Hoofdstuk 5 : de Huid Flashcards

1
Q

Wat zijn de verschillende huidlagen?

A
  • Epidermis (opperhuid)
  • Dermis (lederhuid)
  • Subcutis (hypodermis)

’’ Bij de huid zien we straks dat er verbindingen zijn ervoor zorgen dat er geen stoffen tussen de cellen door kunnen lekken: tight junctions en desmosomen (niet gap junctions)’’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de functies van de huid?

A
  • Bescherming
  • Temperatuurregeling
  • vorming vitamine D door middel van zonlicht (zorgt voor calciumopname en dunne darm waardoor sterkere botten)
  • opslag vet
  • zintuig
  • Uitscheiding door klieren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

’’ Wat ligt in het onderhuidsbindweefsel’’?

A

vetopslag, grotere bloedvaten en de verbinden met de lagen eronder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er in het stratum basale?

A

In het stratum basale worden eigenlijk de bovenste lagen gemaakt. Die lagen komen dus langzaam omhoog doordat andere lagen steeds afslijten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoezo bestaat de huid eigenlijk uit 7 lagen?

A
  • Opperhuid= epidermis –> 5 lagen
  • Lederhuid= dermis/ cutis
  • Onderhuidse laag= hypodermis/ subcutis

(een subcutane injectie is een injectie die in de onderhuidse laag moet worden gedaan)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar bestaat de epidermis uit (opperhuid)?

Lagen: van onder naar boven, of van boven naar onder

A

Onder naar boven:
- Stratum basale= kiemlaag; onderste laag de de cellen aanmaakt. Er vindt veel celdeling plaats waardoor die laag langzaam omhoog groeit, uiteindelijk worden het dode cellen die afschilferen.
- Stratum spinosum (‘’ sponsachtige laag’’)
- Stratum granulosum (‘’ kleine korreltjes, die keratine aanmaken’’)
- Stratum lucidum (‘’ doorschijnende laag, die op verschillende plekken dik of dun is (functie) ‘’)
- Stratum corneum= hoornlaag ; hier geven de cellen een beetje hoorn af waardoor het afstotend en waterdicht wordt. (‘’ dit zijn afgestorven cellen met keratine, die de huid waterdicht maken, bepaalde stoffen afstoten en voor bescherming zorgen. Deze cellen slijten af’’)

Californinans like girls (in) string bikinis

Corneum, lucidum, granulosum, spinosum, basale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn epidermiskammen? en dermale pupillen en bij welke laag hoort het?

A

Epidermiskammen= de dermis volgt een soort richeltjes, stratum basale vormt een soort golfbeweginkjes waarin de dermis valt.
Kamvorm erfelijk bepaald.

Dermale papillen=uitstulpingen van de huid die tussen de aangrenzende kammen omhoogsteken

Dankzij de combinatie van kammen en papillen wordt het contactopperblak tussen de 2 gebieden vergroot –> sterkere verbinden tussen deze lagen en vergroot oppervlak voor difussie.

(Zie nieuwe plaatje in document online)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke laag bevat kiemcellen en melanocyten

A

Stratum basale: kiemlaag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe verplaatsen de rest van de epidermiscellen zich?

A

laag voor laag omhoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke cellen maken keratine?
Wat zijn kenmerken van keratine?

A

Keratinocyten in stratum granulosum (korreltjes)

  • Het is een vezeleiwit
  • Het is slijtvast
  • Het is waterbestendig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar ligt het basaalmembraan?

A

onder het stratum basale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de hoornlaag?

A

Dode verhoornde dekweefselcellen die vol met keratine zitten.

’’ Aanmaak tot afschilveren bepaalde cellen duurt 2 tot 4 weken’’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe zijn de cellen van de dode verhoornde dekweefselcellen verbonden?

A

Door middel van desmosomen: verbindingen die cellen dicht bij elkaar houden met behulp van keratine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat maakt melanine?

Wat zijn sproeten?

A

Melanocyten (= pigment makende cellen onder invloed van een hormoon). Melanocyten absorberen UV-licht.

De activiteit van melanocyten is afhankelijk van de zon.

Sproeten= plaatsen waar veel melanocyten zitten, hierdoor wordt daardoor veel melanine geproduceerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar liggen melanocyten?

A

Onderin het epidermis in de stratum basale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waar worden keratinocyten gemaakt?

Waar wordt keratine gemaakt?

A

In stratum basale (gemaakt)

In stratum granulosum (hier maakt een keratonocyt keratine)

’’ Keratinocyten bewegen langzaam omhoog’’

17
Q

Wat is albinisme?

A

geen aanmaak van pigment

18
Q

De doorbloeding wordt gedaan door de huid: vasoconstrictie
Wat is vasoconstrictie en vasodilatatie?

A

Vasoconstrictie: Door je zenuwstelsel worden de bloedvaten dichtgetrokken, waardoor de niet essentiele-organen minder bloed krijgen

Vasodilatatie: door je zenuwstelsels worden bloedvaten opgengetrokken.

19
Q

Wat is de dermis?

