hc 4 boek Flashcards
(105 cards)
aaron beck
Aaron Beck is de grondlegger van de cognitieve gedragstherapie, die in de jaren ’60 werd ontwikkeld. Hij identificeerde dat een vervormde, negatieve cognitie een primair kenmerk was van depressie, en ontwikkelde een kortetermijn behandeling waarvan één van de belangrijkste doelen het testen van de realiteit van het depressieve denken van patiënten was
wat is cognitieve gedragstherapie
Beck bedacht een gestructureerde, op het heden gerichte psychotherapie voor depressie, die gericht was op het oplossen van de huidige problemen en het aanpassen van het disfunctionele denken en gedrag; Sinds die tijd is de theorie aangepast aan verschillende culturele groepen,
stoornissen en problemen. Bij alle vormen van cognitieve gedragstherapie is de behandeling gebaseerd op een cognitieve formulering. Daarnaast is de behandeling is gebaseerd op het creëren van
begrip van individuele patiënten, met hun specifieke overtuigingen en gedragspatronen; de therapeut probeert op verschillende manieren cognitieve verandering teweeg te brengen, resulterend in blijvende emotionele en gedragsverandering -
Cognitieve gedragstherapie is aangepast voor patiënten met verschillende
opleidingsniveaus, inkomens, culturen en leeftijden. Het wordt gebruikt in groeps-, koppel- en familievormen.
cognitieve formulering
de overtuigingen en gedragsstrategieën die een specifieke stoornis karakteriseren.
Er zijn een aantal vormen van CGT die kenmerken hebben van de originele therapie van Beck, maar waarvan de conceptualiseringen en accenten in de behandeling verschillen;
- Dialectische gedragstherapie
- Acceptatie- en commitment-therapie
- Exposure-therapie
Wat is de theorie die ten grondslag ligt aan cognitieve gedragstherapie?
Het cognitieve model stelt dat disfunctioneel denken (dat de stemming en het gedrag van de patiënt beïnvloedt) gemeenschappelijk is voor alle psychologische stoornissen. Wanneer mensen leren om hun denken op een realistische en adaptieve manier te evalueren, ervaren ze verbetering in hun emotionele toestand en gedrag; als je depressief bent heb je de automatische
gedachte dat je niks goed kan doen. Als reactie hierop kun je je verdrietig voelen (emotie) en je terugtrekken in bed (gedrag). Maar als je deze automatische gedachte zou onderzoeken, zou je kunnen concluderen dat je te veel hebt gegeneraliseerd en dat je in feite wel veel dingen goed doet. Als u vanuit dit nieuwe perspectief naar uw ervaring kijkt, voelt u zich waarschijnlijk beter en leidt dit
tot functioneler gedrag Om de stemming en het gedrag van patiënten blijvend te verbeteren, werken therapeuten op een
dieper niveau van cognitie. Ze veranderen namelijk de fundamentele overtuigingen van patiënten over zichzelf, hun wereld en andere mensen, wat leidt tot duurzamere veranderingen
Wat is er gebleken uit onderzoek?
Op dit moment hebben meer dan 500 onderzoeken de werkzaamheid van cognitieve gedragstherapie aangetoond voor een breed scala aan psychiatrische stoornissen, psychologische problemen en medische problemen met psychologische componenten (depressie, OCD, angststoornissen, eetstoornissen, relatie-/familieproblemen, fysieke pijnen). Daarnaast hebben verschillende onderzoeken aangetoond dat er neurobiologische veranderingen zijn die verband
houden met cognitieve gedragstherapie voor verschillende stoornissen
Hoe werd de cognitieve gedragstherapie van Beck ontwikkeld?
resultaat is van naar binnen gerichte vijandigheid ten opzichte van het zelf. Hij onderzocht de dromen van depressieve patiënten, die volgens hem thema’s van vijandigheid zouden moeten
hebben. Hij ontdekte toen dat de dromen geen thema’s van vijandigheid vertoonden, maar wel thema’s van gebrekkigheid, ontbering en verlies. Daarnaast besefte hij dat deze thema’s overeen kwamen met het denken van zijn patiënten als ze wakker waren.
Terwijl Beck naar zijn patiënten luisterde, realiseerde hij zich dat ze twee denkstromen hadden:
- Een stroom van vrije associatie
- Een snelle, evaluatieve gedachte over zichzelf; “ik ben saai, ik verveel anderen”.
–> Hij begon patiënten te helpen om hun onrealistische en onaangepaste denken te identificeren, te evalueren en erop te reageren. Toen hij dat deed, verbeterden ze snel.
