15. Docent: dr. Claerhout Flashcards

(164 cards)

1
Q

Wat is het doel van prenatale zorg?

A
  • Opvolging van ZS tot de geboorte van een gezond kind en preventie van problemen bij de moeder
  • Prenatale diagnose van problemen
  • Screening congenitale afwijkingen
  • Prenatale therapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bij welke zorgverleners vinden prenatale consultaties plaats?

A
  • Vroedvrouw
  • Gynaecoloog
  • Huisarts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de 4 grote pijlers van prenatale follow-up?

A
  • Anamnese
  • klinisch onderzoek
  • labo
  • echo
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke standaardconsulten staan er doorheen de zws gepland?

A
  • 6-7w
  • 11-14w
  • 16-17w
  • 20-21w
  • 24w
  • 27w
  • 30w
  • 33w
  • 36w
  • 38w
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek het prenataal consult aan 6-7w

A
  1. Echo: diagnose zws
  2. Labo
  3. Anamnese
  4. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bespreek het prenataal consult aan 11-14w

A
  1. Echo: 1ste trim
  2. Labo NIPT
  3. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bespreek het prenataal consult aan 16-17w

A

Klinisch onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bespreek het prenataal consult aan 20-21w

A
  1. Structurele echo
  2. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bespreek het prenataal consult aan 24w

A

Klinisch onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bespreek het prenataal consult aan 27w

A
  1. Labo: screening GDM
  2. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bespreek het prenataal consult aan 30w

A
  1. Groeiecho
  2. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bespreek het prenataal consult aan 33w

A
  1. Labo: screening maternele problemen
  2. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bespreek het prenataal consult aan 36w

A
  1. GBS screening
  2. Klinisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bespreek het prenataal consult aan 38w

A

Klinisch onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn algemene risicofactoren voor een risicozwangerschap?

A
  • Oudere leeftijd
  • Late prenatale zorg
  • Sociale problematiek
  • Cosanguiniteit
  • Familiale of persoonlijke VG van afwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn medische risicofactoren voor een risicozwangerschap?

A

Diabetes → ZS-Diabetes

Hypertensie → ZS-Hypertensie en preclampsie

Stollingsstoornis → trombo-embolie

Epilepsie → Neurale buisdefecten en schizisproblematiek

Infecties → seroconversie toxo, CMV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn obstetrische risicofactoren voor een risicozwangerschap?

A
  • preclampsie
  • dreigende vroeggeboorte, Cx insufficiëntie
  • Bloedingen
  • IUGR
  • Hyperemesis
  • Rh immunisatie
  • Meerlingzwangerschappen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat houdt prenatale diagnose in?

A

= opsporen van afwijkingen of problemen bij het ongeboren kind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hoeveel afwijkingen zien we? Ernstig/klein?

A

2-3% ernstig
15% klein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Welke oorzaken kunnen aangeboren afwijkingen hebben? Hoeveel %?

A
  • Genetisch 15-25%
  • Externe invloed 8-12%
  • Multifactorieel 20-25%
  • Onbekend 40-60%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Geef enkele voorbeelden van genetische afwijkingen

A
  • aneuploidieën
  • Mitochondriaal
  • Mozaïcisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Welke externe invloeden kunnen voor aangeboren afwijkingen zorgen?

A
  • Medicatie
  • Alcohol
  • Drugs
  • DM
  • Straling
  • Infecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Geef een voorbeeld van multifactoriële oorzaak van afwijkingen.

A

Omgevingsfactoren met genetische voorbeschiktheid → NBD, schisis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn de voordelen van afwijkingen opsporen voor de geboorte?

