Studietaak 8 Flashcards

(4 cards)

1
Q

Drogreden

A

fout in een redenering die bestaat uit iets anders dan alleen valse premissen

2 soorten
- formele drogreden = vorm/structuur (alleen deductieve redeneringen)
- informele drogreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Informele drogreden

A

identificeren door de inhoud van het argument te onderzoeken

2 soorten
- drogredenen van relevantie
- drogredenen van zwakke inductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Drogreden van relevantie

A

argumenten waar ze in voorkomen hebben premissen die niet relevant zijn voor de conclusie. Identificeren door bewijs te onderscheiden van vormen van emotionele aantrekkingskracht
* beroep doen op geweld
* beroep doen op medelijden
* beroep doen op het volk
– directe benadering
– indirecte benadering
— bandwagon argument
— beroep op ijdelheid
— beroep op snobisme
* argumenten tegen de persoon
– ad hominem belediging (verbaal beledigen)
– ad kominem indirect (diskrediet brengen)
– tu quoque (hypocriet)
* ongeluk
* stro man
* het punt missen
* rode haring

2 belangrijke punten tijdens het evalueren van een argument
- kwaliteit van de redenering
- waarheid van de premissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Drogredenen van zwakke inductie

A

gemeenschappelijk kenmerk is dat het verband tussen premissen en conclusie niet sterk genoeg is om de conclusie te ondersteunen

  • Beroep op ongekwalificeerde autoriteit
  • Beroep doen op onwetendheid
  • Overhaaste generalisatie
  • Valse oorzaak
    – post hoc, ergo propter hoc
    – non causa pro causa
    – gesimplificeerde oorzaak
    – gamblers fallacy
  • gladde helling
  • zwakke analogie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly