Huidtumoren college (2 samengevoegd) Flashcards

1
Q

opbouw van de huid

A

epidermis > dermis > subcutis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit is epidermis vooral opgebouwd?

A

keratinocyten, melanocyten en Langerhans cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

lagen van de epidermis (diep naar oppervlakkig)

A
  1. Stratum basale
  2. Stratum spinosum
  3. Stratum granulosum
  4. Stratum lucidum
  5. Stratum corneum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat ontstaat uit stratum basale?

A

plaveiselcelcarcinoom, actinische keratosen en basaalcelcrcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

oorzaken toenemende incidentie huidkanker

A
  • Zoncultuur
  • Zonnebank
  • Immunosupressie
  • Vergrijzing
  • Vergroot bewustzijn
  • Registratie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

risicofactoren huidkanker

A
  • Genetica: pigment onafhankelijke en afhankelijke genen
  • Virusinfectie
  • Fenotype: huidskleur en UV schade
  • Chronische ulcera
  • Leefstijl: roken, BMI, alcohol, SES
  • Iatrogene factoren: immuunsuppressie, fototherapie, radiotherapie, arseen
  • Dermatoloncologische voorgeschiedenis
  • UV expositie: leeftijd, intermitterend en cumulatief, verbranding, UVA en UVB
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

UvA

A

langgolvige straling en komt dieper in de huid > oxidatieve stress > huidveroudering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

UvB

A

kortgolvig blijft oppervlakkiger in de huid. Geeft meer directie schade. Zorgt voor verbranding van de huid en dat de huid dikker wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat voor schade geeft UV?

A

indirect: immunosuppressief
direct: DNA schade > p53 mutatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

voorloper basaalcelcarcinoom

A

geen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

voorloper plaveiselcelcarcinoom

A

actinische keratose, morbus bowen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

voorloper melanoom

A

melanoma in situ, lentigo maligna, giant congenitale naevus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

actinische keratosen

A
  • Cutane premaligniteit
  • Dysplasie onderste laag van basaalmembraan.
  • Prevalentie >50 jaar:
    o 30% van de mannen
    o 20% van de vrouwen
  • Natuurlijk beloop
    o Persisteren
    o Spontane regressie
    o Invasieve groei = pcc, tot 0,075% per AK per jaar.
  • Aks ook vooral biomarker field cancerization (dat je in de toekomst huidkanker gaat zien)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

morbus bowen

A
  • In situ PCC/intra-epidermaal PCC
  • Meestal solitair, soms multipel
  • Kan overal voorkomen, ook op slijmvliezen (vaak HPV geassocieerd)
  • 3-10% PCC
  • Dysplasie door hele epidermis heen, corneum wel volledig uitgerijpt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Twijfel tussen AK of Morbus Bowen?

A

biopt afnemen, neem het intecte epidermis af

Doe je bij twijfel over premaligniteit of eczeem, Ter uitsluiting cutane maligniteit (invasieve groei)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

lokale destructie therapie bij actinische keratosen of morbus bowen

A

cryotherapie, curretage/elektrocoagulatie, excisie (alleen bij Bowen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

veldbehandeling bij multiple laesies actinische keratosen of Bowen

A

efudix creme, aldara creme, picato gel, PDT, dermabrasie/peeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Efudix

A

cytostaticum/lokale chemotherapie
- gegeven bij Aks, BCCs en m. Bowen
- voordeel: veldbehandeling, door pt zelf
- nadeel: allergie, lokale reacties, therapietrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Aldara creme

A

immuunomodulator
 3x per wk 4 wk (AK)
 5x per wk 6 wk (superficieel BCC)
 Nadeel: 1-10% systemische bijwerking, lokale reactie, beperkt oppervlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

fotodynamische therapie

A

 O2 + licht + fotosensitizer > Protoporyfine
 Zuurstofradicalen: apoptose en necrose
 Nadelen: dagbehandeling, pijn, alternatief daglicht fotodynamische therapie (cave weersomstandigheden)
 Voordeel: fraaie genezing, therapietrouw

21
Q

congenitale melanocytaire naevi

A

Grote moedervlekken bij 1% van pasgeborenen.
- lifetime risico op ontwikkelen melanoom is <5%. dit is gerelateerd aan grootte van de plek en hoeveelheid naevi

22
Q

LO premaligne afwijkingen

A
  • Voorkeursplekken: zon blootgestelde delen huid
    o Aangezicht, onderlip, oren, handruggen, onderarmen, onbehaarde schedel, decollete + onderbenen
  • Palperen
  • Let op wondjes, zwelling/induratie, pijn
  • Totale huid inspectie
23
Q

lentigo maligna

A
  • Intra-epidermaal melanoom/in situ melanoom
  • Mediane leeftijd 70 jaar
  • Zon blootgestelde huid, 74% gelaat
  • Progressie naar lentigo maligna melanoom (5%)
  • Moeilijk klinisch afgrensbaar
24
Q

Wat is diagnostiek voor lentigo maligna

A

dermatoscopie en biopten

25
Q

Wat is behandeling voor lentigo maligna

A

Behandeling: conventionele excisie met 5 mm marge + histologische beoordeling gehele laesie (recidiefkans groot) of micrografische gecontroleerde chirurgie

