PD.2 - Oorzaken van bewustzijnverlies Flashcards

(54 cards)

1
Q

Drie aspecten van bewust xijn

A

Attentie, inhoud en reflectie op eigen zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de drie hoofdvragen bij het beoordelen van een patiënt met verlaagd bewustzijn?

A
  • Wat is het bewustzijnsniveau?
  • Waar is de laesie gelokaliseerd?
  • Wat is de vermoedelijke oorzaak?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de eerste stap bij het beoordelen van een bewusteloze patiënt?

A
  • ABCDE-beoordeling: Airway, Breathing, Circulation, Disability, Environment
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat beoordeel je met de Glasgow Coma Scale?

A
  • Oogreactie (E), Motorische reactie (M), Verbale reactie (V)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke score op de Glasgow Coma Scale geeft volledige bewusteloosheid aan?

A
  • E1 M1 V1

E: 1-4
M: 1-6
V: 1-5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke hersenstructuren onderzoek je bij een bewusteloze patiënt?

A
  • Pupilreactie
  • Corneareflex
  • Oogmotoriek
  • Reflexen
  • Fundoscopie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een coma?

A
  • Toestand van gedaald bewustzijn zonder willekeurige reactie op prikkels
  • Geen contact met omgeving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een niet-responsief waaksyndroom?

A
  • Ogen open, geen opdrachten uitvoeren, geen contact
  • E4 M5 V1
  • Hersenstam meestal gespaard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen een niet-responsief waaksyndroom en een minimally conscious state?

A
  • Bij MCS: tekenen van bewustzijn, zoals eenvoudige opdrachten uitvoeren of emotionele reacties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is akinetisch mutisme en wat is de oorzaak?

A
  • Geen spontane beweging of spraak, wel alerte indruk
  • Oorzaken: hydrocephalus, frontale laesies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het locked-in syndroom?

A
  • Tetraparese, alleen verticale oogbewegingen mogelijk
  • Patiënt is alert, oorzaak: hersenstamlaesie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het ARAS en waarom is het belangrijk bij bewustzijn?

A
  • Ascenderend reticulair activatiesysteem in hersenstam dat bewustzijn reguleert via verbindingen naar thalamus en cortex
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke structurele afwijkingen kunnen bewustzijnsverlies veroorzaken?

A
  • Infarct, bloeding, abces, tumor, trauma, hydrocephalus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke diffuse neuronale disfuncties kunnen leiden tot bewustzijnsverlies?

A
  • Metabool, toxisch, epilepsie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat was de diagnose bij de 64-jarige man met acuut bewustzijnsverlies?

A
  • Hersenstaminfarct door occlusie van de arteria basilaris
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat was de diagnose bij de 39-jarige man met verlaagd bewustzijn en koorts?

A
  • Bacteriële meningitis, bevestigd door lumbaalpunctie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn aanwijzingen voor bacteriële meningitis bij een patiënt met bewustzijnsverlies?

A
  • Koorts, hoofdpijn, meningeale prikkeling, geen lateralisatie, afwijkend bewustzijn, leukocyten in liquor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is belangrijk in de benadering van een patiënt met verlaagd bewustzijn?

A
  • Behandel patiënt met respect
  • Stel je voor
  • Kondig handelingen aan
  • Neem afscheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke hersenstructuren zijn aangedaan bij een infarct in de arteria basilaris?

A
  • Hersenstam (pons en medulla), soms cerebellum
  • Kan leiden tot coma, locked-in syndroom of overlijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat toont het hersenstamdiagram in het college over ARAS?

A
  • Verbindingen vanuit de formatio reticularis in de hersenstam naar thalamus en cortex
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Welke structuren zijn betrokken bij het ARAS-systeem?

A
  • Formatio reticularis
  • Thalamus
  • Cortex cerebri
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Welke hersenstamreflexen kunnen getest worden bij bewustzijnsstoornissen?

A
  • Pupillen (lichtreflex)
  • Corneareflex
  • Oculocefaal reflex
  • Ademhaling
23
Q

Wat toont de GCS-afbeelding in het college?

A
  • Ogen: 1–4
  • Verbale reactie: 1–5
  • Motorische reactie: 1–6
24
Q

Hoe herken je metabole oorzaken van coma op basis van beeldvorming?

A
  • Diffuse afwijkingen zonder duidelijke laesie op CT of MRI
25
Wat is een typisch beeld van een pontien infarct op MRI?
- Hyperintens signaal in ventrale pons, soms bilateraal (locked-in)
26
Wat is zichtbaar bij meningitis op CT of lumbaalpunctie?
- CT: vaak normaal, soms zwelling - LP: verhoogde druk, troebele liquor, veel leukocyten
27
Welke differentiaaldiagnoses voor coma kun je afleiden uit pupilreacties?
- Kleine, reactieve pupillen: metabool - Grote, niet-reactieve pupillen: hersenstamlaesie - Anisocorie: unilaterale compressie (bv. inklemming)
28
Welke visuele kenmerken wijzen op niet-neurologische oorzaken van coma?
- Normale hersenstamreflexen, bilaterale symmetrie, geen lateralisatie, normale beeldvorming
29
30
Q
A
31
Wat betekent de E in de EMV-score?
Eye (oogopening)
32
Wat zijn de scorecriteria voor E (oogopening) bij EMV?
4 = spontaan 3 = op aanspreken 2 = op pijnprikkel 1 = geen reactie
33
Wat betekent de M in de EMV-score?
Motor (motorische reactie)
34
Wat zijn de scorecriteria voor M (motorische reactie) bij EMV?
6 = voert opdracht uit 5 = lokale reactie op pijn 4 = terugtrekken op pijn 3 = abnormale buiging (decorticaat) 2 = abnormale strekking (decerebraat) 1 = geen motorische reactie
35
Wat betekent de V in de EMV-score?
Verbal (verbale reactie)
36
Wat zijn de scorecriteria voor V (verbale reactie) bij EMV?
5 = georiënteerd 4 = verward 3 = inadequaat 2 = onverstaanbare klanken 1 = geen reactie
37
Wat is de minimale EMV-score?
3 (1+1+1)
38
Wat is de maximale EMV-score?
15 (4+6+5)
39
Bij welke score wordt coma vermoed?
EMV ≤ 8
40
Wat moet je doen als één van de EMV-items niet beoordeeld kan worden?
Noteer 'niet te beoordelen' of 'NTB' i.p.v. een cijfer
41
Q
A
42
Wat zijn de drie neurologische oorzaken van gedaald bewustzijn?
A. Hersenstam laesie B. Bilaterale thalamuslaesie C. Diffuse laesie of dysfunctie van de cortex of subcortex
43
Wat zijn voorbeelden van oorzaken bij hersenstam- en thalamuslaesies?
Bloeding, infarct, tumor
44
Wat zijn voorbeelden van oorzaken bij diffuse corticale/subcorticale laesies?
Hydrocefalus, multipele infarcten, encephalitis, status epilepticus
45
Wat zijn niet-neurologische oorzaken van gedaald bewustzijn?
Circulatiestoornis (sepsis, verbloeding) Hypoxemie Intoxicatie (bv. ethanol, methadon, ethyleenglycol) Metabole stoornis (lever, nierfalen) Elektrolytstoornis
46
V
47
Q
A
48
Wat is een kenmerk van de ogen bij een vegetatieve toestand?
Patiënt heeft de ogen open
49
Wat doet een patiënt in vegetatieve toestand met opdrachten?
Voert geen opdrachten uit
50
Wat ontbreekt er in het contact met een patiënt in vegetatieve toestand?
Er is geen 'contact'
51
Wat is het slaap-waakritme van een patiënt in vegetatieve toestand?
Heeft een waak/slaapritme
52
Reageert een patiënt in vegetatieve toestand op prikkels?
Ja, op licht en geluid
53
Welke reflexen kunnen aanwezig zijn bij een vegetatieve toestand?
Slikreflex en grijpreflex
54
Wat zijn de typische EMV-scores bij een vegetatieve toestand?
E4 M5 V1