A
  • Geruststelling bij normale bevindingen
  • Afbreking mogelijk
  • Behandeling mogelijk
  • Opstellen antenataal beleid
  • Voorkomen latere problemen
  • Mentale voorbereiding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat zijn screeningstesten?
Risico-inschattende testen voor een bepaalde aandoening. Worden aan ALLE zwangeren aangeboden
26
Wat is het doel van de screeningstesten?
Uit een ganse groep van zwangeren een kleine **risicogroep te selecteren** met een **verhoogd risico** op een specifiek probleem.
27
Geef enkele voorbeelden van screeningstesten
- GCT - NIPT - NT-meting
28
Wat zijn de kenmerken van een ideale screeningstest?
* Veilig * Kosten-baten efficient * Hoge detectieratio * Lage vals-positieve ratio * Betrouwbaar en reproduceerbaar * Vroeg in de zwangerschap * Mogelijkheid tot interventie
29
Hoe noem je het feit dat elke zwangere een risico heeft op een chromosomale afwijking bij haar kind?
**A priori** risico of **background** risk
30
Wat is aneuploïdie?
Aneuploïdie is de **aanwezigheid van een chromosoomaantal dat afwijkt** van het eenvoudige veelvoud van het basischromosoomaantal
31
Hoe is een normale cel chromosomaal samengesteld?
22x2 autosomen 2 geslachtschromosomen → 46
32
Wat is een trisomie? Geef de drie bekendste.
1 chromosoom extra: **T21**: syndroom van **Down** **T18**: Syndroom van **Edwards** **T13**: Syndroom van **Pateau**
33
Wat is een monosomie? Geef een voorbeeld
1 chromosoom minder: **45X**: monosomie X: Syndroom van **Turner**
34
Wat is een triploïdie?
69 chromosomen materneel/paterneel niet ontdubbeld
35
Hoe screenen we op aneuploïdie?
NIPT
36
Welke diagnostische testen bestaan er?
* Vruchtwaterpunctie/VWP * Vlokkentest/CVS/chorionvillus biopsie * NIPT test * Navelstrengpunctie/cordocentese * Foetale biopsie
37
Hoeveel % van de zwangerschappen ondergaan een amniocentese?
2%
38
Bespreek de techniek van een amniocentese
- Spinale naald tot in vruchtwater om te aspireren - Echografisch zicht - Transabdominaal/transvaginaal - 15-20ml
39
Wanneer gaat de amniocentese meestal door? ## Footnote En bij meerlingen?
15-18w ## Footnote 10-13w
40
Wat kan je onderzoeken met een amniocentese?
- Genetisch onderzoek → Karyotypering - Foetale infectie → Cultuur - Chemische bepalingen → Bilirubine, ionogram
41
Hoe kan je een amniocentese ook als behandeling inzetten?
Amnio**drainage** bij polyhydramnion Amnio-**infusie** bij oligohydramnion
42
Welke complicaties zien we bij een amniocentese?
* **Infectie** door onvoldoende asepsis * **Miskraam** (0.5-1%) * **Vruchtwaterlek** 1% maar in 90% zonder verder gevolg * Maternele iso-immunisatie * Best vermijden bij Hep C, actieve Hep B en HIV omwille van transmissierisico
43
Bij een meerlingzwangerschap gaat de amniocentese vroeger door. Dit zorgt voor hoger risico op___?
* VW verlies, bloedverlies en miskraam (2.2 % binnen de 30 dagen) * Klompvoet * Congenitale heupluxatie * longproblemen
44
Wat is CVS?
Chorionvillus sampling Vlokkentest → afname van placentaweefsel
45
Waarom is het interessant om placentaweefsel te testen?
Omdat placentavlokken dezelfde embryologische oorsprong hebben als de foetus
46
Vanaf wanneer is CVS mogelijk?
11 weken
47
Bespreek de transabdominale techniek van CVS.
Naald wordt onder echogeleide doorheen de buikwand tot in de placenta gebracht. Het stilet wordt verwijderd en de vlokken worden geaspireerd (ev. 2° naald door eerste)
48
Bespreek de transcervicale techniek van CVS.
