Vriendschap Flashcards
(36 cards)
Vriendschap
Een vrijwillige relatie die intimiteit, kwaliteit, gedeelde interesses en prettige of behoefte-vervullende interacties bevat
- Fase 1: 4-7 jaar
- Fase 2: 8-10 jaar
- Fase 3: 11-15+
Fase 1 vriendschap
- 4-7 jaar
Een vriend is iemand om mee te spelen
- samen ondernemen
- oppervlakkig
- makkelijk aangaan en verbreken
Fase 2 vriendschap
- 8-10 jaar
Een vriend is iemand die je vertrouwt en die je helpt als het nodig is
- verwachtingen en wederkerigheid
- roddelen en geheimen
Fase 3 vriendschap
- 11-15+ jaar
Een vriend is iemand met wie je intimiteit en loyaliteit deelt
- verdedigen van elkaar
- relationele normen
- autonomie
Kenmerken vriendschap baby
- is het vrijwillig?
- ontstaan van vriendschappen gaat samen met ontstaan van dyadische voorkeuren
- gelijkenis is drijvende factor
- een vriend als een speelkameraad
- beëindigen vriendschappen is waarschijnlijk
- basis voor toekomstige ontwikkeling van relaties met peers
Kenmerken vriendschap in vroege kindertijd
- taal wordt belangrijk
- vrienden dragen bij aan emotieregulatie
- vrienden helpen bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden
- voorkeuren worden meer complex
- netwerken zijn kleier in vroege kindertijd
Kenmerken vriendschap midden kindertijd
- grote exdpansie van social wereld
- toename intimiteit, afname concrete reciprociteit
- vrienden zorgen voor zelf-validatie en emotionele veiligheid
- vrienden helpen geaccepteerd te worden/voorkomen afwijzing
- roddelen is een belangrijk sociaal proces
- kwaliteit van de vriendschap wordt ook belangrijk voor ontwikkelingsuitkomsten
Kenmerken vriendschap in de adolescentie
- autonomie neemt toe
- biologische, psychologische en sociale veranderingen
- intimiteit is voedingsbodem voor ontwikkeling van zelfidentiteit, sociale aanpassing en idealen
- toename van conflict
- meer diversiteit in effecten vriendschappen
Kenmerken vriendschap in de vroege volwassenheid
- veranderingen in de familie en vrienden banden, nieuwe persoonlijke verantwoordelijkheden
- vrienden bieden socialisatie en vrijetijdsbesteding
- meer cross-gender vriendschappen
- vrienden als vertrouwelingen
Kenmerken vriendschap midden volwassenheid
- er is relatief weinig bekend over deze periode
- conflicterende rollen eisen
- sociale en emotionele steun en model voor transitites
- enige continuïteit van eerdere sociale relaties
Kenmerken vriendschap in late volwassenheid
- nieuwe uitdagingen
- focus op hechte relaties
- nog steeds ontwikkelingen in vriendschappen
Uitkomsten: de voordelen van het hebben van vrienden
- helpen om ontwikkelingsdoelen te behalen
- minder mentale problemen
- meer positief affect
- betere prestaties
- diminishing marginal returns
Diminishing marginal returns
Bij elke vriend die erbij kom vermindert de toename van positieve effecten
Stadia in vrienschappen opbouwen
- Levinger’s stadia theorie
- Vriendschapsfase Adams & Bieszner
Levinger’s stadia theorie
Ontwikkelingsvolgorde van nabije relaties in 5 stadia, die kan worden toegepast op vriendschappen
- acquiantance
- build up
- continuation
- deterioration
- ending
Acquiantance
Attraction - kennismaken
- eerste ontmoeting, eerste impressies, redenen om door te gaan
Build up
Opbouwen
- vertrouwen opbouwen, compatibiliteit, gemeenschappelijke doelen
Continuation
Voortzetting
- continue groei, wederzijdse vertrouwen, gezamenlijke commitment
Deterioration
Decline en verschlechtering
- verveling, wrok, gebrek aan vertouwen
Ending
Beëindiging
- geen interactie meer, beëidiging door keuze of dood
Vriendschapsfase Adams & Bieszner
- intitiatie
- onderhouden
- ontbinding
Intitaite
van onbekende naar kennismaking naar vriendschap
- het identificeren van ander als potentiële vriend
- eerste onmoeting
- verandering in het gedrag
- vereisten (herhaalde en dyadische interacties)
Onderhouden
- voldoende positieve interacties
- grote variabiliteit
- evaluaties van ander als vriend
- minimale vereisten:
- in contact blijven
- dingen gemeen hebben
- inspanning
- ondersteuning ervaren
- effectief oplossen conflict
Ontbinding
Beëindiging door keuze of omstandigheden
- variatie in redenen (ernstige ruzie, dood, verwatering, verandering in ontwikkeling, veranderingen in interesses/belangen)