Psychiatrische ziekten Flashcards
(20 cards)
belangrijkste functies bij psychiatrisch onderzoek
Algemene indruk
Bewustzijn
Waarnemen
Denken vorm
Denken inhoud
Stemming
Affect
Psychomotoriek
Gedrag en motivatie
Wat zijn psychische functies
betreffen de complexe interacties tussen het
individu en diens omgeving: het zich bewust worden van informatie uit de omgeving,
en deze waarderen, wegen en toetsen aan eerdere ervaringen, leidend tot
automatische spierbewegingen en tot op de omgeving gerichte handelingen.
Classificatie psychiatrische ziekten
berust op het vaststellen van en
syndroom: een kenmerkend patroon van klachten en symptomen.
Waarnemen
Wat is de input van het denken
Denken inhoud
Wat is de output van het denken
Stemming
invloed van de output op de patiënt
affect
Hoe stabiel is de invloed van de stemming?
psychomotoriek
hoe beweegt de patiënt bij affect en stemming
Waar let je op bij anamnese psychiatrie
de psychiater observeert de objectieve verschijnselen
van de psychiatrische stoornis. Een aantal psychiatrische verschijnselen kan worden vastgesteld
en globaal gekwantificeerd met eenvoudige klinimetrische testvragen en testopdrachten
trias psychica van de status mentalis
- cognitieve functies
- affectieve functies
- conatieve functies
cognitieve functies
gedachten: informatie waarnemen, opnemen, vasthouden, begrijpen, ordenen, etc.
affectieve functies
gevoelens: stemming, emoties, vegetatieve verschijnselen, etc.
conatieve functies
gedrag: motoriek, motivatie, impulsen, gedrag, etc.
Wat omvat een psychiatrische diagnose
Naast de DSM-5 omschrijving:
* de betekenis die de symptomen hebben voor de patiënt;
* de fase van ontwikkeling, de ernst, de complicaties en de uitbreiding van het ziektebeeld
* predisponerende, luxerende de en de onderhoudende somatische, psychische en sociale
etiopahtogenetische factoren
* de functionele beperkingen;
* factoren die van invloed zijn op het beloop en de behandeling.
typen psychiatrische diagnosen
- Syndroom diagnose of descriptieve diagnose
- Classificatie
- Beschrijvend
- Lijstjes met criteria/symptomen waarvan de patiënt
er een minimaal aantal moet hebben - Beloop in de tijd
- Hiërarchie in syndromen
- DSM 5
- (ICD 11)
Casus:
* Normaal verzorgde vrouw, druk pratend
* Helder bewustzijn
* Geen bijzonderheden
* Wat versneld, verhoogd associatief
* Geen bijzonderheden(?)
* Geprikkeld
* Bijpassend
* Onrustig
* Veel doen, ruzie
bipolaire 1 stoornis, met begin peri partum
predisponerende factoren
Waarom deze patiënt?
familieanamnese, genetica, persoonlijkheid
luxerende factoren
Waarom komt deze patiënt nu?
onderhoudende factoren
Waarom houden de klachten stand?
lichamelijke beperkingen, persoonlijkheid en het ontbreken van structuur in het leven