Persoonlijkheidsstoornissen Flashcards

(25 cards)

1
Q

Persoonlijkheidsstoornissen

A

Een langdurig patroon van gedragingen die sterk afwijken van de verwachtingen binnen in de cultuur. Dat patroon moet heel extreem, inflexibel en disfunctioneel zijn. Het kan niet door andere dingen verklaart worden (zoals medicatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Het concept van “stoornissen”

A

Gedrags- of ervaringspatroon dat verontrustend en pijnlijk is voor de persoon. Leidt tot onvermogen of beperkingen in belangrijke levensgebieden. Geassocieerd met een verhoogd risico op verder lijden,functieverlies, overlijden of opsluiting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geschiedenis van de idee van verstoorde persoonlijkheid

A

Initieel: verzwakte vorm majeure psychose. Philippe Pinel (18e – 19e eeuw): “manie sans delire” of “waanzin zonder verlies van rede”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vroeger vs nu

A

categorie (je hebt stoornis of niet) vs Dimensionaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Abnormale psychologie

A

Studie van psychische stoornissen, waaronder denkstoornissen, emotionele stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is abnormaal

A

Sociale definitie: gedrag dat de samenleving onacceptabel acht
Statistische definitie: zeldzaam
Biologisch: “disfunctie”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Psychopathologie

A

Studie van mentale stoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Domeinen van symptomen volgens de DSM-5

A
  1. Cognities (manieren van waarnemen en interpreteren)
  2. Affectiviteit (de variëteit, intensiteit, labiliteit en adequaatheid)
  3. Interpersoonlijk functioneren
  4. Impulsbeheersing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

10 persoonlijkheidsstoornissen onderverdeeld in 3 clusters

A
  • Cluster A: bizar en excentriek
  • Cluster B: impulsief en flamboyant
  • Cluster C: angstig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cluster A

A

schizoïde persoonlijkheidsstoornis
schizotypische persoonlijkheidsstoornis
paranoïde persoonlijkheidsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Schizoïde persoonlijkheidsstoornis

A

Afstandelijk in sociale relaties, onverschillig. Haalt weinig plezier uit lichamelijke of zintuiglijke ervaringen (bv. eten of seks) Lijkt klungelig of sociaal onhandig
Passief bij onaangename gebeurtenissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Schizotypische persoonlijkheidsstoornis

A

Angstig en ongemakkelijk voelen in sociale situaties. Vreemd en eigenaardig. Achterdochtig/wantrouwend naar anderen. Excentrieke overtuigingen, zoals “zesde zintuig” of magie. Ongewone percepties en ervaringen. Gedesorganiseerde cognitie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Paranoïde persoonlijkheidsstoornis

A

Extreem wantrouwend tegenover anderen. Interpreteert sociale gebeurtenissen verkeerd als bedreigend. Heeft wrok jegens andere. Gevoelig voor pathologische jaloezie. Is twistziek en vijandig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Cluster B

A
  1. Antisociale persoonlijkheidsstoornis
  2. Borderline persoonlijkheidsstoornis
  3. Histrionische persoonlijkheidsstoornis
  4. Narcistische persoonlijkheidsstoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Antisociale persoonlijkheidsstoornis

A
  • Conformeren niet aan sociale normen (bv. wetten overtreden)
  • Herhaald liegen of oplichten voor plezier of eigen profijt
  • Impulsiviteit
  • Gemakkelijk geïrriteerd en agressief (bv. vechten)
  • Roekeloosheid
  • Onverantwoordelijkheid
  • Gebrek aan spijt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Verschil psychopathie en antisociale

A

Psychopathie heeft ook een emotioneel deel: namelijk het onvermogen tot angst, oppervlakkige charme, gebrek aan empathie en zorg voor anderen, egocentrisch, sociaal ongevoelig en oppervlakkige emoties

16
Q

Borderline persoonlijkheidsstoornis

A
  • Instabiliteit van relaties, emoties en zelfbeeld
  • Angst voor verlating
  • Agressiviteit
  • Zelfverminking
  • Sterke emoties
16
Q

Histrionische persoonlijkheidsstoornis

A
  • Overmatig aandacht zoeken
  • Overmatige en sterke emotionaliteit
  • Seksueel provocerend
  • Oppervlakkige meningen
  • Gemakkelijk te beïnvloeden
  • Sterke behoefte aan aandacht
17
Q

Narcistische persoonlijkheidsstoornis

A
  • Moet bewonderd worden
  • Sterk gevoel van eigenbelang
  • Gebrek aan inzicht in de gevoelens of behoeften van anderen
  • Gevoel van recht en superioriteit
  • Het gevoel van eigenwaarde lijkt sterk, maar is kwetsbaar
  • Jaloers op anderen
18
Q

Cluster C

A
  1. Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
  2. Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
  3. Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis
19
Q

Wat is het paradox dat Cluster C stoornissen mee kampen?

A

Neurotische paradox: hoewel een gedragspatroon het ene probleem oplost, kan
het een ander, even ernstig of ernstiger probleem creëren of in stand houden

19
Q

Vermijdende persoonlijkheidsstoornis

A
  • Gevoelens van ontoereikendheid
  • Gevoelig voor kritiek
  • Beperkt activiteiten om schaamte te voorkomen
  • Een laag zelfbeeld
20
Q

Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis

A
  • Overmatige behoefte aan zorg
  • Gedraagt zich onderdanig
  • Zoekt geruststelling bij anderen
  • Neemt zelden het initiatief
  • Vermijdt meningsverschillen met anderen
  • Werkt niet goed zelfstandig
  • Kan extreme omstandigheden (bv. mishandeling) tolereren om geruststelling en
    steun van anderen te verkrijgen
21
Q

Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

A
  • Gepreoccupeerd met orde
  • Streeft naar perfectie
  • Toegewijd aan werken, ten koste van vrije tijd en vriendschap
  • Inflexibel als het gaat om ethiek en moraal
  • Vaak gierig of vrekkig
  • Rigide en koppig
22
Verschil OCD en dwangmatige persoonlijkheidsstoornis
OCD heeft rituelen, is ernstiger en is een angststoornis geen persoonlijkheidstoornis