HC Osteomyelitis Flashcards

(59 cards)

1
Q

Wat is osteomyelitis?

A

Een ontsteking in het bot veroorzaakt door een micro-organisme (zoals bacteriën, schimmels of mycobacteriën).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het verschil tussen osteomyelitis en osteïtis?

A

Osteomyelitis is een infectie van het bot; osteïtis is een inflammatie van cortex, beenmerg, periost bij gegeneraliseerde ziekten zoals SAPHO.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn directe oorzaken van osteomyelitis?

A

Exogene oorzaken zoals wonden, puncties, procedures of contaminatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn indirecte oorzaken van osteomyelitis?

A

Haematogene verspreiding via lymfevaten en knopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het eerste radiologische teken van osteomyelitis bij kinderen?

A

Osteolyse thv de metafyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een sequestrum?

A

Necrotisch bot dat ontstaat door afsterven van osteocyten; vaak ingekapseld in granulatieweefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe ontwikkelt zich een subperiostaal abces?

A

De infectie breekt uit de metafyse door het periost, wat leidt tot een reactie met nieuw botvorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is typisch bij osteomyelitis bij kinderen jonger dan 1 jaar?

A

De infectie kan doorbreken naar de epifyse vanwege vasculaire anatomie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke laboresultaten wijzen op osteomyelitis?

A

Gestegen WBC, ESR en CRP.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom is een bloedcultuur belangrijk bij osteomyelitis?

A

Voor het identificeren van de kiem bij haematogene verspreiding en gerichte antibioticakeuze.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de meest gevoelige beeldvorming voor osteomyelitis?

A

MRI, detecteert binnen 3-5 dagen en toont oedeem en infectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het verschil tussen acute en chronische osteomyelitis?

A

Acuut: <2 weken; chronisch: >6 weken, met botdestructie en sequestervorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is Brodie’s abces?

A

Een ingekapseld abces omgeven door granulatieweefsel en sclerotisch bot.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn typische kenmerken van chronische osteomyelitis op beeldvorming?

A

Gemengd lytisch-sclerotisch beeld, verdikte cortex, sequester.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is contigue osteomyelitis?

A

Infectie vanuit aangrenzende weefsels (vaak bij volwassenen, bijv. diabetische voetulcera).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het verschil in locatie tussen Charcot voet en osteomyelitis?

A

Charcot: middenvoet; osteomyelitis: calcaneus, tenen, basis 5e metatarsaal.

Charcot voet (diabetes voet) = een progressieve, niet infectieuze aandoening die gepaard gaat met ernstige destructie van de botten en de gewrichten van de voet en/of de enkel.

Charcot (neuropathische osteoartropathie)
- Ernstige degeneratieve gewrichtsveranderingen als gevolg van sensorisch verlies.  midfoot (<-> locatie osteomyelitis)
- Klinisch: Meestal pijnloos, gezwollen gewricht.
- Diabetes is de meest voorkomende oorzaak.
- Radiologische kenmerken:
- Verstoorde gewrichtsarchitectuur met botdestructie/hypertrofie.
- Sclerose, dislocatie of subluxatie (bijv. Lisfranc-luxatie, “rocker-bottom foot”).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een typisch kenmerk van tuberculeuze osteomyelitis?

A

Sparing van de tussenwervelschijf, Gibbus-deformiteit, grote abcessen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is spondylodiscitis?

A

Wervelkolominfectie door hematogene verspreiding, vaak bij IV-druggebruikers of diabetici.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is een belangrijk MRI-kenmerk bij discitis/osteomyelitis?

A

Destructie eindplaten, T2 signaalverhoging, contrastopname van de schijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is een prosthetic joint infection (PJI)?

A

Infectie van een gewrichtsprothese, vaak door s. aureus of propionibacterium acnes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een biofilm?

