PR01: Parasitologie; indeling, morfologie en algemene levenscycli Flashcards

1
Q

Hoe worden endoparasieten ingedeeld?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe worden ectoparasieten ingedeeld?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een indirecte levenscyclus van endoparasieten?

A

In een indirecte levenscyclus moet de parasiet een deel van de levenscyclus doormaken in een zogenaamde tussengastheer.
In de tussengastheer vindt wel ontwikkeling plaats naar een volgend stadium, maar wordt de parasiet nooit volwassen. Dat kan alleen in een gastheer die we bij een indirecte cyclus eindgastheer noemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een directe levenscyclus van endoparasieten?

A

In een directe levenscyclus komt geen tussengastheer voor.
Er kunnen wel andere typen gastheren, naast de eindgastheer, in de cyclus voorkomen. Deze gastheren zijn alleen niet noodzakelijk voor de levenscyclus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen horizontale en verticale verspreiding (transmissie) van infectie?

A

Verticale verspreiding is van moeder op nakomeling via placenta of melk.
Horizontale verspreiding is al het andere.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de patente periode?

A

De periode waarin eieren, larven, of (öo)cysten (d.i. de nieuwe generatie) kunnen worden gevonden in feces of bloed van de gastheer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de prepatente periode (PPP)?

A

De tijd tussen geïnfecteerd raken als gastheer en het eerste moment dat eieren, larven of (öo)cysten (d.i. de nieuwe generatie) kunnen worden gevonden in bloed of feces van de gastheer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de definitie van een vector?

A

Een insect, teek of ander organisme dat actief een ziekte-veroorzakend organisme draagt en verspreidt van de ene naar de andere gastheer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een tussengastheer (TGH)?

A

Een noodzakelijke gastheer in de levenscyclus van de parasiet, waarin alleen onvolwassen stadia ontwikkelen. In deze gastheer kan wel ongeslachtelijk vermeerdering plaatsvinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het infectieuze stadium?

A

Het stadium waarin de parasiet de gastheer kan infecteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de incubatieperiode?

A

De periode tussen geïnfecteerd worden van de gastheer en het verschijnen van de eerste symptomen van ziekte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een paratenische gastheer (PGH)?

A

Een toevallige gastheer, die niet noodzakelijk is in de levenscyclus van de parasiet, waarin onvolwassen stadia voorkomen die niet ontwikkelen tot volwassen parasieten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Een directe levenscyclus is een levenscyclus waarin:

A

Geen tussengastheer aanwezig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Als we een diersoort tussengastheer noemen in de levenscyclus van een parasiet, betekent dit dat die diersoort:

A

Noodzakelijk is voor het rondkomen van de levenscyclus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke periodes kun je op deze tijdlijn invullen?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke consequentie voor de diagnostiek heeft het als de incubatietijd korter is dan de prepatent periode?

A

Het dier vertoont ziekteverschijnselen zonder de parasitaire infectie te kunnen diagnosticeren aan de hand van (öo)cysten, eieren of larven in feces of bloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Noem een aantal voorbeelden van nematoden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke doorsnede past bij nematoden?

A

Ronde doorsnede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is inhibitie bij nematoden?

A

Het in rust gaan van de larven in weefsel(s)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is een vrijlevende stadia parasiet?

A

De eieren en L1 t/m L3 stadia die (deels) buiten de gastheer ontwikkelen en aanwezig zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is bursa copulatrix?

A

Onderdeel van het caudale deel van mannelijke nematoden met bursa om vrouwelijke worm vast te houden tijdens copulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn vrijlevende nematoden?

A

Niet dier-parasitaire nematoden, te herkennen aan rhabditiforme oesophagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is een strongylus type ei?

A

Enkele soorten nematoden met bursa produceren morfologisch op elkaar lijkende eieren. Hierdoor zijn deze niet te onderscheiden van elkaar. Onderscheid tussen de soorten kan pas vanaf het L3 stadium worden gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is het verschil tussen deze eieren van nematoden?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat gebeurt er bij 1 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Volwassen wormen reproduceren en de vrouwtjes leggen eieren die als ei of als L1 met de feces worden uitgescheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat gebeurt er bij 2 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

In de omgeving ontwikkelen die eieren of L1 larven uiteindelijk tot een vrij-levende infectieuze larve, L3.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat gebeurt er bij 3 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Opname door de gastheer van L3 leidt tot een nieuwe infectie of herinfectie. Na opname vervellen de L3 tot L4.

27
Q

Wat gebeurt er bij 4 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Na vervelling van L4 ontstaan de volwassen wormen.