* Ofwel een flexibele **catheter** (met stilet)door de cervix tot in de placenta geschoven, stilet wordt verwijderd en vlokken worden geaspireerd * Ofwel wordt met een **biopsietang** een biopsie van de vlokken genomen
49
Welke complicaties zien we bij CVS?
- **miskraam** : 1% - **lidmaatafwijkingen** - **bloedingen** : zeldzaam na transabdominale, meer frequent na transcervicale puncties (7-10%); - **infecties** : beperkt tot 0,3%, noodzaak tot strikte asepsis - maternele iso-immunisatie
50
Hoe kunnen de resultaten van een CVS vervalst zijn?
* Maternele **contaminatie** (↑kans transcervicaal) * Placentair **mozaïcisme**
51
Welke indicaties zijn er voor CVS?
- Genetisch onderzoek - Karyotypering → vooral bij relatief hoog risico op afwijkingen
52
Waarvoor staat NIPT?
= Niet Invasieve Prenatale Test
53
Hoe werkt de NIPT?
* Bij de vorming van de placenta komen **DNA fragmenten van de placentaire cellen** terecht in de moederlijke circulatie. * Deze cellen kunnen vanuit het moederlijke plasma **geïsoleerd** worden. * Chromosomale samenstelling placentaire cellen is **identiek** aan de **chromosomensamenstelling** van de **foetale** cellen.
54
NIPT: hoeveel bloed nemen ze af?
10ml
55
Vanaf wanneer kan NIPT? Wanneer terugbetaald?
Kan vanaf **10-11 weken** Vanaf **12 weken terugbetaald** *(eigen inbreng +-8 EUR)*
56
Wat is de tijdsduur voor het verkrijgen van NIPT resultaat?
7-10 dagen
57
Wat is het percentage van NIPT resultaten na de eerste bloedname?
98 %
58
Wat is de failure rate van de NIPT test?
2 %
59
Wat is het percentage van NIPT resultaten na de tweede bloedname?
99,7 %
60
Wat betekent een normaal resultaat van de NIPT?
Geen indicatie voor T21, 18 of 13; geen verdere onderzoeken nodig
61
Wat betekent een abnormaal resultaat van de NIPT?
Sterke **indicatie** voor T21, 18 of 13; confirmatie nodig via **vruchtwaterpunctie**
62
Wat betekent een inconclusief resultaat van de NIPT?
T21, 18 of 13 kan niet worden bevestigd of uitgesloten ## Footnote → herhalen NIPT of followup met echo/VWP
63
Wat zijn contra-indicaties voor NIPT?
* Voorafgaande bloedtransfusie, stamceltherapie, immuuntherapie of transplantatie bij moeder * Echografische afwijkingen bij foetus of nekplooidikte > 3.5 mm
64
Wat is een belangrijke overweging bij tweelingzwangerschappen in relatie tot NIPT?
Identiek/niet? Vanishing twin!
65
Wat zijn de beperkingen van NIPT?
* Mosaïcisme van chromosoom 18 of 21 * Kleine afwijkingen (deleties en duplicaties) van chr. 18 en 21 * Andere chromosoomafwijking * Moleculaire monogene afwijkingen
66
Wat moet er gebeuren bij een positieve NIPT-test?
Altijd nog te bevestigen met VWP of CVS
67
Noem twee voorbeelden van moleculaire monogene afwijkingen.
* Mucoviscidose * Fragiel X
68
Geef enkele "incidental findings" van de NIPT.
* Andere foetale autosomale **aneuploidieën**: 1/500 * Foetale chromosomale “ segmental imbalance”: 1/1250 * **Maternele chromosomale** afwijkingen: 1/370 * **Maternele** presymptomatische **tumoren**: 1/5000
69
Hoeveel van de zwangerschappen zijn tweelingen?
1/100
70
Hoeveel % zijn monozygote tweelingen? En di-zygote?
1/4 monozygote 3/4 di-zygote
71
Wat is een di-zygote tweeling?
2 eicellen + 2 zaadcellen **= twee-eiïge tweeling**, genetisch verschillend, niet identiek Incidentie 1/90
72
Wat is een monozygote tweeling?
1 eicel + 1 zaadcel met splitsling van het vroege embryo **= 1-eiïge tweeling**, genetisch **identiek** Incidentie 1/250
73
Hoe kan je de zygociteit bepalen? Prenataal/postnataal.
