HFST 7 Adhesieve en niet-adhesieve partiële restauraties Flashcards

(17 cards)

1
Q

Indicaties palatale schildjes (3)

A

1) matige tot ernstige slijtage palatale
vlakken ten gevolge van knarsen of erosie
2) verlies van verticale dimensie
3) noodzaak tot herstellen van front- en/of hoektandgeleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Contraindicaties palatale schildjes (4)

A

1) onvoldoende distale steun voor occlusie
2) onvoldoende overblijvende tandsubstantie
3) aanwezigheid approximale vullingen
4) parodontaal verzwakte, mobiele frontelementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Indicaties vestibulaire facing (5)

A

1) hypoplasie glazuur
2) verkleuringen
3) afwijkende tandvorm
4) diastemen
5) gebrekkige tandstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Contraindicaties vestibulaire facing (7)

A

1) palataal uitgesleten elementen
2) aanwezigheid
approximale vullingen
3) onvolgroeide elementen (grote pulpa)
4) punt-op-punt beet
5) bruxisme
6) nagelbijten
7) hoge kostprijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Indicaties inlays, onlays en partiële kronen (6)

A

1) approximale cariës of slechte restauraties
2) geen aanvaardbaar resultaat te bereiken met plastisch vulmateriaal (randaansluiting en anatomie)
3) elementen die occlusaal dienen opgebouwd te worden
4) als brugpijler (minder frequent toegepast)
5) onder partiële prothese
6) esthetiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Contraindicaties inlays, onlays en partiële kronen

A

1) diepe proximale box (rubberdam)
2) tweede en derde molaren
3) endodontisch behandelde molaren
4) knarsers en klemmers
5) ongunstige articulatie (groepsbelasting)
6) hoge kostprijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Voordelen partiële kroon (4)

A

1) geringe schade aan gingiva
2) tandweefselvriendelijker
3) meer informatie over oorspronkelijke tandvorm blijft bestaan
4) preparatierand is beter te overzien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Nadelen partiële kroon (2)

A

1) retentie is geringer (vooral bij traditionele)
2) meest exacte klinische en laboratoriumprocedures zijn vereist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Voordelen adhesieve techniek (3)

A

1) weefselsparend
2) dikwijls sterkere hechting
3) groot restauratiepotentieel (tanden die te kort en te weinig retentief geprepareerd zijn/ door trauma te sterk beschadigd zijn om traditioneel herstel toe te laten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Nadelen adhesieve techniek

A

1) retentie kan te wensen overlaten, restauraties komen los
2) zeer techniekgevoelig: cave vochtcontaminatie
3) oppervlaktebehandeling binnenzijde restauratie dient correct uitgevoerd te worden door het labo (etsen, zandstralen, silaniseren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Voordelen manuele semi-directe techniek of “chairside manual” (3)

A

1) goede en rechtstreeks controle op intraorale situatie
2) goedkoper dan indirecte restauratie
3) slechts één behandelsessie nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Nadelen manuele semi-directe techniek of “chairside manual” (3)

A

1) tijdrovend en arbeidsintensief
2) beperkt tot solitaire of maximaal 3 aangrenzende restauraties
3) beperkt tot gebruik van plastisch direct composiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Voordelen digitale semi-directe techniek of “chairside CAD-CAM” (4)

A

1) goede en rechtstreeks controle op intraorale situatie
2) geen tot weinig beperkingen op het gebied van uitgebreidheid en materiaalkeuze
3) goedkoper dan restauraties vervaardigd in labo
4) slechts één behandelsessie nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Nadelen digitale semi-directe techniek of “chairside CAD-CAM” (3)

A

1) tijdrovend en arbeidsintensief
2) aanzienlijke investeringskosten
3) afwerking is technisch gevoelig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Voordelen indirecte techniek of “in-lab” (3)

A

1) excellent op gebied van kwaliteit
2) moeilijke situaties probleemloos op te vangen (vb. diepe subgingivale randligging)
3) geen tot weinig beperkingen op het gebied van uitgebreidheid en materiaalkeuze

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Overleving indirecte restauraties afhankelijk van:

A

1) patiënt-gerelateerde factoren
2) tandarts-gerelateerde factoren
3) materiaal (composiet < glaskeramiek < polykristallijn keramiek < goud)

17
Q

Voornaamste redenen voor faling (4)

A

1) secundaire cariës
2) tandbreuk
3) gebrekkige randaansluiting
4) postoperatieve pijn of gevoeligheid