Neurocognitieve stoornis Flashcards

(19 cards)

1
Q

Wat zijn neurocognitieve stoornissen?

A

Een groep van verschillende soorten stoornissen die vaak samengaan met lichamelijke ziekten en veroudering, zoals dementie, delirium, of stoornissen t.g.v. HIV, Parkinson, prionziekte…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kenmerken van (acuut) delirium

A
  • Kortdurend
  • Volledig omkeerbaar
  • Verwarheidstoestand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is acuut delirium?

A

Het gevolg van een lichamelijke ziekte, behandeling, intoxicatie of onthouding van een middel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn hoofdsymptomen van delirium?

A
  1. Bewustzijnsstoornis
  2. Belevingen wisselen zich snel af + samenhang in densen gaat verloren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is er verwardheid?

A

Na periode van vermoeidheid of uitputtting gevolgd door langdurige diepe slaap, snel over.  

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Risicogroepen

A

Ernstig zieke ouderen
Gehoor- of gezichtsproblemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Oorzaken van delirium

A

Verstoring van de neurtransmissie : cholinerg en dopaminerg systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Behandeling delirium

A

Aanpakken van lichamelijke oorzaken (koorts, pijn, dehydratie…)

Medicatie: kalmeermiddelen, antipsychotica (bv. haloperidol, risperidone)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Preventie van delirium

A

Privacy, oriëntatie behouden, vermijden van sociaal isolement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de meest voorkomende psychiatrische ziekte op oudere leeftijd?

A

Dementie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de vormen van dementie?

A

Alzheimer (meest bekend)

Vasculaire dementie

Lewy body dementie

Frontotemporale dementie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de twee groepen van symptomen bij dementie?

A
  1. Geheugenstoornissen/ amnesie
  2. Aantasting van hogere corticale functies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een geheugenstoornis/ amnesie?

A

= Geleidelijk neemt het vermogen af om nieuwe dingen aan te leren
* Eerst korte-, dan langetermijngeheugen
* Namen, afspraken, doelen vergeten
* Later: gezichten herkennen maar niet plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de aantasting van hogere corticale functies?

A

Taalproblemen (woordvindingsmoeilijkheden)

Verminderd beoordelingsvermogen

Problemen met handelingen (bv. aankleden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de gedragsveranderingen van dementie?

A

Gebrek aan tact, zelfzorg, sociale vaardigheden

Soms paranoïde of depressieve beelden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Etiologie van dementie

A

Genetische mutaties (chromosoom 21, 14, 1)

Afzetting amyloïd-eiwit: plaques en tangles

Verlies van neuronen

Tekort aan neurotransmitters: acetylcholine, GABA, serotonine, noradrenaline

17
Q

Behandeling dementie

A

Mediactie :
* Cholinesterase-remmers (vertragen afbraak acetylcholine)
* Memantine
* Antipsychotica bij gedragsproblemen
* Antidepressiva bij depressie

18
Q

Wat is de rol van ondersteunende/psychosociale zorg bij dementie?

A

Het bieden van een warme en aangepaste omgeving, activering en zintuiglijke stimulatie