**Prenataal**: invasieve testing: Amnioscentese, CVS **Postnataal**: DNA analyse of “fingerprinting”
74
Hoe kan je de chorioniciteit bepalen? Wat bepaalt de chorioniciteit?
Echografisch: * Het aantal placenta’s * Dikte “scheidingsvlies” * Karakteristieken rand scheidingsvlies Wanneer de eicel splitst bepaalt het
75
Wat zien we hier van chorioniciteit? Hoe ontstaat dit?
**DCDA**: di-chorionic - di-amniotic Als twee bevruchte eicellen **afzonderlijk implanteren** (100% van dizygoot) OF Als 1 bevruchte eicel **splitst voor dag 4** (33% van monozygoot) ## Footnote Elke eigen placenta!
76
Wat zien we hier van chorioniciteit? Hoe ontstaat dit?
**MCDA**: mono-chorionic - di-amniotic Als 1 bevruchte eicel **splitst tussen dag 4 en 8** (65% van monozygoten) ## Footnote Gedeelde placenta!
77
Wat zien we hier van chorioniciteit? Hoe ontstaat dit?
**MCMA**: mono-chorionic - mono-amniotic Als 1 bevruchte eicel **splitst tussen dag 8 en 13** (2% van monozygoten) ## Footnote Gedeelde placenta!
78
Wat gebeurt er als een bevruchte eicel splitst na dag 13?
Siamese tweeling
79
Wat is belangrijker bij uitkomst/opvolging van een tweelingzws? Chorioniciteit of zygociteit? Waarom?
**Chorioniciteit** Monochoriaal: veel hogere incidentie van miskraam en perinatale **sterfte** (vanwege **gedeelde placenta**)
80
Wat is selectieve foetocide? Wanneer is het te overwegen?
"Opofferen" van één foetus om kansen op een levend kind te vergroten
81
Wat als 1 lid van een monochoriale tweeling sterft?
Hoog risico voor ander lid
82
Wat is het voordeel bij monozygoten ovv invasieve testing?
Moet maar bij 1 lid want genetisch identiek
83
Hoe werkt een echotoestel?
Hoogfrequente geluidsgolven die door de weefsels gaan en worden voortgeleid en teruggekaatst ngl de aard van het weefsel waardoor ze worden gestuurd.
84
Heeft een echografie schadelijke effecten?
Voorlopig niet aangetoond
85
Waarover kan een echografie informatie geven?
- foetus - vruchtwater - placenta - baarmoederhals
86
Welk doel heeft een echografie?
- Morfologische screening - Diagnose - Evaluatie foetale groei - Evaluatie foetaal welzijn - Hulpmiddel bij puncties en therapie
87
Welke variabelen heeft een echografisch onderzoek?
* De onderzoeker * Het echotoestel * De zwangere: littekens, dikte buikwand, fibromen * Embryo of foetus: ZS-duur, aard afwijking, orgaansysteem, VW, ligging * Soort afwijking
88
Welke standaardecho's zijn er? Waarom zou je erbovenop nog extra echo's doen?
1. **Dateringsecho** 2. 3 **screeningsecho**'s (per timester) Extra op basis van verhoogd risico
89
Wat is het doel van de allereerste echo?
- ZWS bevestiging - Exacte ZWS-duur + VBD - Lokalisatie ZWS - éénling/meerling?
90
Wat kan je in week 4 zien op een echo?
- Verdikt endometrium - Corpus luteum op het ovarium - Echogene ring
91
Wat kan je in week 5 zien op een echo?
- Vruchtzak groeit 1mm/dag - Dooierzak ## Footnote Nu pas echt zichtbaar
92
Wat kan je in week 6 zien op een echo?
* Diameter vruchtzak: 16-20mm * CRL 4-9mm * Hartslag
93
Wat wordt nagezien op de 1ste trimester screeningsecho?
* **Ledematen** * **Maag**vulling en **blaas**vulling * Splitsing en symmetrie **hersenhelften** * Hygroma colli (zwelling in hals) * **NT-meting**
94
Wat is de tijdsperiode voor NT-meting?
11 weken 3 dagen tot 13 weken 6 dagen ## Footnote De CRL (Crown-Rump Length) moet tussen de 48 en 84 mm zijn.
95
Wat meet de NT-meting echografisch?
Hypo-echogene zone tussen de huid en de weke weefsels ter hoogte van de cervicale wervelzuil van de baby
96
