NE mythen Flashcards

(38 cards)

1
Q

oidipuscomplex/oedipuscomplex

A

Seksuele interesse van een zoon in zijn moeder, waarbij hij ook een rivaliserende haat heeft
tegen de vader.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

een odyssee

A

Een lange reis of heel groot werk met moeilijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

een twistappel

A

Geschilpunt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

het vat van de Danaïden vullen

A

Nooit klaar geraken met een opdracht. Een onmogelijke opdracht vervullen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

als een furie tekeer gaan:

A

in razende woede tekeer gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

narcisme/narcist

A

Iemand met een grote interesse in zichzelf (schoonheid, persoonlijkheid,…)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

een echt bacchanaal:

A

Een drinkgelag, drinkpartij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

orakeltaal spreken:

A

een voorspelling doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Sirenegezang

A

lokroep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de draad van Ariadne:

A

Middel om klaarheid te scheppen in een ingewikkelde zaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

achilleshiel

A

pijnpunt/ zwakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

atlas

A

Draagt het hemelgewelf op zijn schouders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

titanenwerk/titanenstrijd

A

groot gevecht of hevige ruzie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

een cassandravoorspelling:

A

een voorspelling die niemand gelooft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

sysifusarbeid

A

Een zware klus zonder resultaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de augiasstal reinigen:

A

Een heel rommelige zaak aanpakken.

17
Q

het Trojaanse paard binnenhalen

A

Door een onzorgvuldigheid de vijand/ een probleem op de nek halen.

18
Q

een pyrrusoverwinning:

A

Een overwinning die zo veel moeite heeft gekost dat ze enkel moreel als overwinning kan
worden beschouwd.

19
Q

een muze, iemands muze zijn

A

iemands inspiratiebron zijn

20
Q

een mecenas

A

een geldschieter voor kunstenaars

21
Q

Elektracomplex:

A

Tegenhanger van oedipuscomplex waarbij de dochter een liefde voor de vader ontwikkelt en
de moeder als rivaal beschouwt

22
Q

europa

A

Prinses op wie de oppergod Zeus zijn wellustig oog liet vallen + continent

23
Q

Een wet van Meden en Perzen:

A

Een wet waar niet van mag worden afgeweken.

24
Q

een panische schrik hebben

A

zeer grote angst hebben

25
tantaluskwelling
Een kwelling waarbij iets bijna binnen bereik is, maar net niet zal bereikt worden.
26
hectisch:
koortsachtig, gejaagd, druk
27
heroïsch
heldhaftig
28
arena
strijdperk
29
Iets met argusogen bekijken
iets wantrouwend bekijken, iets goed in de gaten houden
30
Het zwaard van Damocles
Alles verloopt voorlopig goed, maar er dreigt wel onheil.
31
De gordiaanse knoop doorhakken.
Een beslissing forceren, een probleem oplossen
32
In het stof bijten.
Verliezen na verweer of een strijd
33
De doos van Pandora openen
Zorgen voor onheil / problemen
34
triviaal
plat / alledaags / onbenullig
35
herculesarbeid
Een gigantisch karwei verrichten dat bijna onmogelijk is
36
de zwanenzang
Laatste werk of indruk die wordt achtergelaten vooraleer iemand verdwijnt/sterft.
37
een stentor / stentorstem
Een zeer luide stem hebben.
38