28
Q

Wat is het verschil tussen nematoden met en zonder bursa?

A

Het naamgevende verschil tussen beide groepen van rondwormen is het feit dat de volwassen mannetjes van de nematoden met bursa aan hun achtereind een zogenaamde bursa copulatrix hebben in tegenstelling tot de nematoden zonder bursa. Dit is een morfologisch verschil.

29
Q
A
30
Q

Wat is de functie van een spicula?

A

Als hulpmiddel om het vrouwtje te fixeren

31
Q

Wat wordt er bedoeld met kleine en grote strongyliden?

A

Met kleine strongyliden worden de cyathostominae bedoeld en met de grote strongyliden strongylus.

32
Q

Wat zijn de belangrijkste strongyliden bij paarden?

A

De belangrijkste grote strongyliden bij het paard zijn strongylus vulgaris, strongylus edentatus en strongylus equinus.
Cyathostomen zorgen, mede door de hoge prevalentie, voor de meeste klachten bij paarden in Nederland.

33
Q

Welke eieren worden door de Cyathostominae geproduceerd?
En welke door de grote strongyliden?

A

In beide gevallen worden strongylus-type eieren gemaakt. Er is op basis van de morfologie van eieren geen onderscheid te maken tussen de grote en kleine strongyliden bij het paard.

34
Q

Hoe kun je de 3 belangrijkste grote strongyliden onderscheiden?

A

Ze zijn te onderscheiden als adult aan de inhoud van de mondholte. Zo heeft S. equinus 4 tanden, S. edentatus er geen, en S. vulgaris 2 tanden.

35
Q

Wat is wintercyathostominose?

A

Het is een bekende aandoening onder jonge paarden, die in de winter zorgt voor klinische verschijnselen als gevolg van infectie met kleine strongyliden. De larvale stadia gaan voor de winter in inhibitie.
Na de winter worden deze larven actief en treden uit de (sub)mucosa van de darm. Bij een hoge infectiedruk in het paard leidt deze uittreding tot ernstige schade aan de darmwand. Dit leidt tot verschijnselen als koliek, diarree, en vermagering.

36
Q

Hoe kun je kleine strongyliden herkennen van grote strongyliden?

A

Aan het mondkapsel. Het mondkapsel van kleine strongyliden zijn namelijk cilindrisch van vorm en er zijn geen tanden aanwezig.

37
Q
A

In de winter is de sterfte onder de larven beperkt. Als het koud is blijven ze langer in leven. In het voorjaar bij stijgende temperatuur ontstaat massale sterfte omdat de larven niks kunnen opeten uit de omgeving en dus interen op hun eigen reserves.
Eventuele eieren die dan al op het land komen kunnen nog niet ontwikkelen, want daarvoor is het toch nog steeds te koud.

38
Q
A
39
Q

Wat gebeurt er bij 1 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Volwassen wormen reproduceren en de vrouwtjes legen eieren die als ei met de feces worden uitgescheiden

40
Q

Wat gebeurt er bij 2 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

In het ei ontwikkelt de larve uit de zygoot waarna L1 larven uiteindelijk L3 larven worden gevormd. Deze blijven in het ei aanwezig.

41
Q

Wat gebeurt er bij 3 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Opname door de gastheer van een L3 in het ei leidt tot een nieuwe infectie of een herinfectie. Na opname vervellen de L3 tot L4.

42
Q

Wat gebeurt er bij 4 bij de basiscyclus van nematoden zonder bursa?

A

Na de vervelling van L4 ontstaan de volwassen wormen.

43
Q

Welke bekende verschijnselen zijn passend bij een spoelworminfectie?

A
  • Hoesten
  • Obstipatie
  • Vermagering
  • Lusteloosheid
44
Q
A
45
Q

Pups worden veelal op 2 weken leeftijd voor het eerst ontwormd. Als je naar de infectieroutes kijkt, kan je dit verklaren?

A

Pups kunnen intra-uterien al besmet worden met de spoelworm. Hierdoor is ontwormen op deze leeftijd gewenst.
Op twee weken leeftijd is de prepatente periode voor een intra-uteriene infectie bijna verlopen.

46
Q

Bij welke van deze vier infectie/migratieroutes kan een nieuw individu geïnfecteerd raken?

A

Intra-uterien en lactogeen infectieroutes.

47
Q

Welk van de vier infectie/migratieroutes leidt niet tot een patente infectie?