Belangrijke componenten van cognitieve gedragstherapie voor depressie zijn:
- Het helpen van patiënten bij het oplossen van problemen
- Patiënten gedragsmatig activeren
- De depressieve gedachten van de patiënten identificeren, evalueren en erop reageren à
vooral op negatieve gedachten over zichzelf, hun wereld en hun toekomst
Eind jaren zeventig begon Beck ook angst te bestuderen, waarbij hij ontdekte dat er bij angst een andere focus nodig was
patiënten met angst moeten het risico van de situaties waar ze bang voor zijn beter inschatten, hun interne en externe hulpbronnen in overweging nemen en deze
hulpbronnen verbeteren. Daarnaast moeten ze de vermijding verminderen en de confrontatie aangaan met de angstsituaties, zodat ze hun negatieve verwachtingen kunnen testen
Wat zijn de basisprincipes van de behandeling?
Hoewel de therapie moet worden toegepast op het individu, zijn er toch een aantal principes die ten grondslag liggen aan cognitieve gedragstherapie voor alle patiënten;
- Cognitieve gedragstherapie is gebaseerd op een steeds evoluerende formulering van de
problemen van patiënten en een individuele conceptualisering van elke patiënt in
cognitieve termen - Cognitieve gedragstherapie vereist een goede therapeutische alliantie
- Cognitieve gedragstherapie legt de nadruk op samenwerking en actieve participatie
- Cognitieve gedragstherapie is doelgericht en probleemgericht
- Cognitieve gedragstherapie legt in eerste instantie de nadruk op het heden
- Cognitieve gedragstherapie is leerzaam, heeft tot doel de patiënt te leren haar eigen
therapeut te zijn en legt de nadruk op terugvalpreventie - Cognitieve gedragstherapie streeft ernaar een beperkte tijdsduur te hebben
- Cognitieve gedragstherapiesessies zijn gestructureerd
- Cognitieve gedragstherapie leert patiënten hun disfunctionele gedachten en
overtuigingen te identificeren, evalueren en erop te reageren - Cognitieve gedragstherapie maakt gebruik van een verscheidenheid aan technieken om het denken, de stemming en het gedrag te veranderen
- Cognitieve gedragstherapie is gebaseerd op een steeds evoluerende formulering van de
problemen van patiënten en een individuele conceptualisering van elke patiënt in
cognitieve termen
- Eerst kijk je naar de gedachten, dan kijk je naar het gedrag (gedrag is het gevolg van je
denkpatronen), daarna kijk je naar belangrijke ontwikkelingsgebeurtenissen van de
patiënt - Je baseert je conceptualisering op de cognitieve formulering van depressie en op wat de patiënt vertelt tijdens de sessies. Deze conceptualisering blijf je bij elke sessie verfijnen
- Cognitieve gedragstherapie vereist een goede therapeutische alliantie
warmte, empathie, zorgzaamheid, oprechte aandacht en competentie
- Cognitieve gedragstherapie legt de nadruk op samenwerking en actieve participatie
in het begin samen beslissen wat er tijdens elke sessie gedaan wordt en hoeveel sessies er per week zijn. naarmate de therapie vordert speelt de patiënt een steeds grotere rol en wordt diegene gemotiveerd om steeds actiever te worden in de therapiesessie (beslissen over welke problemen je wil praten, belangrijke punten samenvatten en huiswerk bedenken)
- Cognitieve gedragstherapie is doelgericht en probleemgericht
patiënt vertelt over de
eigen problemen en stelt persoonlijke doelen (ik wil meer dingen met vrienden doen).