Hoe wordt de waarde van de NT-meting beoordeeld?
De waarde wordt vergeleken met de waarden van gezonde foetussen van dezelfde grootte ## Footnote Normaal gezien gezien tussen 1 en 3 mm.
97
Wat zijn de voordelen van een NT-meting?
* Weining belastende test * Makkelijk te evalueren ahv foto’s * Geen risico’s * Vroeg in de zwangerschap uit te voeren * Ook screeningstest andere, niet chromosomale afwijkingen, vnl hartafwijkingen → selectie risicozwangerschappen
98
Wat zijn de nadelen van een NT-meting?
* Vergt basiskennis echografie * Vergt soms veel geduld (en dus tijdrovend) * Grote inter-observervariabiliteit * Ook intra-observervariabiliteit * Beïnvloed door houding baby (hoofd moet in neutrale houding) → Objectiveerbaarheid en reproduceerbaarheid ?
99
Waarmee is een verdikte NT geassocieerd?
- **Chromosomale abnormaliteiten** - Foetale sterfte - **Cardiopathie** - NBD - ...
100
Welke onderliggende pathofysiologieën zorgen voor een verdikte NT?
- Cardiale dysfunctie - Falen lymfedrainage - Foetale anemie - ...
101
Buiten de NT-meting, wat zijn andere markers voor chromosomale afwijkingen?
* Neusbeenbot * Abnormaal patroon bloedflow in de ductus venosus * Lekkende tricuspidklep * Afgeplatter profiel gelaat
102
Wat houdt de tweede trimester screeningsecho in?
- Tussen 18 en 22 weken - Systematisch scannen foetus obv doorsneden en volgen specifieke richtlijnen → 92% van de structurele afwijkingen op te sporen ## Footnote Resterende 8%: ontstaat later of niet op echo zichtbaar
103
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van het hoofd
Normale vorm cranium
104
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van het gezicht
Intacte bovenlip Mond aanwezig
105
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van de ogen
Heldere lenzen Gelijke grootte
106
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van skelet
Wervelzuil vlot gebogen? Ledematen in verhouding?
107
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van abdomen
opbouw en insertie NS
108
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van thorax
Cardiale structuren
109
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van placenta
Positie
110
Wat bekijken ze in de derde trimester screeningsecho?
* Foetale **ligging** * Foetale **groei** en evaluatie lengtegroei baby * **Placenta**localisatie * Inschatten foetaal **welzijn** en **vruchtwater**
111
Welke types van placenta previa zijn er?
112
Geef enkele "soft markers" voor chromosoomdefecten
* Kort neusbeenbot * Blijvend verdikte nekplooi * Hypoplasie middenste kootje van de pink * Korte humerus * Korte femur * Choroidplexuscyste * Echogene focus in hart (“golfbal”) * Uitzetting van de nierbekkens
113
Wat zorgt voor de beste detectie voor het kleinst aantal "gealarmeerde" ptn?
**Gecombineerde** eerste trimester screening Biochemisch + echografisch
114
Wat bedoelen we met "biometrie" als we het hebben over echografische evaluatie?
Metingen van foetale grootte
115
Tot wanneer meten we de CRL? Wat meten we erna?
13weken In 2de en 3de trimester: * BPD en **schedelomtrek** (HC) * V-A en dwarse abdominale diameter + **abdominale omtrek** ( AC) * **Femurlengte** * **Transcerebellaire** diameter * + verhoudingen bepalen
116
Hoe werken percentielen?
Bekomen waarden van biometrie vergelijken met referentiewaarden van een standaardpopulatie
117
# Groeicurves Wanneer spreken we over normale waarden?
**p10-p90** → “average for gestational age” (**AGA**)
118
