij inspanning, hevige emoties, stress of na een zware maaltijd | *Klachten verdwijnen < 15 min na het stoppen van de uitlokkende factor*
50
# __STABIELE ANGOR__ Pathofysiologie?
**Hooggradige coronaire stenose** die geen klachten geeft in rust. Bij inspanning of stress → **↑O₂-behoefte** van het myocard → bloedvoorziening schiet tekort → °angorklachten
51
# __STABIELE ANGOR__ Diagnostiek?
- GCR bepalen - Inspanningstest
52
# __STABIELE ANGOR__ Behandeling?
**Afhankelijk van de ernst** van de vernauwing: → coronaire interventie: ballondilatatie ± stenting
53
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Definitie?
3 aandoeningen waarbij **acute myocardischemie** optreedt: - **Instabiele angor** - **Non-stemi** - **Stemi**
54
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Diagnose?
- Bloedanalyse - ECG
55
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Diagnose: bloedanalyse. Leg uit?
Als hartspiercellen necrotiseren (= infarct) barsten ze open → **troponines** in het bloed **Meetbare waarden** van troponine **bevestigen** dus een myocardinfarct
56
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Diagnose: ECG. Leg uit?
ST-segment = ventriculaire repolarisatie Myocardinfarct zorgt voor **optrekking** van ST
57
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Bloedanalyse voor de 3 soorten?
58
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ ECG voor de 3 soorten?
59
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Pathofysiologie?
Coronaire **atheroomplaque** ruptureert → °**trombus** in het vaatlumen → verminderde **O₂**-toevoer → **ischemie en necrose** De coronair kan **geheel of gedeeltelijk** verstopt raken * PARTIËLE OCCLUSIE → INSTABIELE ANGOR of NON-STEMI * VOLLEDIGE OCCLUSIE → STEMI Betrokken coronair bepaalt **welk deel** van de hartspier afsterft *(LAD = belangrijkste)*
60
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Zijn er voortekenen?
Meestal gaat het bij een ACS niet om een hooggradige stenose→ ook **geen symptomen van stabiele angor**.
61
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Symptomen?
**Angor pectoris > 15min** Ook in **rust** Eventueel: cardiogene shock, actuut hartfalen...
62
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Diagnostiek?
**Klinische** kenmerken **ECG**: st-segment, lokalisatie infarct, aritmie? **Biochemische kenmerken**: troponines? | **Snel zijn** is de boodschap!
63
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Mortaliteit?
Meer dan 40%
64
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Welke DD bij acute thoracale pijn?
* ACS * Slokdarmspasmen * Galkoliek, pancreatitis * Spanningssyndromen, hyperventilatie * Long- en pleurapathologie (vb. longembolie) * Trauma: ribkneuzing, spierscheur
65
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Behandeling pre-hospitaal?
* Vermoeden: **112 + mug** * IV-lijn, **O₂**, continue **monitoring** * Afh van ernst: reanimatie, cardiogene shock... * Medicatie
66
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Behandeling pre-hospitaal: welke medicatie?
**Aspirine**: klontervorming ↓ **Nitraten**: coronaire vasodilatatie, angor ↓ **Morfine**: pijnstilling, hartbelasting ↓
67
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Behandeling in het ziekenhuis igv STEMI?
1. Primaire percutane coronaire interventie 2. Trombolyse 3. Coronary Artery Bypass Grafting | (of, of)
68
# **ACUUT CORONAIR SYNDROOM** Behandeling: bespreek Primaire, percutane Coronaire Interventie (PCI).
- <90min na diagnose - Coronaire reperfusie via lieskatheter - Ballon met stent
69
# **ACUUT CORONAIR SYNDROOM** Behandeling: bespreek trombolyse. | Contra-indicatie?
- Wanneer PCI niet lukt binnen 2u - Zo snel mogelijk! - De **klonter oplossen** met trombolytica | Actieve bloeding
70
# **ACUUT CORONAIR SYNDROOM** Behandeling: bespreek Coronary Artery Bypass Grafting.
= **overbrugging** met bypass graft **Chirurgische** ingreep
71
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Behandeling igv non-STEMI of instabiele angor?
1. Medicamenteus: anti-aggregantia, anti-coagulantia, nitraten, aspirine... 2. Coronaire evaluatie na max 48u
72
# __ACUUT CORONAIR SYNDROOM__ Zwangeren?
3-4 keer **meer kans** Vooral bij **risicofactoren**: roken, fam geschiedenis, diabetes
73
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Diagnose?
ECG
74
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Atriale ritmestoornissen?
- Sinusbradycardie - Sinustachycardie - Paroxysmale atriale tachycardie - Voorkamerfibrillatie
75
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is sinusbradycardie?
- **Atriale** ritmestoornis - Te **trage** impulsen van **sinusknoop** - Traag, regelmatig ritme van **< 50/min** - <35/min → syncope | Kan normaal zijn bij athleten!
76
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is sinustachycardie?