A

De daadwerkelijke huid

20
Q

Wat bevat de dermis= cutis= lederhuid?

A

Is de dikste huidlaag

haarfollikels, zweetklieren, bloedvaten en zenuwvezels
De dermis bevat lymfevaten
‘’ epidermis niet doorbloed’’

In de dermis regelen zenuwen klieren, bloedvaten en zintuigen

(talgklier)

21
Q

Waar hebben de woorden dikke en dunne huid betrekking op?

A

Dikke huid bestaat uit 5 cellagen epidermis en dunne huid 4 cellagen epidermis.

Dus alleen betrekking tot dikte epidermis en niet hele huid.

22
Q

Wat is het hypodermis?

en waar bestaat het uit?

A

losmazig bindweefsel met vetcellen
- Minder duidelijke grens tussen dermis en hypodermis. Dan dermis en epidermis.
- Verbindt dermis met onderliggende structuren
- De hypodermis (het vetweefsel) zorgt voor energiereserve, isolatie, schokbreker en bevat bloedvaten

'’Bevat ook zenuwvezels’’

22
Q

Wat is het hypodermis?

A

losmazig bindweefsel met vetcellen
- Minder duidelijke grens tussen dermis en hypodermis. Dan dermis en epidermis.
- Verbindt dermis met onderliggende structuren
- De hypodermis (het vetweefsel) zorgt voor energiereserve, isolatie, schokbreker en bevat bloedvaten

23
Q

Wat doen talgklieren?

A

Deze scheiden talg (olie) af in haarfollikel door contractie van de haarspier
Talg smeert de huid (huid blijft soepel) en remt bacteriegroei
Gevoelig voor geslachtshormonen.

liggen in lederhuid.

24
Q

Wat is acne?

A

een overmatige productie van talg waardoor je bacteriehroei en ontsteking kan krijgen. Dan krijg je een ophoping van pus en dode witte bloedcellen.

25
Q

Wat gebeurt er door zweten en wat is de functie ervan?

Stukje zweetklieren

A

Door zweten: water en zoutverlies

Zweet heeft als functie om je huid af te koelen, dit komt met name door verdamping

Er worden ook feromonen afgegeven

Zweetklieren liggen in dermis (ook talgklieren en bloedvaatjes)

26
Q

Wat zijn feromonen?

A

een soort hormonen die aan de lucht worden afgegeven in plaats van aan het lichaam.

Deze geven we af in seksuele en sociale communicatie. Dit doen bepaalde klieren in onze oksels, genetalien regio’s en navels scheiden een doorzichtige vloeistof af die feromonen bevatten’

27
Q

Wat is de functie van haar?

A

die is afhankelijk van de plaats: oog, hoofd, huid
Haarspier trekt samen bij emotie, kou
Kleur door pigmentverschil (melanine)

28
Q

Wat is de functie van nagels?

A
  • Stevigheid vingers en vervorming tegengaan
  • Krabben, pulken (jagers/ verzamelaars)
29
Q

Hoe werkt het proces van het herstel van verwonding?
(zie plaatje in samenvat)

A
  • Op de plaats van de verwoninding treedt onmiddelijk een bloeding op en mestcellen in de omgeving breken een ontstekingsreactie te weeg.
  • Na enkele uren heeft zich een korst gevirmd en migreren de cellen van het stratum basale langs de wondranden. Fagocyterende cellen verwijderen celresten en door de toegenomen bloedtoever naar de wond worden meer fagocyten aangevoerd. Het gebied wordt geisoleerd door stolling rond de randen van het beschadigde gebied.
  • Ongeveer een week na de verwonding is de kort ondermijnd door opperhuidscellen die zich verplaatsen naar de bovenkant van het netwerk dat door de activiteiten van fibroblasten is gevormd. De fagocytose rond die plaats is bijna ten einde en het fibrinestolsel valt uiteen.
    -Na enkele weken is het kortje afgestoten/ afgesloten en is de opperhuid weer compleet. Een kleine indeuking markeert de gewonde plaatd. Fibroblasten in de lederhuid blijven littekenweesel vormen waardoor de bovenliggende opperhuid maar boven wordt verplaatst.
30
Q

Afhankelijk van diepte van de verbranding hebben we een andere benaming

wat zijn de verschillende soorten verbrandingen?

A

Eerstegraads –> huid niet stuk, rood, pijn (doordat het zenuwuiteinden aantast)
Tweedegraads –> huid tot lederhuid beschadigd, nat (vochtige cellen), blaren, pijn (je zit in de laag waar de zenuwuiteinden zitten)
Derdegraads–> schade tot onderhuids bindweefsel, zenuwen aangetast —> hierdoor nauwelijks pijn

31
Q

Wat is van invloed op veroudering van de huid?

A
  • leefstijl
  • UV-straling (straling beschadigd huid en uitendleijk kan het dna en je cellen niet meer herstellen. waardoor je snelle veroudering krijgt)
  • Elasticiteit en herstel (des te jonger des te elastischer en des te makkelijker het kan herstellen)