# Groeicurves Wanneer spreken we over hoge waarden?
**boven p90** → “Large for gestational age” (**LGA**)
119
# Groeicurves Wanneer spreken we over lage waarden?
**onder p10** → “small for gestational age” (**SGA**)
120
Wanneer spreken we over IUGR? Welke soorten?
Bij groei die duidelijk onder de verwachtingen is Symmetrisch/asymmetrisch
121
Wat zijn mogelijke oorzaken voor SGA?
* Verkeerde bepaling zwangerschapsduur * Normale kleine foetus * Placentaire insufficientie → **Asymmetrische IUGR** * “abnormale” kleine foetus: genetische afwijking, intra-uteriene infectie → **Symmetrische IUGR**
122
Wat zijn de functies van het vruchtwater?
1. Nodig voor normale ontwikkeling van longen 1. Creëert thermostabiele omgeving 1. Beschermt foetus tegen traumata
123
Hoe wordt VW geproduceerd?
* Transport van **vocht over de membranen/foetale huid** (begin ZS) * **Urineproductie** door de foetus is na 16 weken de hoofdbron * Orale **secreties**, secreties AH stelsel
124
Hoe wordt VW resorbeerd?
* Foetale darm: foetaal **slikken** en **darmresorptie** * Transport over **amnion- en chorionmembraan**
125
Waar komt VW vandaan zeer vroeg in de ZWS?
Transsudaat van materneel plasma
126
Wat zijn normale en abnormale hoeveelheden VW?
Einde ZWS: 700-800ml = NORMAAL < 500ml = oligohydramnion >1.5l = polyhydramnion
127
Met welke methode kan je de hoeveelheid VW opmeten?
**AFI: amniotic fluid index** = de som van de diepste verticale loges in de vier kwadranten van de uterus
128
Wat is de incidentie van oligohydramnion?
1/500
129
Wat zijn mogelijke oorzaken van oligohydramnion?
* Vruchtwaterverlies ( P-PROM) * Nierafwijkingen * Lage obstructieve uropathie * Slechte placentaire functie * Infecties (TORCH)
130
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van het hoofd
Normale vormcranium
131
# Tweede trimester screeningsecho Geef een voorbeeld van screening van het gezicht
Intacte bovenlip Mond aanwezig
132
Wat is de incidentie van polyhydramnion?
1/200
133
Wat zijn mogelijke oorzaken van polyhydramnion?
- méér urineren - Verminderd slikken - slokdarmatresie/darmobstructie - Compressieve longafwijkingen - Nauwe thorax
134
Wat is het beleid bij polyhydramnion?
* Grondige echo met biometrie/ OGTT/ TORCH * Cervixlengte * Bij uitgesproken maternele last evaluerende punctie * Weten dat slokdarmatresie niet uitgesloten is.
135
Wat zijn de kenmerken van een normale NS?
- 3 bloedvaten gewindeld - Gelei van Wharton + amnion - Centrale insertie
136
Hoe noem je een NS met 2 bloedvaten? ## Footnote Prevalentie?
SUA: single umbilical artery ## Footnote 1%, vaker bij meerlingen
137
Welke risico's zijn verhoogd bij SUA?
* cardiale afwijkingen * urogenitale afwijkingen * groeirestrictie → groeiecho 30 w Dit op zich is geen indicatie tot genetisch onderzoek foetus
138
Wat is een vereiste voor normale foetale activiteit?
Goede zuurstofvoorziening van CZS
139
Wat zien we gebeuren bij zuurstoftekort?
**Progressief wegvallen van specifieke foetale “functies”** Eerst wegvallen ademhalingsproblemen ↓ Daarna wegvallen foetale bewegingen + tonus ↓ Bij langdurig probleem: redistributie bloed (cfr. Doppler) + minder urineproductie ↓ Evolutie naaar “centrale hypoxie” met weerslag op CTG.
140
Wat is BFP? ## Footnote Observatieduur?
**Biofysisch profiel** = Scoresysteem dat schatting geeft van de foetale conditie en van het risico op foetale dood door ZUURSTOFTEKORT ## Footnote 30min
141
Welke parameters maken deel uit van het BFP?
- Foetale bewegingen - Foetale AHbewegingen - Foetale tonus - VW-volume - CTG
