4 - Marktfalen & de economie Flashcards

(22 cards)

1
Q

Wat is marktefficiëntie?

A

Marktefficiëntie betekent dat vrije markten middelen optimaal toewijzen via prijzen die keuzes coördineren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is marktfalen?

A

Marktfalen treedt op wanneer markten middelen niet optimaal toewijzen omdat prijzen niet alle informatie bevatten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn oorzaken van marktfalen?

A

Onvoldoende concurrentie, asymmetrische informatie, ongedefinieerde eigendomsrechten en marktmacht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is marktmacht?

A

Marktmacht treedt op wanneer actoren invloed hebben op de prijs, waardoor deze niet gelijk is aan marginale kosten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is monopolie- en monopsoniemacht?

A

Monopolie: marktmacht aan de aanbodzijde. Monopsonie: marktmacht aan de vraagzijde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn voorbeelden van toetredingsdrempels die marktmacht veroorzaken?

A

Schaalvoordelen, kapitaal- en R&D-eisen, netwerkeffecten en natuurlijke monopolies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe categoriseer je goederen op basis van rivaliteit en uitsluitbaarheid?

A
  • Private goederen: rivaliserend en uitsluitbaar.
  • Publieke goederen: niet rivaliserend en niet uitsluitbaar.
  • Gemeenschappelijke goederen: rivaliserend maar niet uitsluitbaar.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn publieke goederen?

A

Goederen die niet rivaliserend en niet uitsluitbaar zijn, zoals defensie en infrastructuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het free-rider-probleem?

A

Mensen betalen niet voor publieke goederen, wat leidt tot ondervoorziening door de markt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe lossen overheden het free-rider-probleem op?

A

Door publieke goederen via belastingen te financieren en aan te bieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn gemeenschappelijke goederen en hun uitdagingen?

A

Rivaliserend maar niet uitsluitbaar. Overconsumptie leidt tot het Tragedy of the Commons.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn voorbeelden van gemeenschappelijke goederen?

A

Milieu, visserijen, water, bossen, verkeer en toerisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe kan het Tragedy of the Commons worden opgelost?

A

Via quota, financiële prikkels en eigendomsrechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn externe effecten?

A

Effecten van acties die anderen raken zonder compensatie of betaling, zoals vervuiling of vaccinaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het verschil tussen negatieve en positieve externe effecten?

A

Negatief: kosten voor derden (bijv. vervuiling). Positief: voordelen voor derden (bijv. vaccinaties).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het gevolg van externe effecten op markten?

A

Negatieve externe effecten leiden tot overconsumptie, positieve externe effecten tot onderconsumptie.

17
Q

Wat is het verschil tussen private en sociale surplus?

A

Private surplus houdt alleen rekening met privébeslissingen; sociale surplus omvat externe effecten.

18
Q

Wat is het doel van internalisatie van externe effecten?

A

Individuele beslissingen aanpassen door sociale kosten/voordelen in de prijs op te nemen.

19
Q

Hoe kunnen negatieve externe effecten worden aangepakt?

A

Via regulering, Pigouviaanse belastingen en verhandelbare emissierechten.

20
Q

Wat is een Pigouviaanse belasting?

A

Een belasting die gelijk is aan de externe kosten van een activiteit, om overconsumptie te verminderen.

21
Q

Wat zijn verhandelbare emissierechten?

A

Rechten om te vervuilen die kunnen worden verhandeld, waardoor marktefficiëntie wordt gebruikt.

22
Q

Waarom is het belangrijk om optimistisch te blijven over klimaatoplossingen?

A

Omdat nieuwe mechanismen en technologieën kunnen helpen gedrag te coördineren en milieuproblemen aan te pakken.