Formules Flashcards
(35 cards)
Hoe Moeten We Van Die Onvoldoendes Afkomen
Haakjes, Machtsverheffen, Worteltrekken, Vermenigvuldigen, Delen, Optellen en Aftrekken
Break even afzet
Q = C / (P-V)
Q = aantal
C = constante kosten
P = verkoopprijs per stuk
V = Variabele kosten per stuk
Break even omzet zonder dekkingsbijdrage
TO = Q * V - C = 0
TO = Totale omzet
Q = hoeveelheid
V = variabele kosten per stuk
C = constante kosten
Dekkingsbijdrage als bedrag
DB = P - V
P = verkoopprijs per stuk
V = variabele kosten per stuk
Dekkingsbijdrage als %
DB = P - V / P * 100
P = verkoopprijs per stuk
V = variabele kosten per stuk
Break even omzet met dekkingsbijdrage%
C / DB%
C = constante kosten
DB% = dekkingsbijdrage %
Hefboomeffect vermogen
REV = RTV + (VV / EV * (RTV-KVV))
REV = rentabiliteit van het eigen vermogen
RTV = rentabiliteit van het totale vermogen
REV, rentabiliteit van het eigen vermogen
((Bedrijfsresultaat - rentelasten) / eigen vermogen) * 100%
RTV, rentabiliteit van het totale vermogen
Bedrijfsresultaat / totale vermogen * 100%
Totale kosten
TK = V * Q + C
TK = totale kosten
V = variabele kosten per stuk
Q = hoeveelheid
C = constante kosten
Gemiddelde kosten
TK / Q
TK = totale kosten
Q = hoeveelheid
Opbrengst
TO = P * Q
TO = Totale opbrengst
P = verkoopprijs per stuk
Q = hoeveelheid
Gemiddelde opbrengst
TO / TQ
TO = Totale opbrengst
TQ = Totale hoeveelheid
Winst
TO - TK
(P * Q) - (V*Q) - C ==> Q * (P - V) - C
P = verkoopprijs per stuk
Q = hoeveelheid
V = variabele kosten per stuk
C = constante kosten
TO = Totale opbrengst
TK = totale kosten
Bij berekening van winst laat je rente en aflossing buiten beschouwing
Winst na belasting van 25%
Winst = (1-0,25) * (Q * (P-V) – C) => 0,75Q * (DB) – 0,75C
Q = hoeveelheid
P = verkoopprijs per stuk
V = variabele kosten per stuk
C = constante kosten
DB = dekkingsbijdrage
Bezettingsresultaat
(W-N) * C/N
W = werkelijke bezetting
N = normale bezetting
C = constante kosten
Veiligheidsmarge in euro
Veiligheidsmarge = Werkelijkeafzet − Break - evenafzet
Veiligheidsmarge=Werkelijkeomzet−Break-evenomzet
Hoe groter de veiligheidsmarge, hoe beter — het bedrijf heeft dan een grotere buffer voordat het verlies gaat lijden.
Veiligheidsmarge in %
Veiligheidsmarge% = ((werkelijke afzet - break-evenafzet) / werkelijke afzet) * 100%
Veiligheidsmarge% = ((werkelijke omzet - break-evenomzet) / werkelijke omzet) * 100%
Hoe groter de veiligheidsmarge, hoe beter — het bedrijf heeft dan een grotere buffer voordat het verlies gaat lijden.
Winstberekening vanuit de balans m.b.v. EV
EV eind periode
EV beginperiode -/-
= Vermogenstoename
kapitaalstorting -/-
kapitaalonttrekking +/+
= WINST
Indirecte methode van het kasstroomoverzicht
Winst: € 82.000
Voorraad afname: + € 7.000 (kasverhogend)
Debiteuren stijging: – € 12.000 (kasverlagend)
Crediteuren daling: – € 13.000 (kasverlagend)
Afschrijvingen: + € 18.000 (niet-kaskosten, dus bijtellen)
Aflossing lening: – € 24.000 (kasuitgave)
Beginstand liquide middelen: € 21.000
Start met de winst
Correcties voor niet-kasposten
+ € 18.000 (afschrijving)
Veranderingen werkkapitaal
+ € 7.000 (voorraad afname)
– € 12.000 (debiteuren stijging)
– € 13.000 (crediteuren daling)
Financieringsactiviteiten
– € 24.000 (aflossing lening)
Stappen knelpuntscalculatie
1) bepaal knelpuntsfactor
2) bepaal dekkingsbijdrage per knelpuntsfactor
3) bepaal de prioriteit per type product
4) bepaal het optimale productieplan
Opslagpercentage
totale indirecte kosten / totale directe kosten * 100%
Afzetresultaat bij gebruik van standaard
werkelijke afzet * (verkoopprijs - standaardkostprijs)
Efficiensyresultaat (hoeveelheid, bij gebruik van standaard)
(standaard hoeveelheid - werkelijke hoeveelheid) * standaardprijs