Moeilijke begrippen Flashcards
(10 cards)
Emotie-gerelateerde ontwikkelingsstoornissen
- onset op latere leeftijd
- meer meisjes dan jongens
Voldoende, noodzakelijke en bijdragende factoren
Voldoende: altijd tot een stoornis
Noodzakelijk: nodig voor stoornis, maar niet genoeg op zich zelf
Bijdragend: voegen kans toe tot stoornis
levensgebeurtenissen Bronfenbrenner
Levensgebeurtenissen behoren tot het chronosysteem
4 elementen van cognitieve gedragstherapie bij angststoornissen
- cognitieve herstructurering
- exposure
- adequate copings strategieën
- psycho-educatie
Seculaire trend op de prevalentie van gedragsstoornissen
Ouders positioneren zich vandaag minder als gezag figuur en gaan gelijke positie met het kind staan, waardoor ook leerkrachten op school hun gezagspositie verliezen
Behavioristen en psycho analytici
Behaviorist: kijk naar omgevingsfactoren die gedrag beïnvloeden
Psycho-analyt: beschrijven vooral onbewuste processen
Vrees en angst
Vrees: betrekking op een reële dreiging
Angst: irreële dreiging
erfelijkheid en Vb
Erfelijkheid ligt niet grotensdeels als basis
- lood in de grond heeft invloed op ontwikkeling van vb
Soorten continuïteit
Contemporary: gedrag is consistent over tijd
Cumulatief: gedrag stapelt op
Homotypisch: gedrag blijft hetzelfde
Heterotypisch: verschillende uitingen van gedrag
Dysthymie en cyclothymie
Dysthymie: chronische milde depressie
Cyclothymie: milde bipolaire II stoornis –>