A

Beschermende laag geproduceerd door bacteriën op prothesen; maakt behandeling moeilijk door slechte AB-penetratie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wanneer moet chirurgie overwogen worden bij osteomyelitis?

A

Bij pusaspiratie, sequester, of geen effect van juiste antibiotica.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is necrotiserende fasciitis?

A

Levensbedreigende infectie door bèta-hemolytische streptokokken; snelle chirurgische behandeling vereist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn symptomen van septische artritis?

A

Pijn, zwelling, functieverlies, roodheid, warmte, algemene symptomen.

25
Wat zijn kenmerken van septisch gewrichtsvocht bij punctie?
Troebel, >50.000 WBC, lage viscositeit – direct behandelen!
26
Wat is de eerste stap in de behandeling van septische artritis?
Punctie gevolgd door lavage en antibiotica.
27
Wat zijn typische tekenen van osteomyelitis bij lichamelijk onderzoek?
Verminderde ROM, pijn, warmte, roodheid, zwelling, soms fistelvorming.
28
Wat toont een botscan bij osteomyelitis?
Tekenen van verhoogde activiteit; gevoeligheid ~80%.
29
Wat zijn de vroege radiografische veranderingen bij osteomyelitis?
Focale weke delen zwelling, osteopenie, lytische zones, periostale reactie.
30
Wat is een involucrum?
Nieuw gevormd reactief bot rond geïnfecteerd bot bij chronische osteomyelitis.
31
Wat is een cloaca in context van osteomyelitis?
Kanaal waardoor pus of necrotisch materiaal uit het bot kan ontsnappen.
32
Wat is de rol van MRI bij osteomyelitis?
Detecteert infectie vroeg, toont oedeem, exsudaat, fistels en huidzweren.
33
Wat is de differentiaaldiagnose bij botinfecties?
Tumoren (benigne/maligne), artritis (reactief, infectieus), tuberculose.
34
Wat is het behandelplan voor acute osteomyelitis?
Start met bloedcultuur en punctie, dan IV AB (2-3 weken) gevolgd door orale AB (2 maanden).
35
Wat is het doel van chirurgie bij osteomyelitis?
Verwijderen van abcessen/sequestra, debridement, lokale antibiotica toediening.
36
Wat is typisch voor contigue osteomyelitis bij diabetes?
Voetulcera met infectie op drukpunten zoals calcaneus of basis 5e metatarsaal.
37
Wat is het onderscheid tussen Charcot voet en osteomyelitis op beeldvorming?
Charcot: midvoet betrokken, osteomyelitis: drukpunten zoals calcaneus.
38
Wat is het typische beeld bij tuberculeuze wervelinfectie (Pott)?
Kyfose (Gibbus), weke delen abcessen, wigvormige compressie voorzijde wervel.
39
Wat is discitis en hoe begint het?
Infectie van de tussenwervelschijf, meestal hematogeen, begint in subendplate.
40
Waarom is MRI belangrijk bij discitis?
Toont vroegtijdige veranderingen zoals eindplaat erosie, T2 signaal, paraspinale ontsteking.
41
Wat is PJI en waarom neemt het toe?
Prothese-infectie; toename door meer implantaties en verouderende bevolking.
42
Wat is het verschil tussen vroege en late PJI?
Vroeg: duidelijke infectietekens; laat: chronische pijn zonder koorts.
43
Wat is het effect van een biofilm op therapie?
Beperkt antibiotica-penetratie, maakt infectie persistent en moeilijk te behandelen.
44
Wat is de behandeling van een acute PJI?
Vervangen van mobiele delen van de prothese + antibiotica, indien prothese stabiel is.
45
Wanneer moet een prothese verwijderd worden bij PJI?
Bij chronische infectie of wanneer prothese niet meer stabiel is.
46
Wat is necrotiserende fasciitis en wie loopt risico?
