WC13 - Vaccin-gastheer interactie Flashcards
1) Immunisatie met dood/subunit vaccin waarbij titers steeds hoger worden door meerdere boosters
2) Infectie/immunisatie met levend verzwakt vaccin
3) opname maternale antilichamen
Benoem twee eisen waar een goed vaccin aan dient te voldoen. Geef per eis een of enkele voorbeelden van het falen van vaccinaties in de productie.
Veiligheid en werkzaamheid
Geef per eis een of enkele voorbeelden van het falen van vaccinaties in de productie
Hoe ziet de ontwikkeling van een vaccin ontwikkeling er uit?
Hoe wordt de werkzaamheid van een vaccin getest?
Benoem redenen voor het falen van vaccinaties in de praktijk, en maak onderscheid tussen het dier, de entstof en de dierenarts.
Wat is een adjuvans?
Stof die toegevoegd wordt om het vaccin te versterken (vooral bij dode vaccins) om de immuunrespons te verhogen.
Wat is het doel van een adjuvans?
Het verhogen van de immunogeniciteit van geïnactiveerde virussen of bacteriën.
Levend verzwakte vaccins hebben geen adjuvans nodig vanwege vermeerdering in de gastheer.
Wat zijn voordelen van een adjuvans?
i) Versterken en verlengen van de immuunrespons na vaccinatie (o.a. depotvorming)
ii) Verminderen van de hoeveelheid antigeen nodig voor een effectieve immunisatie
iii) Stimuleren van cellulaire immuunrespons
Geef enkele voor- en nadelen voor het gebruik van dit type vaccin (vector vaccin)