- **Atriale** ritmestoornis - Te **snelle** impulsen van **sinusknoop** - Snel, regelmatig ritme van **> 100/min** - Verwarring met palpitaties - Vaak andere aandoening aan basis
77
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is paroxysmale atriale tachycardie ?
- **Atriale** ritmestoornis - Plots opkomend **zeer snel ritme** - **>150-250/min** - P met **normaal** hart
78
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Ventriculaire ritmestoornissen?
- Ventriculaire extrasystole - Ventrikeltachycardie - Ventrikelfibrillatie
79
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is ventriculaire extrasystole?
- **ventriculaire** ritmestoornis - **Overslag** te zien op ECG - Bizar QRS-complex - Goedaardig
80
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is ventrikeltachycardie?
- **Ventriculaire** ritmestoornis - **Abnormale QRS-complexen** te zien op ECG - Regelmatig en snel: **>120/min** - Onbehandeld → Vfib - Behandeling: elektrische cardioversie
81
# __HARTRITMESTOORNISSEN__ Wat is ventrikelfibrillatie?
- **Ventriculaire** ritmestoornis - Chaotische elektrische activiteit zonder mechanisch resultaat → hart **trilt** - Leidt tot cardiogene **shock en dood** - Behandeling: **defibrillatie**
82
Je kan onze bloedsomloop vergelijken met een centrale verwarming. Maar waarin is ons lichaam net ietsje slimmer dan een cv?
Lichaam kan bloedvolume **slim verdelen**: vasoconstrictie/dilatatie oiv CZS en hormonen
83
# __SHOCK__ Definitie?
Shock is een **levensbedreigende** toestand waarbij er een **ontoereikende** toevoer is van **O₂** naar de lichaamsweefsels. Het is een **acuut falen** van de **weefselperfusie en -oxygenatie**.
84
# __SHOCK__ Voornaamste symptoom?
Hypotensie
85
# __SHOCK__ Omkeerbaar?
**Snelle** herkenning en behandeling zijn van levensbelang. Anders **progressie** naar irreversibel **multi-orgaanfalen**.
86
# __CARDIOGENE SHOCK__ Pathofysiologie?
- **Probleem = hart** zelf - Sterke **daling** van **SV** en/of **HF** **→ daling RR** → slechte weefselperfusie RR↓ = SV↓ x HF↓ x PW | Bvb door Vfib
87
# __OBSTRUCTIEVE SHOCK__ Pathofysiologie?
- **Probleem = obstructie in longcirculatie** - Sterke **daling** van **SV** → **daling RR** → slechte weefselperfusie RR↓ = SV↓ x HF x PW | Vb longembolie
88
# __HYPOVOLEMISCHE SHOCK__ Pathofysiologie?
- **Probleem = te weinig bloed** - Sterke **daling** van **SV** → **daling RR** → slechte weefselperfusie RR↓ = SV↓ x HF x PW Twee soorten: 1. **Hemorragische shock: bloedverlies** _(1-1.5l is al genoeg! Trauma, PPH, bloeding...)_ 2. **Niet-hemorragische shock: vochtverlies** _(brandwonden, uitdroging)_ | Vb longembolie
89
# __DISTRIBUTIEVE SHOCK__ Pathofysiologie?
- **Probleem = abnormale perifere vasodilatatie** - Sterke **daling** van **PW** → **daling RR** → slechte weefselperfusie RR↓ = SV x HF x PW↓ Drie soorten: 1. **Septische shock: ernstige infectie** _(door toxines van MO)_ 2. **Neurogene shock: hersen/ruggenmergletsel** _(autonome controle over vaten valt weg)_ 3. **Anafylactische shock: allergische reactie** | Vb longembolie
90
# __SHOCK__ 3 fasen?
1. Gecompenseerde shock 2. Progressieve shock 3. Orgaanbeschadiging | Vb longembolie
91
# __SHOCK__ Bespreek gecompenseerde shock
Wanneer het lichaam er nog in slaagt om dankzij enkele **compensatiemechanismen** de bloeddruk (en weefselperfusie) op peil te houden 2 compensatiemechanismen: 1. **Sympatisch zenuwstelsel** 2. **RAAS**
92
# __SHOCK__ Wat doen de compensatiemechanismen?
Zorgen voor een **stijging** van **SV, HF en PW**. Stijging van SV doordat hart harder gaat samentrekken | Zo blijft de bloeddruk nog op peil.
93
# __SHOCK__ Symptomen van gecompenseerde shock? | Uitzondering?
- **Tachycardie** - **Bleke** huid - **Koude** huid en extremiteiten | Distributieve shock: vasodilatatie → rode, warme huid → warme shock
94
# __SHOCK__ Bespreek progressieve shock
Wanneer de **compensatiemechanismen** er **niet langer in slagen** om de RR op peil te houden. De **symptomen** van gedaalde weefsel-perfusie treden nu **duidelijker** op de voorgrond.
95
# __SHOCK__ Symptomen progressieve shock?
- Hypotensie - Tachycardie - Koude, bleke huid - Tachypnoe - Oligurie - Veranderd bewustzijn - Gastro-intestinale stoornissen - Ingevallen gelaat - Mydriase
96
Wat is mydriase?
