Deel IV: Bijzondere vraagstukken: Hoofdstuk 5: De beleving van de therapeut Flashcards

(3 cards)

1
Q

Beleving: Wat zijn de 3 niveaus van actief luisteren van de therapeut?

A

1) Luisteren naar het verhaal van de cliënt: inhoud van het verhaal
2) In contact zijn met het proces van de cliënt: aansluiten bij het hier-en-nu van de sessie en de cliënt zijn ervaring
3) Luisteren naar de eigen beleving: in het hier-en-nu luisteren naar eigen beleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Beleving: leg uit wat positionering is i.v.m. rol & positie

A
Rol = statische categorisering 
Positie = de plaats die iemand heeft in een voortdurend bewegend
Positionering = dynamisch proces van voortdurend een juiste positie zoeken in de therapie (flexibiliteit!)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Beleving: Wat zijn de 3 centrale concepten van beleving?

A

1) De beleving van de therapeut: wat hij ervaart, innerlijke beoordelingen over zichzelf of het gezin
2) De uitnodiging om het reageren (reactief zijn): uitnodiging om te reageren en deel te nemen in een relationeel scenario
3) Ruimte maken voor dialoog (responsief zijn): Wat de therapeut kan doen met zijn beleving in plaats van er gewoon naar te handelen in een relationeel scenario (dat mogelijk destructief is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly