Studietaak 1 Flashcards
(11 cards)
600 v. chr. - 200 v. chr.
Griekse tijd
Basis van het wetenschappelijk denken (rationalisme en empirisme)
Socrates, Plato en Aristoteles
200 v. chr. - 500 n. chr.
Romeinse Rijk
Praktische filosofie (ethiek, recht en politiek)
500 - 1500
Middeleeuwen
Dogmatisch aristotelisch-christelijk wereldbeeld
1500 - 1700
Wetenschappelijke revolutie
Mechanisering van het wereldbeeld
Bacon, Descartes, Locke en Berkeley
1700 - 1800
Verlichting
Opkomt van het kritisch denken
Hume, Kant en Peirce
1800 - heden
Moderne tijd
Industriële en digitale revolutie
Aristotelisch-Christelijke wereldbeeld
Beeld dat het universum in een perfecte goddelijke balans is met de aarde als middelpunt
Wundt, James & Freud
→ grondleggers van de moderne psychologie
Skinner
→ systematisch mechaniseren van ons mensbeeld met behavioristische programma
en publicatie van The Behavior of Organisms (1938) → voltrekking van de wetenschappelijke
revolutie in de psychologie
Correspondentieprobleem
probleem om de vraag hoe de inhoud van ons bewustzijn samenhangt
met de werkelijkheid. Als er een materiële wereld is en wij een innerlijk bewustzijn hebben, hoe zijn
we er zeker van dat onze ideeën over de materiële wereld corresponderen met de wereld zelf