142
Wat zijn geruststellende scores bij een BFP?
Vanaf 8/10
143
Wanneer is de score van een BFP een indicatie voor bevalling?
6/10 of minder
144
Welke infomatie krijgen we met een Doppler onderzoek?
- Bloedstroom - Anatomie hart en vaten - Werking hart - Maternele bloedvaten
145
Waarvoor dient een pulsed Doppler?
meting **bloedsnelheidsprofielen** = de snelheid waarmee het bloed beweegt doorheen een bloedvat op een specifiek meetpunt, op een specifiek moment
146
# Pulsed doppler Hoe kan je de verkregen gegeven analyseren? Kwalitatief, kwantitatief, semi-kwantitatief
Kwalitatief: bloedstroom/niet Kwantitatief: debiet, snelheid Semi-kwantitatief: weerstand in de vaten
147
Hoe werkt een kleurendoppler? Waarvoor zou je het gebruiken?
- Richting bloed gecodeerd met kleur: Rood naar sonde Blauw weg van sonde - Semi-kwantitatieve controle - Toepassingen: → opsporen vaten → onderzoek foetaal hart
148
Waarvoor gebruik je een pulsed doppler?
- IUGR door placentair lijden - Screenen voor ↑ risico op placentaire insufficientie - Opsporen foetale anemie
149
Hoe kan je de placentaire functie beoordelen met een pulsed doppler? ## Footnote Concrete toepassing?
Onderzoek arteria umbilicalis ## Footnote IUGR door placentair lijden
150
Welke twee stappen houdt een pulsed doppler onderzoek in als we het hebben over IUGR door placentair lijden?
1. Placentaire functie (art. umb) 2. Foetale orgaanfunctie en toestand (foetale art en venen)
151
Welke stadia zien we bij IUGR?
1. Brain-sparing of compensatie 2. Decompensatie 3. Heartsparing
152
# IUGR Wat houdt brainsparing in? ## Footnote Voorbeeld van een gevolg?
Compensatoire herverdeling van de bloedstroom met zuurstofvoorziening naar de “belangrijkste” organen (hersenen, hart en bijnier) ten koste van skelet, darm en nieren. ## Footnote verminderde nierdoorbloeding (→ oligohydramnion)
153
# IUGR Wat houdt decompensatie in?
Zuurstofnood in de weefsels → ontstaan hartfalen en ↑ centraal veneuze druk
154
Wat houdt heartsparing in?
= uitzetting van het hart + toename coronaire doorbloeding
155
Hoe kan je dmv een pulsed doppler screenen op placentaire insufficiënties?
De **weerstand in uteriene arteries** daalt → debiet naar placenta ↑ * **Normale** doppler uteriene arteries op 24 weken: kleine kans op ernstige vroegtijdige problemen door placentaire insufficientie * **Abnormale** doppler: verhoogde kans op IUGR, pre-eclampsie, prematuriteit
156
Hoe kan je foetale anemie gaan opsporen dmv pulsed doppler?
* Bij meten van **normale maximumsnelheid in de mid-cerebrale arterie** is ernstige anemie weinig waarschijnlijk. * Vooral van belang bij bv. Rhesus-immunisaties of parvovirusinfecties * Zekerheid dmv NS-punctie
157
Wanneer en waarom gaat men de cervixlengte meten?
- Vanaf **22w** - Grote **voorspellende** waarde naar **vroeggeboorte**
158
Hoe meet men de cervixlengte?
Vaginaal Met lege blaas
159
Wat is de cervixlengte?
afstand tussen ostium internum en ostium externum
160
Wat zie je hier?
"**Funneling**" Verkorte cervixlengte
161
Welke resultaten van cervixlengte zijn geruststellend? Vanaf wanneer niet?
* **> 35 mm**: geruststellend * **25-35 mm**: te controleren * **< 25 mm**: Hoog risico: 60% kans op partus < 32 weken
162
Hoe werkt een 3D en 4D echografie?
Op **dezelfde manier als 2D** maar met specifieke **sonde**
163
Wat zijn de voorwaarden van 3-4D echo?
- Goed 2D-beeld (voldoende VW) - Stilliggende baby
164
Wat is het nut van 3-4D echografie?
Mooie beeldjes maken :)