Pupildilatatie
97
# __SHOCK__ Bespreek fase van orgaanbeschadiging.
Moeilijk om nu nog succesvol te behandelen door **bijkomende ziekteprocessen**: - **Metabole acidose** *(verzuring door anaeroob metabolisme)* - **Abnormale vasodilatatie** *(perifere bloedvaten reageren niet meer op signalen voor vasoconstrictie)* - **Verbruikscoagulopathie**
98
# __SHOCK__ Vanaf wanneer treedt anurie op? Wat wil dit zeggen?
Systolische druk van **50-60mmHg** → acute nierinsufficiëntie **Hoeveelheid urine = goeie parameter** voor de **ernst** van de shock.
99
# __SHOCK__ Wat is MOF? Hoe is de mortaliteit?
**Multi-orgaanfalen** 50% vanaf 2 orgaanstelsels Vrijwel 100% vanaf 5 orgaanstelsels
100
# __SHOCK__ Diagnostiek?
- Klinisch beeld - Parameters *(pas op! Normale RR sluit shock niet uit!)* - ABG *(arteriële bloedgassen)* - Labo - ECG - Naargelang vermoeden oorzaak: CT, echo...
101
# __SHOCK__ Behandeling?
- Intensieve zorgen - Reanimatie, abcde... - **Snelle infusie IV-vocht**/bloed *(voorzichtig bij cardiogene shock)* - IV-vasopressoren - Naargelang oorzaak: PCI, AB...
102
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Prevalentie?
Tussen 70-80 jaar: 10 à 20%
103
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Pathofysiologie?
**Pompfunctie** vh hart **verzwakt progressief** ≠ oorzaken: hartritmestoornis, AHT, myocardinfarct...
104
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Symptomen?
- **Dyspnoe d'effort** *(kortademig bij inspanning)* - **Vochtretentie** - **Vermoeidheid** - Orthopnoe *(kortademig bij platliggen)* - Nycturie - Stijging centraal veneuze druk - Perifeer pitting oedeem _(=overvulling)_
105
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Hoe ontstaat kortademigheid? Hoe kunnen we het verdelen in klassen?
Ontstaat door stuwing in de longcirculatie. 1. Geen KA 2. KA bij matige inspanning 3. KA bij lichte inspanning 4. KA in rust
106
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Hoe ontstaat kortademigheid? Hoe kunnen we het verdelen in klassen?
Ontstaat door stuwing in de longcirculatie. 1. Geen KA 2. KA bij matige inspanning 3. KA bij lichte inspanning 4. KA in rust
107
# __CHRONISCH HARTFALEN__ Waarom moet een P dagelijks gewogen worden?
Het is een goede maat voor de **graad van overvulling**
108
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Pathofysiologie?
Mogelijke oorzaken: gebrekkige pompfunctie kuitspieren, uitval klepfunctie, DVT Het **bloed** wordt **niet meer voldoende omhoog** geperst in de diepe beenvaten → **bloedstroom** vanuit oppervlakkige naar diepe venen **keert om** → teveel bloed moet **via oppervlakkig systeem richting hart** → **schadelijke effecten** op oppervlakkige vaten en weefsels | Druk in de veneuze circulatie neemt toe.
109
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Risicofactoren?
- Leeftijd - Vrouwen *(dubbel zoveel)* - Familiaal - Roken - Rechtstaand/voortdurend zittend beroep - Overgewicht - Zwangerschap
110
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Symptomen?
- Vermoeide, zware benen - Dilatatie van oppervlakkige venen: varices & teleangiëctasieën - Enkeloedeem - Trofische stoornissen - Veneuze ulceraties | Varieert naargelang ernst
111
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Verschil tussen varices & teleangiëctasieën?
**Varices**: dilatatie en kronkeling van subcutane **venen** **Teleangiëctasieën**: Dilatatie van intradermale **venulen** (foto)
112
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Wat verstaan we onder trofische stoornissen?
- Okerdermatitis - Atrofie blanche - Lipodermatosclerose
113
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Wat is okerdermatitis?
Donkere, **bruine huidpigmentatie** Door **neerslag Fe** in de huid *(RBC die uit vaten treden)*
114
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Wat is atrofie blanche?
Bleke, **verlittekende huid** omgeven door zones van toegenomen pigmentatie
115
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Wat is lipodermatosclerose?
**Verharde huid** door chronische inflammatie van het onderhuids vetweefsel
116
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Behandeling?
- **Hoogstand** lidmaat - **Beweging** *(spierpomp stimuleert veneuze retour)* - **Compressie**therapie *(TED)* - Medicatie *(beperkte doeltreffendheid)*
117
# __VENEUZE INSUFFICIËNTIE__ Behandeling voor varices?
**Sclerotherapie**: **chemische** ablatie = Inspuiten van scleroserende stof **Strippen** van varices: **mechanische** ablatie = Chirurgisch verwijderen van varices **Lasertherapie**: **thermische** ablatie = Dichtschroeien