A

Somatisch
Bij somatische migratieroute kan er geen patente infectie ontstaan omdat de larve migreert naar lichaamsweefsel en daar in rust gaat. Dit leidt niet tot eierproductie.

48
Q

Hoe noemen we de functie van de muis in de onderstaande afbeelding?

A

Paratenische gastheer

49
Q

Toxocara cati is eveneens een spoelworm maar 1 waarvan de kat(achtige) de eindgastheer is. Is het noodzakelijk om kittens net zo vroeg in hun leven te ontwormen als pups?

A

Kittens worden doorgaans op 3 weken leeftijd voor het eerst ontwormd. Dat is later dan bij pups. Dit heeft ermee te maken dat Toxocara cati niet intra-uterien wordt overgedragen aan de kittens. Overdracht kan wel via de melk plaatsvinden.

50
Q
A

Het aantal eieren neemt toe. Spoelwormeieren zijn zeer goed bestand tegen allerlei omgevingsfactoren en kunnen vele jaren goed blijven. De eerste maanden zal het aantal dus alleen maar toenemen omdat de hond alle dagen nieuwe eieren uitpoept.

51
Q
A

Er komen geen nieuwe eieren bij in de omgeving en na jaren zullen er steeds minder eieren in de omgeving overblijven.
Door opruimen van de poep met de eieren komt er niks meer bij. Ook spoelwormen hebben geen oneindig leven, dus na een verloop van tijd zal het aantal eieren in de omgeving dalen.
Paratenische gastheren zijn wel besmet, maar scheiden geen spoelwormen uit met hun feces.

52
Q
A

Zowel andere honden als de mens, voor beiden geldt een infectiegevaar.
Maar, het beleid om mensen te stimuleren hondenpoep om deze reden op te ruimen, wordt vooral ingegeven door het mogelijk zoonotisch risico voor de mens. De meeste volwassen honden worden niet ziek van een herinfectie via opnemen van infectieuze eieren uit de omgeving.

53
Q

Wat zijn de maagdarmwormen van het paard?

A

Strongyliden

54
Q

Kun je bij strongyliden eieren zien of het eieren van de kleine of grote strongyliden zijn? Zo ja, hoe dan? En zo nee, hoe kun je wel onderscheid maken tussen infectie met kleine en grote strongyliden?

A

Nee dat kun je niet zien bij de eieren, dat kan alleen bij volwassenen. Je kunt dan het verschil zien aan de mondholte.

55
Q

Wat zijn de kenmerken die L3’s van nematoden met bursa van vrij-levende nematoden onderscheiden?

A

Vrij-levende nematoden hebben een rhabditiforme oesophagus, terwijl L3’s van nematoden met bursa een filariforme oesophagus hebben.

56
Q

Wat gebeurt er bij punten 1 t/m 6?

A

1: De larven zijn geïnhibeerd in de winter en worden weer actief in januari.
2: Versterkte reactie door heropname van de eieren en afgifte.
3: Paarden gaan op stal en poepen dus minder eieren uit op de wei, waardoor de hoeveelheid eieren daalt.
4: De larven zijn geïnhibeerd in de winter en gebruiken weinig voedingsstoffen waardoor ze hebben kunnen overleven.
5: Afname in L3’s doordat ze afsterven. Ze moeten nu hun voedselreserve gebruiken om te overleven en die is een keer op.
6: Stijgt weer door herinfectie; er komen steeds meer eieren en dus ook meer L3’s

57
Q

Waarom zijn hogere temperaturen (zomer) minder gunstig voor overleving van infectieuze larven dan lagere temperaturen (winter)?

A

Omdat bij hogere temperaturen de infectieuze larven meer van hun eigen voedselreserves moeten gebruiken en er een hogere kans is om af te sterven.

58
Q

Door welke worm en welk stadium wordt dit veroorzaakt?

A

Door het larvale stadium van S. vulgaris

59
Q

Wat is het verschil tussen mannelijke en vrouwelijke spoelwormen?

A

Mannelijke spoelwormen is een korte en dunne worm, terwijl vrouwelijke spoelwormen een lange en brede worm is.

60
Q

Op welke 4 manieren kan een hond geïnfecteerd raken met Toxocara canis?

A
61
Q

Hoe ziet de levenscyclus van Toxocara spp. er uit?

A
62
Q

Hoe ziet de levenscyclus van Parascaris equorum er uit?

A
63
Q

Hoe ziet de levenscyclus van Ascaris suum er uit?

A
64
Q

Hoe ziet de levenscyclus van Heterakis er uit?

A
65
Q

Hoe ziet de levenscyclus van anisakis simplex er uit?

A