Wanneer de patiënt de gedachte heeft dat haar vrienden niet met haar om willen gaan,
wordt er eerst aan deze gedachte gewerkt d.m.v. evaluatie, voordat ze aan haar doel kan
werken à pas wanneer je de vervormingen in je denken herkent en dit corrigeert, kan je pas
werken aan je gedragsverandering
- Cognitieve gedragstherapie legt in eerste instantie de nadruk op het heden
bij de behandeling van de meeste patiënten is er sprake van een focus op actuele problemen en op specifieke situaties die voor hen belastend zijn
- Cognitieve gedragstherapie is leerzaam, heeft tot doel de patiënt te leren haar eigen
therapeut te zijn en legt de nadruk op terugvalpreventie
in het begin psycho-educatie
over de aard en het beloop van de stoornis, het proces van de behandeling en over het
cognitieve model = hoe je gedachten je emoties en gedrag beïnvloeden
- Cognitieve gedragstherapie streeft ernaar een beperkte tijdsduur te hebben
zes tot veertien sessies. Het doel van de therapeut is het bieden van symptoomverlichting, een
remissie van de stoornis, patiënten helpen bij het oplossen van hun meest urgente
problemen en het aanleren van vaardigheden om terugval te voorkomen
- Cognitieve gedragstherapiesessies zijn gestructureerd
het volgen van een bepaalde
structuur in de sessie maximaliseert de efficiëntie en effectiviteit:
* Inleidend deel; stemmingscontrole, kort de week doornemen, samen een agenda
voor de sessie opstellen
* Middendeel; huiswerk doornemen, problemen op de agenda bespreken, nieuw
huiswerk maken, samenvatten
* Laatste deel; feedback uitlokken
–> Door deze structuur te volgen, wordt het therapieproces begrijpelijk voor patiënten
Cognitieve gedragstherapie leert patiënten hun disfunctionele gedachten en
overtuigingen te identificeren, evalueren en erop te reageren
therapeuten helpen
patiënten belangrijke cognities te identificeren en realistischere, adaptieve perspectieven aan te nemen, waardoor patiënten zich emotioneel beter voelen, zich functioneler gedragen en/of hun fysiologische opwinding vermindert. De therapeuten doen dit via het proces van geleide ontdekking = vragen stellen om het denken van patiënten te evalueren. Daarnaast worden er gedragsexperimenten uitgevoerd = patiënten kunnen hun denken rechtstreeks
testen (‘Als ik zelfs maar naar een afbeelding van een spin kijk, word ik zo angstig dat ik niet
meer kan denken’)
- Cognitieve gedragstherapie maakt gebruik van een verscheidenheid aan technieken om
het denken, de stemming en het gedrag te veranderen
gedrags- en probleemoplossende
technieken. De soorten technieken worden beïnvloed door de conceptualisering van de
patiënt, het probleem en de doelstellingen voor de sessie
Hoe ziet een therapiesessie eruit?
De structuur van de therapiesessies is voor de verschillende stoornissen vrijwel gelijk, maar de interventies kunnen van patiënt tot patiënt verschillen. Voor depressieve patiënten zien de behandelsessies en het verloop van de behandeling er als volgt uit:
1. Aan het begin van de sessie (1) vraagt de therapeut hoe de patiënt de therapeutische
relatie ervaart, (2) controleert hij de stemming, symptomen en ervaringen van de patiënt in
de afgelopen week en (3) vraagt hij de patiënt te vertellen met welke problemen ze hulp
nodig hebben. Tenslotte bespreekt de therapeut de zelfhulpactiviteiten (huiswerk,
activiteiten) waarmee patiënt zich sinds de vorige sessie heeft beziggehouden
2. Vervolgens verzamel je gegevens over het probleem waar de patiënt hulp bij nodig heeft en conceptualiseer je de cognitieve moeilijkheden van de patiënt door te vragen naar
specifieke gedachten, emoties en gedragingen. Tenslotte plan je een gezamenlijk een
strategie (oplossen van problemen, evalueren van de negatieve gedachten)
Jezelf ontwikkelen tot cognitieve gedragstherapeut
Hoewel het uiteindelijke doel is om de elementen met elkaar te verweven en de therapie zo effectief en efficiënt mogelijk uit te voeren, moeten beginners eerst stap voor stap de vaardigheid leren om een therapeutische relatie te ontwikkelen, de vaardigheid van conceptualisatie en de
technieken van cognitieve gedragstherapie
Het ontwikkelen van expertise als cognitief gedragstherapeut kan in drie fasen worden bekeken:
- Hierin leer je basisvaardigheden voor het conceptualiseren van een casus in cognitieve
termen op basis van (1) een intake-evaluatie en (2) gegevens die je tijdens de sessie hebt
verzameld. Je leert ook de sessie te structureren en patiënten te helpen om problemen op te lossen en hun disfunctionele gedachten op een andere manier te bekijken. Tenslotte leer je basis cognitieve en gedragsmatige technieken gebruiken - Hierin leer je om je conceptualisatie met je kennis van technieken te integreren. Je kunt
makkelijker kritische behandeldoelen identificeren en bent vaardiger in het
conceptualiseren van patiënten. Je breidt je repertoire aan technieken uit en wordt
vaardiger in het selecteren, timen en implementeren van geschikte technieken - Hierin integreer je nieuwe gegevens automatischer in de conceptualisatie. Je verbetert je vermogen om hypothesen te formuleren. Je varieert de structuur en technieken van de basiscognitieve gedragstherapie als dit nodig is (vooral bij persoonlijkheidsstoornissen en
andere moeilijke stoornissen en problemen)