Vleesetende bacterie-infectie; risicogroepen: immuungecompromitteerden (diabetes, AIDS, alcoholisme).
47
Wat is essentieel bij necrotiserende fasciitis?
Snelle diagnose en chirurgisch verwijderen van dood weefsel.
48
Wat is het verschil tussen inflammatoir en septisch gewrichtsvocht?
Inflammatoir: geel, >3000 WBC; septisch: troebel, >50.000 WBC, gemixte viscositeit.
49
Wat toont een normale gewrichtspunctie?
Transparant vocht, <150 WBC, hoge viscositeit.
50
Wat zijn de behandeldoelen bij septische artritis?
Verwijderen van pus om kraakbeenschade te voorkomen, gevolgd door antibiotica.
51
Wat is een indicatie voor artroscopie bij septische artritis?
Purulent gewrichtsvocht; lavage noodzakelijk om schade te beperken.
52
Weg van osteomyelitis
- Ziektekiemen (bacteriën) in het bloed starten normaal in de metaphyse o => eerste teken van infectie is osteolyse thv van de metafyse - Metafyse: goed gevasculariseerd, maar trage flow → micro-organismen zullen zinken en prolifereren → Infectie → abscess - Lokale circulatie vermindert (bloedvaten worden dichtgedrukt) → osteocyten sterven af → zone van necrotisch bot → afkapseling met granulatieweefsel: vorming abcsess → sequestrum
53
Manieren infectie doorbreken
Kan op verschillende manieren doorbreken → Subperiostaal: zit in metafyse → kan door het periost gaan → Door het bot breken → meer gegeneraliseerde osteomyelitis Sub-periosteal abscess → reactie: nieuwe laag reactief bot (soort herstelreactie) = 2de fase/teken - Bij volwassenen: metafyse van lange pijpbeenderen o Stoppen bij de groeiplaat! → bij volwassenen altijd een metaphyse probleem o Bij volwassen subperiostaal abces => 2de fase/teken = reactie van nieuw bot - Bij kinderen: het bot direct onder de groeischijf is het sterkst gevasculariseerd = metafyse (vooral rond de knie). o Bij kinderen kan het ook tot de groeiplaat en de epifyse gaan o Bij kinderen jonger dan 1 jaar: breakthrough de epifyse
54
Behandeling infectie bot
- Start onmiddellijk! - Eerst: bloedcultuur, punctie - Medicatie: antibiotica, breedspectrum 1. Intraveneus 2-3 weken 2. Oraal: nog 2 maanden - Cultuur → verander AB indien nodig - AB penetratie + hoge dosis
55
Beeldvorming botinfectie
- **MRI** is zeer gevoelig en kan osteomyelitis detecteren binnen 3-5 dagen. => inflammatoire reactie - MRI heeft vergelijkbare gevoeligheid als radionuclide-onderzoeken, maar is specifieker.
56
DD acute monoartritis
1st septische artritis bevestigen/uitsluiten
57
Pathogenese PJI
Operatief > vroeg > acute onset = duidelijk, wond die niet goed geneest > vaak stayfylococcen of gram- > Laat > pijn, geen koorts > vaak proprionibacterium acnes Heamtogenus > lang goed geweest > op een gegeven moment toch acuut ziek worden > S aureus
58
Semiologie PJI
- Signs: chronische pijn na prothese - Opening met drains of pus
59
Aspiratie punctie
- Normale knie → normaal kan je geen punctie doen omdat er niet genoeg vocht is - Vocht in de knie → transparante kleur en minder dan 150 WBC, hoge viscositeit - Non inflammatoir → bv. Artrose; <3.000 WBC, licht geel, hoge viscositeit - Inflammatoir → bv. Artritis – geel, >3.000 WBC, lage viscositeit - Septisch (purulent)→ troebel, het is echt pus => patiënt direct behandelen, viscositeit gemixt, >50.000 o Arthoscopie + levage van de knie nodig - Bloed > rode kleur, WBC gelijkaardig met bloed, lage viscositeit