26
Q

Micrografisch gecontroleerde chirurgie voordeel

A
  • Volledige beoordeling excisieranden
  • Weefselsparend
  • Pas sluiting bij radicaliteit
  • Recidiefkans 2-5%
27
Q

micrografisch gecontroleerde chirurgie nadelen

A
  • Grote defecten, oudere patiënten
  • Mogelijk meerdere rondes, uitgestelde sluiting
28
Q

anamnese premaligne afwijkingen

A
  • UV straling: cumulatief + intermitterend
  • Immunosuppressie
  • Klachten (pijn, snelle progessie)
  • Dermato-oncologische voorgeschiedenis
29
Q

PROVOKE

A

voor beoordeling huidkanker
- Plaats
- Rangschikking
- Omvang
- Vorm
- Omtrek
- Kleur
- Efflorescentie

30
Q

anamnese BCC

A
  • Beloop: langzaam groeiend
  • Klachten: meestal niet pijnlijk
  • UV straling: cumulatief + intermitterend
  • Immunosuppressie
  • Dermato-oncologische voorgeschiedenis
  • Andere risicofactoren: genetisch, radiotherapie, lokaal trauma
31
Q

basaalcelnaevus syndroom (gorlin goltz)

A
  • Mutaties in PCTH gen
  • BCCs vanaf jonge leeftijd
  • Preventie: beschermen tegen UV, niet verbranden, beperken rontgenstraling

Diagnose gesteld op 2 major criteria of 1 major en 2 minor

32
Q

kenmerkend voor BCC

A

glazige, wasachtige, doorschijnende papel, plaque of nodus met parelmoerachtige glans
- Vaak: centrale ulceratie, verheven blekere rand, teleangiëctasieën, snel bloedend, niet genezend
- Soms: atrofie, onscherpe begrenzing, gepigmenteerd

33
Q

Wat zijn orale hedgehog inhibitors?

A
  • Vismodegib of sonidegib
  • Volwassenen met symptomatisch gemetastaseerd basaalcelcarcinoom of lokaal uitgebreid basaalcelcarcinoom dat ongeschikt is voor operatief ingrijpen of radiotherapie

veel bijwerkingen en duur

34
Q

LO BCC

A
  • Omvang tumor
  • Onderliggende structuren
  • Indien gelaat: h-zone
  • Totale huidinspectie
35
Q

niet agressief BCC

A

superficieel en nodulair

36
Q

agressief BCC

A

sprieterig

37
Q

beleid laag risico BCC

A
  • Excisie 3 mm marge
  • Topicale therapie mag ook bij superficieel groeiend BCC
    o 5 flurouracil creme
    o Imiquimod creme
    o Fotodynamische therapie
38
Q

beleid hoog risico BCC

A

Excisie met minimaal 5 mm of Mohs micrografische chirurgie

39
Q

Waardoor is er 0,1% beoordeling van snijvlakken bij conventionele chirurgie en bij Mohs micrografische chirurgie 100%?

A

Conventionele chirurgie beoordeelt enkele snijvlakken, maar kan tumorresten aan de zijkant missen. Mohs neemt al het weefsel rondom de tumor mee dus kan preciezer aangeven of er resten overgebleven zijn.

40
Q

Wanneer geen Mohs?

A
  • Melanoom/melanoom in situ
  • Voldoende ruimte voor excisie, inclusief passende marge
  • Inoperabel
41
Q

Kenmerkend voor PCC

A

Sneller groeiende tumor die wel pijn doet.
- Kenmerkend: huidkleurige tot erythemateuze plaque/nodus/tumor, pijn
- Vaak: schilferig en centrale ulceratie
o Omliggende actinische keratosen
o Snel bloedend, niet genezend
- 80% in hoofd-hals gebied

42
Q

Risicofactoren PCC

A
  • UV straling
  • Arseen
  • Roken
  • Mannen > vrouwen
  • Huidtype I/II
  • Immuungecompromiteerd (HPV)
  • Chronische huidontstekingen
43
Q

Genodermatosen

A
  • Xeroderma pigmentosum
    o DNA repair stoornis
    o Autosomaal recessief
  • Albinisme
    o Geen/weinig melanine
    o Meestal oculotaan (autosomaal recessief)
44
Q

Anamnese PCC

A
  • UV straling
  • Immunosupressie
  • Klachten: pijn
  • Wonden
45
Q

LO PCC

A
  • Omvang tumor
  • Aanwizjingen perineurale uitbreiding
  • Onderliggende structuren (ingroei spier/kraakbeen/bot)
  • Palpatie drainerende lymfeklierstation
  • Totale huid inspectie
46
Q

aanvullende diagnostiek PCC

A

biopt; vanaf stadium 3 ook echo hals voor drainerende lymfeklieren

47
Q

therapie PCC

A

Vanaf stadium 3 en op de lip bespreken in MDO
Behandelopties
- Excisie
o Stadium I: 5 mm marge
o Stadium II: 10 mm marge
- Mohs chirurgie/micrografisch gecontroleerde chirurgie
- Radiotherapie

48
Q

Cemiplimab

A
  • Anti PD1 antilichaam
  • Blokkeert de rem op de T-cel immuunrespons tegen de tumor
  • Respons 46% in locallyadvanced/gemetastaseerd PCC
  • Na 2 jaar 69% ongoing respoms
  • 49% van de patienten ervoer minstens één grade >3 TEAE
  • In NL: beschikbaar in DRUG Access programma
49
Q
A